Op 21 november 2022 heeft de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven over de wijziging van een zorgmachtiging, zoals bedoeld in artikel 8:12 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). Het verzoek tot wijziging werd ingediend door de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam, op verzoek van de zorgverantwoordelijke, met betrekking tot een betrokkene die in Antes verblijft. De oorspronkelijke zorgmachtiging voorzag in opname, maar de zorgmachtiging vermeldde niet in welke specifieke accommodatie de opname diende plaats te vinden. De zorgverantwoordelijke stelde dat een overplaatsing noodzakelijk was, maar de rechtbank oordeelde dat hiervoor geen wijziging van de zorgmachtiging nodig was.
De rechtbank heeft vastgesteld dat de zorgverantwoordelijke op basis van artikel 8:11 van de Wvggz tijdelijke verplichte zorg kan verlenen, maar dat dit niet van toepassing was in deze situatie. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling van het verzoek op 21 november 2022 gehouden, waarbij de betrokkene en zijn advocaat aanwezig waren, maar de officier van justitie niet. De rechtbank concludeerde dat de geldende zorgmachtiging voldoende was en dat de zorgverleners zelf moesten beslissen over de noodzaak van een overplaatsing. De rechtbank wees het verzoek af, met de mogelijkheid voor de betrokkene om een klacht in te dienen bij de klachtencommissie over de beslissing van de zorgaanbieder.
De beschikking werd mondeling gegeven door rechter mr. S.L. Raphael en is op 5 december 2022 schriftelijk uitgewerkt. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.