In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 10 januari 2022 een beschikking gegeven met betrekking tot de machtiging gesloten jeugdhulp voor de minderjarige [voornaam minderjarige]. De kinderrechter heeft de minderjarige, die in een Justitiële Jeugdinrichting (JJI) te Lelystad verblijft, als kwetsbaar en beïnvloedbaar aangemerkt. De GI heeft verzocht om een machtiging voor opname in een gesloten accommodatie voor de duur van zes maanden, omdat de minderjarige behoefte heeft aan structuur en een omgeving die aandacht besteedt aan zijn sociaal-emotionele ontwikkeling en traumaverwerking. De moeder van de minderjarige heeft ingestemd met dit verzoek, evenals de minderjarige zelf, die eerder positieve ervaringen had in de groep Atlantis bij Harreveld.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de minderjarige sinds 6 november 2021 in voorlopige hechtenis verblijft, naar aanleiding van een verdenking van betrokkenheid bij een woningoverval. De zorgen over zijn ontwikkeling zijn groot, en zijn verblijf in de JJI kan negatieve gevolgen hebben voor zijn verdere ontwikkeling. De kinderrechter heeft op basis van artikel 6.1.2 van de Jeugdwet geoordeeld dat de gesloten jeugdhulp noodzakelijk is om ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen aan te pakken en om te voorkomen dat de minderjarige zich aan de jeugdhulp onttrekt.
De kinderrechter heeft de machtiging gesloten jeugdhulp verleend, die ingaat op 10 januari 2022 en loopt tot 10 juli 2022. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door mr. C.N. Melkert, kinderrechter, in aanwezigheid van mr. M.C.J. Holierhoek als griffier. Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld door de verzoekers en belanghebbenden binnen drie maanden na de uitspraak.