Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..Het verloop van de procedure
- het exploot van dagvaarding van 22 september 2021, met producties;
- de conclusie van antwoord, tevens houdende een eis in reconventie, met producties;
- de conclusie van antwoord in reconventie, met één productie;
- de aantekening dat op 14 januari 2022 de mondelinge behandeling is gehouden;
2..De vaststaande feiten
Tot onze verbazing lezen wij in uw e-mail dat uw klant voor as vrijdag de terugbetaling wenst.
Wij gaan absoluut niet akkoord.
Wij hebben financieel grote problemen en hebben specifiek de aankoop gedaan om aan onze levering voorwaarden correct na te leven. Wij wonden nu onterecht beboet voor kosten.
Mocht uw klant niet akkoord gaan, zullen wij hen verplichten om de goederen af te nemen op onze leveringsdatum. […]
We agree to your proposal.
We send you first payment of 4500 EURO to your ABN AMRO account […]
3..De vordering, de grondslag en het verweer
in conventie:
Metachim heeft haar vordering als volgt gespecificeerd:
juridische kosten € 2.500,-
termijn week 1 (betaald) -/- € 4.500,-
termijn week 2 (betaald) -/- € 2.000,-
-/- € 8.500,- +totaal: € 7.700,-
in reconventie
4..De beoordeling van het geschil
in conventie:
Nog daargelaten dat Metachim deze afspraak betwist, is [persoon A] in elk geval in haar emailbericht van 13 augustus 2021 onvoorwaardelijk akkoord gegaan met het door Metachim in haar e-mailbericht van 12 augustus 2021 gedane voorstel dat zij het gehele vooruitbetaalde bedrag, vermeerderd met een vergoeding voor juridische kosten, in termijnen zou terugbetalen. [persoon A] heeft weliswaar aangevoerd dat zij zich onder druk gezet voelde door de gemachtigde van Metachim om akkoord te gaan met het voorstel, maar dat sprake is geweest van onevenredig grote druk is door haar niet onderbouwd. [persoon A] heeft voorts aangevoerd dat partijen zijn overeengekomen dat de juridische kosten zouden worden voldaan door middel van de levering van suiker, maar dit is door Metachim weersproken, blijkt niet uit voornoemde door partijen overgelegde mailwisseling en is door [persoon A] niet onderbouwd.
5..De beslissing
- € 630,60 aan verschotten;
- € 622,- aan salaris voor de gemachtigde;