ECLI:NL:RBROT:2022:1485

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
16 februari 2022
Publicatiedatum
1 maart 2022
Zaaknummer
C/10/632640 / JE RK 22-213
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging gesloten jeugdhulp voor minderjarige met complexe psychische problematiek

In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 16 februari 2022, wordt een machtiging verleend voor gesloten jeugdhulp aan een minderjarige, hierna te noemen [voornaam minderjarige], geboren in 2005. De zaak betreft een verzoek van de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming West, die de machtiging aanvraagt om [voornaam minderjarige] voor een periode van zes maanden op te nemen in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp. De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de minderjarige, de moeder en een vertegenwoordiger van de GI aanwezig waren. De vader was niet verschenen.

De kinderrechter heeft vastgesteld dat [voornaam minderjarige] kampt met ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen, die zijn ontwikkeling ernstig belemmeren. Hij verblijft momenteel in een gesloten groep en heeft in het verleden verschillende incidenten vertoond die zijn veiligheid en die van anderen in gevaar hebben gebracht. De kinderrechter heeft op basis van de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling geoordeeld dat de gevraagde jeugdhulp noodzakelijk is. De kinderrechter heeft de machtiging voor een kortere duur verleend dan verzocht, namelijk voor vier maanden, en heeft de GI verzocht om een rapportage over de voortgang van de situatie van [voornaam minderjarige] voor de volgende zitting.

De kinderrechter benadrukt het belang van een goede vervolgplek voor [voornaam minderjarige] en de noodzaak om de behandeling voort te zetten. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met een oproep voor een vervolgbehandeling op 23 juni 2022.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Jeugdrecht
Zaaknummer: C/10/632640 / JE RK 22-213
Datum uitspraak: 16 februari 2022

Beschikking van de kinderrechter over een machtiging gesloten jeugdhulp

in de zaak van

de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming west,

gevestigd te Dordrecht, hierna te noemen: de GI,
betreffende

[naam minderjarige] ,

geboren op [geboortedatum minderjarige] 2005 te [geboorteplaats minderjarige] , hierna te noemen: [voornaam minderjarige] ,
advocaat: mr. S.E.M. Hooijman, te Rotterdam.
De kinderrechter merkt als belanghebbenden aan:

[naam moeder] ,

hierna te noemen: de moeder, wonende te [woonplaats] ca,

[naam vader] ,

hierna te noemen: de vader, wonende te [woonplaats] ca.

Het procesverloop

Het verloop van de procedure blijkt uit de volgende stukken:
- het verzoekschrift met bijlagen van de GI van 26 januari 2022, ingekomen bij de griffie op 27 januari 2022;
- de verklaring d.d. 5 januari 2022 dat een voorziening nodig is op het gebied van jeugdhulp en verblijf niet zijnde verblijf bij een pleegouder;
- de instemmende verklaring d.d. 3 februari 2022 van de gekwalificeerde gedragswetenschapper.
Op 16 februari 2022 heeft de kinderrechter de zaak tijdens de mondelinge behandeling met gesloten deuren behandeld.
Verschenen zijn:
- [voornaam minderjarige] , die tevens voorafgaand aan de zitting apart is gehoord, bijgestaan door mr.
S.E.M. Hooijman;
- de moeder;
- [naam persoon] namens de GI.
Opgeroepen en niet verschenen is: de vader.

De feiten

Het ouderlijk gezag over [voornaam minderjarige] wordt uitgeoefend door de ouders.
[voornaam minderjarige] verblijft op een gesloten groep bij Harreveld.
Bij beschikking van l0 juni 2021 is [voornaam minderjarige] voorlopig onder toezicht gesteld tot 10 september 2021 en is een spoedmachtiging gesloten jeugdhulp verleend voor de duur van 4 weken. Bij beschikking van 17 juni 2021 heeft de kinderrechter een machtiging gesloten jeugdhulp verleend tot 10 september 2021.
Bij beschikking van 31 augustus 2021 is [voornaam minderjarige] onder toezicht gesteld en is een machtiging gesloten jeugdhulp verleend, beide tot 28 september 2021. Bij beschikking van 13 september 2021 is de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige] verlengd tot 28 augustus 2022 en is de machtiging gesloten jeugdhulp verleend tot 28 februari 2022.

Het verzoek

De GI verzoekt een machtiging om [voornaam minderjarige] in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp te doen opnemen en te doen verblijven voor de duur van zes maanden, te weten tot 28 augustus 2022.
De GI heeft het verzoek tijdens de mondelinge behandeling gehandhaafd en als volgt toegelicht. [voornaam minderjarige] heeft in de afgelopen periode een onstuimige tijd gehad. Nadat hij op het ZIKOS (Zeer Intensieve Kortdurende Observatie en Stabilisatie) was gestabiliseerd is hij overgeplaatst naar Einder 1 van Horizon Harreveld waar hij thans verblijft. Hij ontvangt op dit moment psycho-educatie en zal daarna starten met EMDR- en schematherapie. Hoeveel tijd hiervoor nodig zal zijn is nog niet bekend. Dit is afhankelijk van hoeveel onderliggende trauma’s er zijn en hoe [voornaam minderjarige] zal reageren op de therapieën. Daarnaast is er een verlofplan gemaakt en zal er worden toegewerkt naar meer vrijheden. In de komende zes maanden zal er een vervolgeplek voor [voornaam minderjarige] worden gezocht. Vanwege de incidenten die hebben plaatsgevonden, is het lastig om in te schatten wat [voornaam minderjarige] aankan. Er is minimaal zes maanden nodig om [voornaam minderjarige] in de goede richting te blijven laten bewegen.

De standpunten

De moeder heeft tijdens de mondelinge behandeling geen verweer gevoerd tegen het verzoek. Ondanks dat de moeder het betreurt dat de hulpverlening zo lang op zich heeft laten wachten, is zij blij dat het persoonlijkheidsonderzoek is afgerond en dat er nu hulpverlening wordt ingezet. Het is beter dat [voornaam minderjarige] goed geneest, dan snel. Ondanks dat ze het graag zou willen, kan een genezingsproces niet versneld worden.
Door en namens [voornaam minderjarige] is tijdens de mondelinge behandeling verzocht de duur van de machtiging te beperken tot vier maanden. Het gaat op dit moment goed met [voornaam minderjarige] . Desondanks begrijpt hij dat hij nog tijd nodig heeft om zich verder te ontwikkelen. Daarnaast wil hij dat er goede vervolgplek gevonden wordt zodat hij niet opnieuw van verblijfplaats hoeft te wisselen. Gelet op het feit dat [voornaam minderjarige] graag na de zomervakantie wil beginnen op een nieuwe school, is het van belang dat er voor de zomervakantie een vervolgplek wordt gevonden. Om een vinger aan de pols te houden is verzocht om het verzoek toe te wijzen voor een periode van vier maanden, waarbij het overige wordt aangehouden.

De beoordeling

Gelet op het bepaalde in artikel 6.1.2, tweede lid, Jeugdwet kan een machtiging voor een gesloten accommodatie voor jeugdhulp slechts worden verleend indien naar het oordeel van de kinderrechter deze jeugdhulp noodzakelijk is in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van de jeugdige naar volwassenheid ernstig belemmeren. Bovendien dient de opneming en het verblijf noodzakelijk te zijn om te voorkomen dat de jeugdige zich aan deze jeugdhulp onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken. De kinderrechter is van oordeel dat hiervan sprake is.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling is gebleken dat [voornaam minderjarige] kampt met complexe psychische problematiek. Hij is hiervoor, na een onrustig begin op de Bijzondere Zorg Afdeling, Lagune 1, sinds 23 juni 2021 opgenomen binnen de gestructureerde kaders van ZIKOS. Binnen ZIKOS hebben er diverse incidenten plaatsgevonden waarbij hij de veiligheid van zichzelf en anderen ernstig in gevaar heeft gebracht. Van augustus tot oktober 2021 is er een persoonlijkheidsonderzoek afgenomen, waaruit is gebleken dat zijn gedragsproblematiek te verklaren is uit de combinatie van autismespectrumstoornis, onveilige hechting en een depressieve episode met psychotische kenmerken. In december 2021 is [voornaam minderjarige] geplaatst op een andere gesloten groep van Horizon Harreveld, Einder 1. Er heeft een zorgvuldige overdracht plaatsgevonden en hij is inmiddels gestabiliseerd. Stapsgewijs laat hij een prille positieve ontwikkeling zien. [voornaam minderjarige] ontvangt op dit moment psycho-educatie omtrent zijn autismespectrumstoornis en daarna zal hij traumaverwerking (EMDR) en schematherapie krijgen. In de komende periode is het van belang dat hij verder stabiliseert en dat zijn behandeling wordt voortgezet. Er wordt een positieve ontwikkeling gezien en het is positief dat [voornaam minderjarige] ter zitting ook zelf heeft aangegeven dat het beter met hem gaat. [voornaam minderjarige] werkt goed mee in de samenwerking en hij lijkt gemotiveerd om aan zichzelf te blijven werken. Het is van belang dat [voornaam minderjarige] dit (langdurig) weet vast te houden en de behandeling zijn vruchten zal afwerpen. Er zal gekeken worden naar een opbouw van de verloven en vrijheden. Uiteindelijk is het van belang dat er een passende vervolgplek wordt gevonden. Totdat hier meer duidelijkheid over is verkregen is een voortzetting van het verblijf van [voornaam minderjarige] bij Horizon Harreveld noodzakelijk.
De kinderrechter zal gelet op het voorgaande de machtiging voor een gesloten accommodatie voor jeugdhulp verlenen. De machtiging zal echter voor een kortere duur worden verleend dan verzocht, namelijk voor de duur van vier maanden. De kinderrechter acht het met de advocaat van [voornaam minderjarige] van belang dat er, als [voornaam minderjarige] de positieve lijn weet vast te houden en zijn behandeling tot voldoende resultaat leidt, voor de zomervakantie een passende vervolgplek wordt gevonden, zodat [voornaam minderjarige] perspectief heeft om na de zomervakantie op een nieuwe school te starten. De kinderrechter zal om die reden een vinger aan de pols te houden door het restant van het verzoek aan te houden tot de hierna vermelde zittingsdatum.
De GI wordt verzocht om twee weken vóór de hierna vermelde zittingsdatum een briefrapportage (met afschrift aan de belanghebbenden en mr. S.E.M. Hooijman) te overleggen over de dan actuele stand van zaken en aan te geven of het verzoek voor het overig verzochte wordt gehandhaafd.

De beslissing

De kinderrechter:
verleent een machtiging om [voornaam minderjarige] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp met ingang van 28 februari 2022 tot 28 juni 2022;

en alvorens verder te beslissen:

houdt de behandeling van het verzoek voor het overige aan en roept de GI, de vader, de moeder en [voornaam minderjarige] en zijn advocaat op te verschijnen tijdens de mondelinge behandeling van de rechtbank Rotterdam, locatie Rotterdam, in het gerechtsgebouw aan de Wilhelminaplein, van
23 juni 2022 te 13:30 uur, teneinde nader op het verzoek te worden gehoord;
zaak zal op genoemde datum en tijdstip, behoudens onvoorziene omstandigheden, worden behandeld door mr. K.J. van den Herik, kinderrechter;
bepaalt dat een afschrift van deze beschikking geldt als oproeping van de GI, de belanghebbenden, [voornaam minderjarige] en mr. S.E.M. Hooijman;
verzoekt de GI uiterlijk twee weken voor de genoemde datum de kinderrechter (met afschrift aan belanghebbenden en mr. S.E.M. Hooijman de verzochte rapportage te doen toekomen.
Deze beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 16 februari 2022 door mr. K.J. van den Herik, kinderrechter, in tegenwoordigheid van mr. W.A. Graven, als griffier.
Deze beslissing is schriftelijk vastgesteld op 24 februari 2022.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en de belanghebbende(n) aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of
verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend bij de griffie van het gerechtshof te Den Haag.