In deze tussenuitspraak van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 12 januari 2022, wordt de zaak behandeld van een eiser die niet als belanghebbende is aangemerkt door de Autoriteit Consument & Markt (ACM) in zijn verzoek om handhaving tegen Waternet. Eiser stelt dat Waternet misbruik maakt van een economische machtspositie door kosten in rekening te brengen voor een papieren drinkwaterfactuur. De rechtbank onderzoekt of eiser als belanghebbende kan worden aangemerkt volgens de Algemene wet bestuursrecht (Awb). De rechtbank concludeert dat eiser, als afnemer van water en contractspartij van Waternet, een objectief bepaalbaar belang heeft en dat verweerder ten onrechte heeft geoordeeld dat eiser geen belanghebbende is. De rechtbank geeft verweerder de gelegenheid om het gebrek in het bestreden besluit te herstellen binnen zes weken na verzending van deze tussenuitspraak. Indien verweerder dit niet doet, dient hij dit binnen twee weken schriftelijk te laten weten. De rechtbank houdt verdere beslissingen aan tot de einduitspraak op het beroep.