ECLI:NL:RBROT:2022:2302
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing subsidieaanvraag corona noodsteun voor dansschool wegens gebrek aan culturele infrastructuur
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 28 maart 2022 uitspraak gedaan in een geschil over de afwijzing van een subsidieaanvraag voor corona noodsteun door een dansschool. De eiseres, die een dansschool runt, had op 13 april 2021 een aanvraag ingediend voor een subsidiebedrag van € 8.300,- ter compensatie van vaste lasten. De aanvraag werd afgewezen door het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam, omdat volgens hen de dansschool geen organisatie is die structureel een voor publiek toegankelijk podium biedt voor uitingen van kunst of cultuur, noch dat zij structureel in het openbaar werk tentoonstelt van Rotterdamse kunstenaars. Dit was een vereiste volgens de Subsidieverordening Rotterdam 2014 en de Subsidieregeling Rotterdamse corona noodsteun 2021.
De rechtbank heeft het beroep van eiseres ongegrond verklaard. Eiseres betoogde dat haar dansschool wel degelijk een essentieel onderdeel uitmaakt van de culturele infrastructuur van de stad en dat de afwijzing van de subsidie in strijd was met het gelijkheidsbeginsel, omdat andere vergelijkbare instellingen wel subsidie hadden ontvangen. De rechtbank oordeelde echter dat eiseres niet voldoende bewijs had geleverd voor haar claims en dat de uitleg van de subsidievoorwaarden door verweerder niet onterecht was. De rechtbank concludeerde dat de dansschool niet voldeed aan de voorwaarden voor subsidie, omdat zij geen podium biedt, maar gebruik maakt van podia die door anderen worden ter beschikking gesteld. De rechtbank heeft de afwijzing van de subsidieaanvraag door verweerder bevestigd en het beroep ongegrond verklaard.