ECLI:NL:RBROT:2022:3700
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- M.G.L. de Vette
- Rechtspraak.nl
Last onder dwangsom wegens overtreding van de Algemene plaatselijke verordening Capelle aan den IJssel 2018 met betrekking tot huis-aan-huis werven van donateurs
In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 13 mei 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen een landelijk opererend bedrijf dat zich inzet voor goede doelen-organisaties en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Capelle aan den IJssel. Eiseres, vertegenwoordigd door mr. J. de Haan, had beroep ingesteld tegen een besluit van verweerder, waarbij aan haar een last onder dwangsom was opgelegd wegens overtreding van artikel 5:16 van de Algemene plaatselijke verordening (Apv) Capelle aan den IJssel 2018. Dit besluit volgde op een vooraankondiging van 25 februari 2021, waarin verweerder zijn voornemen had geuit om handhavend op te treden. Eiseres voerde aan dat zij geen vergunning nodig had voor haar activiteiten en dat de opgelegde last onterecht was.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres zonder vergunning huis-aan-huis intekenlijsten aanbood om donateurs te werven voor goede doelen, wat in strijd is met de Apv. De rechtbank oordeelde dat de wijziging van de grondslag van de last onder dwangsom van artikel 5:16 naar artikel 5:14 van de Apv gerechtvaardigd was, omdat de essentie van het primaire besluit niet was veranderd. De rechtbank concludeerde dat de geconstateerde feiten voldoende waren om te concluderen dat eiseres artikel 5:14 van de Apv had overtreden, en dat verweerder terecht handhavend had opgetreden. Het beroep van eiseres werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.