ECLI:NL:RBROT:2022:3082

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
15 april 2022
Publicatiedatum
22 april 2022
Zaaknummer
C/10/636093 / JE RK 22-783
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Machtiging gesloten jeugdhulp voor minderjarige met gedragsproblemen

In deze zaak heeft de kinderrechter op 15 april 2022 een beschikking gegeven met betrekking tot de machtiging gesloten jeugdhulp voor de minderjarige [naam kind], geboren in 2008. De kinderrechter heeft de zaak behandeld met gesloten deuren, waarbij de moeder van [naam kind] en vertegenwoordigers van de Stichting Jeugdteams Zuid-Holland-Zuid aanwezig waren. De Stichting had op 1 april 2022 een verzoek ingediend voor een voorwaardelijke machtiging gesloten jeugdhulp, en op 7 april 2022 werd een verzoek gedaan voor een machtiging voor een periode van zes maanden. Tijdens de zitting werd duidelijk dat de Stichting ambivalent stond tegenover het verzoek, maar dat er ook zorgen waren over de veiligheid en ontwikkeling van [naam kind]. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er sprake is van ernstige opgroei- en opvoedingsproblemen, die de ontwikkeling van [naam kind] ernstig belemmeren. De kinderrechter heeft besloten om de machtiging gesloten jeugdhulp te verlenen, maar de duur te beperken tot drie maanden, tot 15 juli 2022. Dit besluit is genomen met inachtneming van de jonge leeftijd van [naam kind] en de noodzaak om zo snel mogelijk een alternatieve plek voor hem te vinden. De kinderrechter heeft het verzoek voor een voorwaardelijke machtiging afgewezen, omdat dit verzoek was ingetrokken door de Stichting. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken door mr. A. Verweij, kinderrechter, in aanwezigheid van D. van der Aa als griffier.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK ROTTERDAM

Team Jeugd
Zaakgegevens: C/10/636093 / JE RK 22-783
datum uitspraak: 15 april 2022

beschikking machtiging gesloten jeugdhulp

in de zaak van

het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Alblasserdam,

vertegenwoordigd door Stichting Jeugdteams Zuid-Holland-Zuid,
hierna te noemen de Stichting, gevestigd te Alblasserdam,
betreffende
[naam kind], geboren op [geboortedatum kind] 2008 te [geboorteplaats kind] , hierna te noemen [naam kind] .
De kinderrechter merkt als belanghebbende aan:

[naam moeder] , hierna te noemen de moeder, wonende te [woonplaats moeder] .

Het procesverloop

Het procesverloop blijkt uit de volgende stukken:
- het verzoek met bijlagen van de Stichting van 1 april 2022, ingekomen bij de griffie op
4 april 2022;
- op 6 april 2022 op de griffie ontvangen bijlagen, waaronder een hulpverleningsplan School2Care/Ambulant JZ+ team, een (tussen)evaluatie begeleidingsplan, een tweetal beschikkingen d.d. 18 mei 2021 en 22 oktober 2021, een notitie toezicht op de voorwaarden, een stamblad, een lijst belanghebbenden en een volmachtbesluit van de Stichting van 26 januari 2016;
- een gewijzigd verzoek met bijlagen van de Stichting van 7 april 2022, ingekomen bij de griffie op 7 april 2022;
- een volmacht van de Stichting d.d. 21 juli 2015, per e-mail ontvangen op de griffie op 14 april 2022.
Op 15 april 2022 heeft de kinderrechter de zaak ter zitting met gesloten deuren behandeld.
Gehoord zijn:
- de minderjarige [naam kind] , die ook apart is gesproken, bijgestaan door mr. S. Ben Ahmed,
- de moeder,
- een tweetal vertegenwoordigsters van de Stichting, te weten [naam 1] en [naam 2] .
Met instemming van partijen is bijzondere toegang verleend aan [naam 3] van Horizon en [naam 4] van Stichting Dwars Doen.

De feiten

Het ouderlijk gezag over [naam kind] wordt uitgeoefend door de moeder.
[naam kind] verblijft op een gesloten groep bij Horizon Rijnhove.
Bij beschikking van 22 oktober 2021 is een voorwaardelijke machtiging verleend om [naam kind] te doen opnemen en te doen verblijven in een gesloten accommodatie voor jeugdhulp met ingang van 22 oktober 2021 tot 22 april 2022, onder de voorwaarden die aan [naam kind] in het aangehechte hulpverleningsplan zijn gesteld.

De verzoeken

Op 1 april 2022 heeft de Stichting verzocht om een voorwaardelijke machtiging gesloten jeugdhulp voor [naam kind] te verlenen.
Op 7 april 2022 heeft de Stichting een machtiging verzocht om [naam kind] in een gesloten accommodatie te doen opnemen en te doen verblijven voor de duur van zes maanden.

De standpunten

De Stichting heeft ter zitting het verzoek om een voorwaardelijke machtiging gesloten jeugdhulp te verlenen, ingetrokken. Het verzoek om een machtiging gesloten jeugdhulp voor [naam kind] te verlenen heeft de Stichting gehandhaafd en als volgt nader toegelicht.
De Stichting staat enigszins ambivalent ten opzichte van het verzoek. Het liefst wil de Stichting niet dat kinderen binnen de gesloten jeugdhulp verblijven. De Stichting heeft overleg met diverse zorgaanbieders en heeft nog onvoldoende tijd gehad om een alternatief voor een plaatsing binnen de gesloten jeugdhulp voor [naam kind] te vinden. Als hij naar huis gaat, is een school niet direct beschikbaar. Een plaatsing van [naam kind] binnen de gesloten jeugdhulp moet zo kort mogelijk duren. Duidelijk moet worden welke alternatieve plek voor [naam kind] op korte termijn beschikbaar is en welke hulpverlening nodig is. Ook is [naam kind] aangemeld voor onderzoek. Er is echter sprake van wachtlijsten.
Namens de minderjarige [naam kind] heeft zijn advocaat ter zitting primair verzocht om het verzoek af te wijzen. Subsidiair is verzocht om de machtiging gesloten jeugdhulp voor een kortere periode te verlenen. Ter onderbouwing van dit standpunt is het volgende aangevoerd.
Vorig jaar is de schoolgang van [naam kind] en hulpverlening niet geregeld. Bij School2care is het mis gegaan. Er wordt onvoldoende kritisch naar de situatie gekeken en een plan van aanpak ontbreekt. Daar komt bij dat de Stichting ambivalent staat ten opzichte van het verzoek. [naam kind] zit niet op zijn plek. Hij wil terug naar huis. [naam kind] begrijpt echter ook dat er voor een bepaalde periode een tussenfase nodig is om hulpverlening op gang te brengen.
Het heeft de voorkeur dat de plaatsing van [naam kind] binnen de gesloten jeugdhulp niet langer dan een à twee maanden zal duren. Ook wil hij graag naar een reguliere school. [naam kind] heeft daarbij de kans gekregen om zijn toets opnieuw te maken.
De moeder heeft ter zitting het volgende verklaard. De moeder kan instemmen met het verzoek, maar het liefst wil zij dat [naam kind] naar huis komt en dat hij naar een reguliere school gaat. Het is echter de vraag wat het beste voor [naam kind] is. Een plaatsing binnen de gesloten jeugdhulp voor de duur van zes maanden is een lange periode. Voordat [naam kind] naar huis kan komen, is wel hulpverlening nodig. [naam kind] heeft immers moeite met de ruimte die hij krijgt en om daarmee vervolgens de juiste keuzes te maken.
Namens de Stichting Dwars Doen is ter zitting het volgende meegedeeld. Het is belangrijk om de veiligheid van [naam kind] te waarborgen en dat hij een behandeling krijgt voordat hij weer bij de moeder thuis kan worden geplaatst. De plaatsing van [naam kind] binnen de gesloten jeugdhulp moet echter wel zo kort mogelijk duren. Verzocht is om [naam kind] aan te melden bij Yes We Can, Back to Basic en het expertteam.

De beoordeling

Gelet op het bepaalde in artikel 6.1.2, tweede lid, Jeugdwet kan een machtiging gesloten jeugdhulp slechts worden verleend indien naar het oordeel van de kinderrechter deze jeugdhulp noodzakelijk is in verband met ernstige opgroei- of opvoedingsproblemen die de ontwikkeling van de jeugdige naar volwassenheid ernstig belemmeren. Bovendien dient de opneming en verblijf noodzakelijk te zijn om te voorkomen dat de jeugdige zich aan deze jeugdhulp onttrekt of daaraan door anderen wordt onttrokken. Naar het oordeel van de kinderrechter wordt aan deze criteria voldaan.
Uit de overgelegde stukken en de behandeling ter zitting is immers gebleken dat [naam kind] gedragsproblemen laat zien en dat de moeder in de opvoeding overbelast is. [naam kind] laat zelfbepalend, grensoverschrijdend en wegloopgedrag zien. Hij laat zich niet of zeer moeilijk begrenzen. Zo heeft [naam kind] lachgas gedeald en is hij naar zijn moeder verbaal agressief en bedreigend geweest. Ook is er aangifte tegen [naam kind] gedaan van mishandeling en bedreiging.
Eerdere plaatsingen binnen de crisisopvang en in de open setting de Opper hebben niet het gewenste resultaat gehad. Daar komt bij dat de schoolgang van [naam kind] bij School2Care in het kader van een voorwaardelijke machtiging gesloten jeugdhulp vanwege zijn gedrag zorgelijk is verlopen. Op 4 april 2022 is de situatie geëscaleerd. Zo heeft [naam kind] geweigerd om naar school te gaan en heeft hij de woning ’s nachts verlaten. Dit heeft ertoe geleid dat [naam kind] binnen de gesloten jeugdhulp bij Horizon Rijnhove is geplaatst.
Gelet op al het voorgaande zal de kinderrechter een machtiging gesloten jeugdhulp voor [naam kind] verlenen. Wel ziet de kinderrechter aanleiding om de duur van deze machtiging te beperken tot drie maanden en het verzoek voor het overige af te wijzen. De Stichting staat immers ambivalent ten opzichte van haar verzoek en is druk bezig om een passende en alternatieve plek voor [naam kind] te zoeken. De gedragswetenschapper [naam 5] heeft in zijn verklaring van 6 april 2022 ingestemd met het verzoek van de Stichting voor de verzochte duur. De kinderrechter houdt er echter ook rekening mee dat een plaatsing binnen de gesloten jeugdhulp een uiterst en ingrijpend middel is. Deze plaatsing moet zeker ook gelet op de jonge leeftijd van [naam kind] zo kort mogelijk duren. Het is dan ook in zijn belang dat zodra er een alternatieve plek voor hem beschikbaar is, niet langer dan noodzakelijk van deze machtiging gebruik wordt gemaakt. Voor [naam kind] geldt dat hij zijn best moet doen en dat hij luistert naar zijn moeder en de hulpverleners en afspraken nakomt. Wanneer [naam kind] weer naar school gaat, zal hij ook op school zijn best moeten doen en moeten luisteren naar de leerkrachten.
Nu de Stichting het verzoek voor een voorwaardelijke machtiging gesloten jeugdhulp ter zitting heeft ingetrokken, kunnen de gronden van dit verzoek niet meer worden onderzocht en zal dit verzoek ook worden afgewezen.

De beslissing

De kinderrechter:
verleent een machtiging gesloten jeugdhulp betreffende de minderjarige [naam kind] met ingang van 15 april 2022 tot 15 juli 2022;
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken op 15 april 2022 door mr. A. Verweij, kinderrechter, in tegenwoordigheid van D. van der Aa als griffier.
De griffier is buiten staat deze beschikking mede te ondertekenen.
De schriftelijke uitwerking van deze beschikking is vastgesteld op 25 april 2022.
Hoger beroep tegen deze beschikking kan worden ingesteld:
- door de verzoekers en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak,
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.
Het hoger beroep moet, door tussenkomst van een advocaat, worden ingediend ter griffie van het gerechtshof
Den Haag.