Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 primair en 2 ten laste gelegde, met onder feit 2 partiële vrijspraak voor zover het feit betrekking heeft op het maken van stekende bewegingen in de richting van het lichaam van [aangeefster01] ;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaar, met aftrek van voorarrest, waarvan 1 jaar voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaar en oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd in het reclasseringsrapport van 26 juli 2022. Als extra bijzondere voorwaarde wordt daarnaast een contactverbod gevorderd met zoontje Levayen, voor zover dit contacten betreft die niet worden begeleid door een professionele instelling. Ook wordt gevorderd dat de bijzondere voorwaarden dadelijk uitvoerbaar zijn;
- oplegging van de maatregel strekkende tot beperking van de vrijheid ex artikel 38v van het Wetboek van Strafrecht, inhoudende een contactverbod met [aangever01] , geboren op [geboortedatum02], en [aangeefster01] , geboren op [geboortedatum03], en een locatieverbod voor de [adres02] te [plaats01] , waarbij voor iedere keer dat niet aan de maatregel wordt voldaan vervangende hechtenis zal worden toegepast voor de duur van één week, met een totale duur van ten hoogste zes maanden, en te bevelen dat deze maatregel dadelijk uitvoerbaar is.
4..Waardering van het bewijs
5..Strafbaarheid feiten
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
8..Vorderingen benadeelde partijen / schadevergoedingsmaatregelen
9..Vordering tenuitvoerlegging
10..Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.. Bijlagen
12..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 4 (vier) jaar;
groot 1 (een) jaarniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
proeftijd, die wordt gesteld op
3 (drie) jaar;
€ 57.214,68 (zegge: zevenenvijftigduizend tweehonderdveertien euro en achtenzestig cent), bestaande uit € 22.214,68 aan materiële schade en € 35.000,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 30 april 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [benadeelde partij01] te betalen
€ 57.214,68(hoofdsom,
zegge: zevenenvijftigduizend tweehonderdveertien euro en achtenzestig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 30 april 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening;
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
309 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
€ 852,34 (zegge: achthonderdtweeënvijftig euro en vierendertig cent), bestaande uit € 352,34 aan materiële schade en € 500,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 30 april 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [benadeelde partij02] te betalen
€ 852,34(hoofdsom,
zegge: achthonderdtweeënvijftig euro en vierendertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 30 april 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening;
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
17 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
€ 346,44 (zegge: driehonderdzesenveertig euro en vierenveertig cent), bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 30 april 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [benadeelde partij03] te betalen
€ 346,44(hoofdsom,
zegge: driehonderdzesenveertig euro en vierenveertig cent), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 30 april 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening;
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
6 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
tenuitvoerleggingvan de bij vonnis van 7 december 2020 van de politierechter in van deze rechtbank aan de veroordeelde opgelegde voorwaardelijke taakstraf voor de duur van 20 uren.