ECLI:NL:RBROT:2022:2335
Rechtbank Rotterdam
- Wraking
- mr. drs. J. van den Bos
- mr. E. Rabbie
- mr. S.C.C. Hes-Bakkeren
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek wegens kennelijke niet-ontvankelijkheid in bestuursrechtelijke procedure
In deze zaak heeft de rechtbank Rotterdam op 21 maart 2022 een wrakingsverzoek afgewezen dat was ingediend door een verzoeker in een bestuursrechtelijke procedure. Het wrakingsverzoek was ingediend tegen mr. P. Vrolijk, rechter in de rechtbank Rotterdam, team bestuur 2. De verzoeker had eerder op 10 augustus 2020 een beroepschrift ingediend tegen een beslissing van het Centraal Administratie Kantoor Bijzondere Zorgkosten B.V. (CAK) en dit beroepschrift was doorgezonden naar de rechtbank Rotterdam. In een eerdere beslissing van 7 oktober 2020 was de verzoeker niet-ontvankelijk verklaard in zijn verzoek tot wraking van de rechtbank Rotterdam, met de bepaling dat een volgend wrakingsverzoek niet in behandeling zou worden genomen.
De wrakingskamer heeft vastgesteld dat het wrakingsverzoek opnieuw was ingediend in dezelfde bestuursrechtelijke procedure met kenmerk ROT 20/4424, waarvoor eerder al een beslissing was genomen. Gezien deze omstandigheden heeft de rechtbank het verzoek op grond van artikel 8, tweede lid, aanhef en onder g, van het Wrakingsprotocol rechtbank Rotterdam afgewezen wegens kennelijke niet-ontvankelijkheid, zonder verdere behandeling ter zitting. De beslissing is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier, J.A. Faaij.