ECLI:NL:RBROT:2022:12042

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
16 december 2022
Publicatiedatum
28 maart 2023
Zaaknummer
C/10/647704 / JE RK 22-2603
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
  • M. Kuilenburg
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verlenging ondertoezichtstelling van een minderjarige in het kader van jeugdbescherming

In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 16 december 2022 een beschikking gegeven over de verlenging van de ondertoezichtstelling van de minderjarige [voornaam minderjarige01]. De ondertoezichtstelling was eerder verlengd tot 11 januari 2023, maar de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming West heeft verzocht om een verdere verlenging van een jaar. De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de vader, de moeder en vertegenwoordigers van de GI aanwezig waren. De vader, die de Nederlandse taal niet goed machtig is, werd bijgestaan door een tolk in de Armeense taal.

De kinderrechter heeft vastgesteld dat er nog steeds sprake is van een ernstige ontwikkelingsbedreiging voor [voornaam minderjarige01]. De ouders zijn in een complexe echtscheidingssituatie verwikkeld, wat leidt tot verstoorde communicatie en geen contact tussen de vader en de minderjarige. De GI heeft aangegeven dat [voornaam minderjarige01] kampt met depressieve gevoelens en dat het noodzakelijk is om de ondertoezichtstelling te verlengen om haar belangen te waarborgen. De moeder steunt het verzoek van de GI, terwijl de vader, ondanks zijn zorgen, ook instemt met de verlenging.

De kinderrechter heeft geconcludeerd dat de ouders onvoldoende in staat zijn om de ontwikkelingsbedreiging zelfstandig weg te nemen en dat de GI betrokken moet blijven om de hulpverlening voort te zetten. De ondertoezichtstelling is verlengd tot 11 januari 2024, met de verklaring dat deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad is. De kinderrechter heeft ook opgemerkt dat er weinig vooruitgang is in de communicatie tussen de ouders en dat de vader moet nadenken over zijn gedrag in deze situatie.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Jeugd
zaakgegevens: C/10/647704 / JE RK 22-2603
datum uitspraak: 16 december 2022

beschikking verlenging ondertoezichtstelling

in de zaak van

de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming West,

hierna te noemen de GI, gevestigd te Dordrecht,
betreffende

[minderjarige01] ,

geboren op [geboortedatum01] 2011 te [geboorteplaats01] , hierna te noemen [voornaam minderjarige01] .
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:

[moeder01] ,

hierna te noemen de moeder, wonende te [woonplaats01] ,

[vader01] ,

hierna te noemen de vader, wonende te [woonplaats02] .

Het procesverloop

Het procesverloop blijkt uit het verzoekschrift met bijlagen van de GI van 14 november 2022, ingekomen bij de griffie op diezelfde datum.
Op 16 december 2022 heeft de kinderrechter de zaak ter zitting met gesloten deuren behandeld.
Gehoord zijn:
- de moeder,
- de vader, bijgestaan door zijn advocaat mr. J.S. Özsaran,
- twee vertegenwoordigsters van de GI, mw. [naam01] en mw. [naam02]
Aangezien de vader de Nederlandse taal niet of onvoldoende machtig is, maar wel de Armeense taal, heeft de kinderrechter het verhoor doen plaatsvinden met bijstand van mw. A. Markazian, tolk in de Armeense taal. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de tolk is beëdigd overeenkomstig het bepaalde in artikel 12 van de Wet beëdigde tolken en vertalers.

De feiten

Het ouderlijk gezag over [voornaam minderjarige01] wordt uitgeoefend door de ouders.
[voornaam minderjarige01] woont bij de moeder.
Bij beschikking van 7 januari 2022 is de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige01] verlengd tot 11 januari 2023.

Het verzoek

De GI heeft verzocht de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige01] te verlengen voor de duur van een jaar.
De GI heeft het verzoek ter zitting gehandhaafd en als volgt toegelicht. De situatie tussen de ouders is op dit moment dusdanig dat er geen contact is. Tussen de GI en de vader is ook geen contact. De vader stuurt met regelmaat dreigende berichten naar de GI en uit beschuldigingen dat de GI alles kapot heeft gemaakt. [voornaam minderjarige01] heeft op de moment geen contact met haar vader vanwege een lopend politieonderzoek. De GI heeft van de politie geen verdere informatie over het onderzoek. De GI acht een verlenging noodzakelijk zodat zij de belangen van [voornaam minderjarige01] in de gaten kunnen houden. [voornaam minderjarige01] kampt met gevoelens van depressie en volgt therapie. De GI wil dit monitoren en kijken of verdere hulpverlening noodzakelijk is. [voornaam minderjarige01] is heel duidelijk dat ze op dit moment geen contact wenst met haar vader. De GI wil in de toekomst kijken of contactherstel mogelijk is, maar daarvoor moet er eerst contact ontstaan tussen de GI en de vader.

Het standpunt van belanghebbenden

De moeder staat achter het verzoek. Ze verklaart dat het goed gaat met [voornaam minderjarige01] en haar therapie. De moeder heeft door haar emoties moeite zich te verwoorden maar laat weten dat zij de hulp en steun van de GI hard nodig heeft.
Door en namens de vader is ingestemd met het verzoek en het volgende ter zitting aangevoerd. Er is de afgelopen jaren veel gebeurd. Vanaf dat [voornaam minderjarige01] jong is zijn er veel procedures geweest omdat het contact tussen vader en [voornaam minderjarige01] veelvuldig is stopgezet door moeder. [voornaam minderjarige01] is een meisje dat al heel lang klem zit tussen de ouders. De vader had het gevoel dat er na twee jaar rust was ontstaan en hij genoot daarom van het contact met zijn dochter. Totdat het recente hoofdstuk is gestart waarbij uitlatingen zijn gedaan over de vader, waarover [voornaam minderjarige01] is verhoord door de politie. Gisteren is er contact geweest met het Openbaar Minister en er is op dit moment nog geen beslissing genomen over een sepot of vervolging. De contactregeling tussen de vader en [voornaam minderjarige01] is stopgezet vanwege het onderzoek van de politie. De vader ziet in dat het op dit moment het beste is dat er geen contact is tussen de vader en [voornaam minderjarige01] en heeft zich daarom ook neergelegd bij de beslissing van de rechter. De vader zou graag in contact komen met de GI, maar wenst met iemand anders contact te krijgen dan mevrouw [naam01] . De vader heeft voorheen andere jeugdbeschermers gehad waarmee hij wel goed contact heeft gehad. De GI heeft geen redenen om te twijfelen over de uitspraken van [voornaam minderjarige01] , maar vader vindt het daardoor lastig om met de GI in gesprek te gaan omdat hij een bepaalde mate van objectiviteit belangrijk vindt. De vader wenst contactherstel met de GI, maar met een andere jeugdbeschermer. Dit vormt in de huidige situatie een blokkade voor de vader. De vader staat achter het verzoek omdat hij ziet dat er zorgen zijn. Een ondertoezichtstelling is van belang om eventuele ontwikkelingsbedreigingen weg te nemen. De vader ziet dat voornamelijk [voornaam minderjarige01] het slachtoffer is van deze situatie. De vader stelt dat hij nooit boos is geweest op [voornaam minderjarige01] , maar dat hij teleurgesteld is in de huidige situatie. Tenslotte stelt de vader dat de ouders niet tegen [voornaam minderjarige01] moeten liegen en niet moeten denken aan hun eigen belang, maar aan het belang van [voornaam minderjarige01] .

De beoordeling

Uit de overgelegde stukken en de behandeling ter zitting is gebleken dat er nog altijd sprake is van een ernstige ontwikkelingsbedreiging voor [voornaam minderjarige01] . Er is sprake van complexe echtscheidingsproblematiek en zeer verstoorde communicatie. [voornaam minderjarige01] zit klem in deze strijd tussen de ouders. Voorheen is er sprake geweest van een door de rechtbank vastgesteld omgangsregeling. Naar aanleiding van uitspraken van [voornaam minderjarige01] en een daarop volgende aangifte is de omgangsregeling door de rechtbank gestopt. Het onderzoek van het Openbaar Ministerie loopt nog. Voorgenoemde gebeurtenissen hebben ertoe geleid dat er op dit moment geen sprake is van enige vorm van communicatie tussen de ouders en ook tussen de vader en [voornaam minderjarige01] is geen contact of omgang. Ook zijn er zorgen over het welzijn van [voornaam minderjarige01] , er is gebleken dat zij kampt met depressieve gevoelens. Ze heeft onvoldoende ruimte om over haar emoties te kunnen praten met haar ouders en met anderen. [voornaam minderjarige01] ontvangt psychomotorische therapie om te leren hoe zij over haar emoties kan praten en weerbaarder kan zijn in haar situatie. De afgelopen periode heeft [voornaam minderjarige01] hierin stappen kunnen zetten en ook op school gaat het beter met haar ontwikkeling.
Uit voorgaande volgt dat is voldaan aan het wettelijke criterium genoemd in artikel 1:255 van het Burgerlijk Wetboek (BW). De kinderrechter acht de ouders nog altijd onvoldoende in staat om de ontwikkelingsbedreiging van [voornaam minderjarige01] zelfstandig weg te nemen. Het is van belang dat de GI betrokken blijft om te belangen van [voornaam minderjarige01] voorop te zetten en hulpverlening te continueren. De GI dient tevens de ouders te ondersteunen en begeleiden zodat zij in de toekomst weer samen de opvoeding van [voornaam minderjarige01] kunnen uitvoeren. De kinderrechter zal de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige01] verlengen voor de duur van een jaar (artikel 1:260, eerste lid BW).
De kinderrechter hecht er waarde aan het navolgende nog op te merken.
De kinderrechter ziet te weinig vooruitgang in de manier hoe vader en moeder tegenover elkaar staan. Uit het gesprek tijdens de mondelinge behandeling met vader komt naar voren dat vader eigenlijk geen beeld heeft bij wat hij moet doen om de situatie te verbeteren. De kinderrechter ziet en begrijpt dat er veel emotie speelt bij de vader door onder ander de beschuldigingen van [voornaam minderjarige01] die hem raken. Maar net zozeer als zijn advocaat vraagt dat het perspectief voor de ene optie moet openblijven, namelijk dat het een onterechte beschuldiging is, moet het perspectief voor de andere optie ook openblijven en dat betekent dat het wel gebeurd zou kunnen zijn. De keuze of het wel of niet gebeurd is, heeft de GI op dit moment niet gemaakt. Op de GI rust de verplichting om te luistern naar de stem van [voornaam minderjarige01] en zij stelt nog dat het gebeurd is. De GI heeft in de relatie tussen de jeugdbeschermer en [voornaam minderjarige01] het recht niet om dat te ontkennen. Dat dat moeilijk is voor vader is begrijpelijk, maar de manier waarop hij zich gedraagt in de richting van de moeder, de GI en de kinderrechter is ongepast. De vader moet nadenken over de manier waarop hij zich gedraagt. Het helpt hem niet en het helpt [voornaam minderjarige01] niet.

De beslissing

De kinderrechter:
verlengt de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige01] tot 11 januari 2024;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 16 december 2022 door mr. M. Kuilenburg, kinderrechter, in tegenwoordigheid van A.J.E. van der Veer als griffier.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 22 december 2022.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend ter griffie van het gerechtshof
Den Haag.