Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..Het verdere verloop van de procedure
- het tussenvonnis van 25 maart 2021 en de daarin genoemde processtukken;
- het deskundigenbericht van 2 november 2021;
- de conclusie na deskundigenrapport van [eiser] ;
- de antwoordconclusie na deskundigenbericht, met productie 5, van Yulius.
2..De verdere beoordeling
- de deskundige concludeert slechts dat het zeer waarschijnlijk is dat de blootstelling op het werk op zijn minst heeft bijgedragen aan het ontstaan of verergeren van de COPD van [eiser] ;
- het is nooit eenduidig te beantwoorden of COPD is veroorzaakt door één of meerdere factoren;
- de mate van expositie is niet goed te kwantificeren;
- de deskundige signaleert een onzekerheidsmarge van de door hem aangehaalde 20% aan verhoogde kans op het krijgen van COPD met passief roken.
- buiten zijn vakgebied is getreden door een uitspraak te doen over de oorzaak van de COPD zonder dat er een volledige blootstellingsbeoordeling is en door te concluderen dat het laten uitvoeren van een nadere expertise door bijvoorbeeld een arbeidstoxicoloog geen beslissende bijdrage zal opleveren;
- niet heeft voldaan aan de eis van consistentie, omdat hij enerzijds oordeelt dat de expositie aan passief meeroken op het werk een wezenlijke bijdrage zal hebben geleverd aan de COPD van [eiser] en dat er tot nu toe geen majeure bijdrage uit andere bron is geïdentificeerd en anderzijds oordeelt dat de blootstellingsbeoordeling onvolledig is;
- de belangrijkste risicofactoren voor COPD onvoldoende meeweegt;
- ten onrechte de rol van actief roken door [eiser] onderschat;
- de rol van passief roken op het werk statistisch gezien overschat;
- de allergie van [eiser] ten onrechte onderbelicht;
- de rol van duiven melken onderbelicht;
- de blootstelling van [eiser] aan passieve rook op jonge leeftijd ten onrechte niet meeweegt en niet ingaat op de Noorse studie die partijdeskundige [naam partijdeskundige] aanhaalt;
- de door hem aangehaalde studies omtrent passief roken op het werk misinterpreteert;
- ten onrechte alleen heeft beoordeeld of sprake is van een “majeure” bijdrage van de risicofactoren;
- in zijn commentaar niet is ingegaan op de conclusie van [naam partijdeskundige] dat de kans dat [eiser] COPD heeft opgelopen door zijn werk voor Yulius aanzienlijk lager is dan 20%.
Aan hart, longen, buik zijn er geen afwijkingen”. Gelet op deze omstandigheden is de opmerking van de deskundige dat er sprake is van een ‘knik’, in de zin van een opvallende achteruitgang in de longfunctie, goed te volgen, evenals zijn conclusie dat het enkele in beperkte mate roken door [eiser] voor zijn twintigste levensjaar geen logische verklaring is voor de sterke achteruitgang vanaf 2008 op relatief jonge leeftijd.
- de vraag of COPD is veroorzaakt door één of meerdere factoren is nooit eenduidig te beantwoorden;
- actief roken is in het algemeen de belangrijkste bekende risicofactor voor het ontstaan van COPD en ook ex-rokers hebben een verhoogd risico op COPD;
- slechts een beperkt deel van de (ex-)rokers is vatbaar voor COPD en krijgt deze aandoening uiteindelijk;
- onder de tien packyears is er in het algemeen geen verhoogde kans op COPD;
- [eiser] heeft gedurende een zodanig korte periode en op een zodanig jonge leeftijd gerookt dat dit roken geen logische verklaring is voor de sterke en snelle achteruitgang van de longfunctie van [eiser] op relatief jonge leeftijd, met name vanaf 2008;
- de blootstelling aan sigaretten-/rooklucht als diskjockey en als partner heeft een zodanig korte periode en op een zodanig jonge leeftijd plaatsgevonden, dat dit geen logische verklaring is voor de sterke en snelle achteruitgang van de longfunctie van [eiser] op relatief jonge leeftijd, met name vanaf 2008;
- de blootstelling aan lasdampen (beperkt), bijtende schoonmaakmiddelen en stof en het houden van duiven hebben geen bijdrage geleverd aan de COPD van [eiser] ;
- de kenmerken van de COPD bij [eiser] passen niet goed bij astma als risicofactor;
- de achteruitgang in longfunctie bij mensen met COPD die in het geheel niet meer worden blootgesteld aan rook, verschilt nauwelijks van die van de leeftijdgebonden normale achteruitgang van gezonde mensen;
- bij het wegen van het relatieve belang van de blootstelling aan sigaretten-/rooklucht in de jeugd, thuis en op het werk lijkt het effect van rook op de werkplek een grotere invloed op longklachten te hebben dan rook thuis;
- er is geen aanwijzing voor andere risicofactoren dan de factoren die de deskundige heeft onderzocht;
- zonder voortgaande blootstelling aan sigaretten-/rooklucht op het werk zou waarschijnlijk niet of nauwelijks sprake zijn geweest van voortgaande achteruitgang bij [eiser] .