ECLI:NL:RBROT:2022:3893

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
13 mei 2022
Publicatiedatum
18 mei 2022
Zaaknummer
9609431
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontbinding koopovereenkomst tweedehands auto wegens non-conformiteit en dwaling

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 13 mei 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen een koper en verkoper van een tweedehands auto. De koper, vertegenwoordigd door mr. A.W. van Dalen, heeft de koopovereenkomst ontbonden omdat de auto niet voldeed aan de verwachtingen die waren gewekt in de advertentie op Marktplaats. De verkoper, vertegenwoordigd door mr. J.O. Bohr, had de auto aangeboden met de mededeling dat deze over All Wheel Drive (AWD) beschikte, maar na aankoop bleek dit niet het geval te zijn. De koper heeft de auto laten inspecteren, waaruit bleek dat essentiële onderdelen ontbraken, wat leidde tot de conclusie dat de auto niet aan de overeenkomst voldeed.

De koper heeft de verkoper in een WhatsApp-bericht op de hoogte gesteld van de gebreken en heeft hem de mogelijkheid geboden om de situatie op te lossen. Na een aantal correspondenties heeft de gemachtigde van de koper de koopovereenkomst vernietigd en de verkoper gesommeerd om het aankoopbedrag van € 17.500 terug te betalen. De verkoper heeft de vordering betwist en stelde dat hij niet op de hoogte was van de gebreken en dat de koper tekort was geschoten in zijn onderzoeksplicht.

De kantonrechter heeft geoordeeld dat de koper de koopovereenkomst rechtsgeldig heeft ontbonden, omdat de auto niet voldeed aan de overeenkomst. De rechter heeft vastgesteld dat de verkoper tekort is geschoten in zijn verplichtingen en heeft de verkoper veroordeeld tot terugbetaling van de koopsom, vermeerderd met wettelijke rente. Daarnaast is de verkoper veroordeeld tot betaling van buitengerechtelijke kosten en proceskosten. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 9609431 \ CV EXPL 21-43372
datum uitspraak: 13 mei 2022
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
[eiser] ,
woonplaats: [woonplaats eiser] ( [provincie] ),
eiser,
gemachtigde: mr. A.W. van Dalen,
tegen
[gedaagde],
woonplaats: [woonplaats gedaagde] ,
gedaagde,
gemachtigde: mr. J.O. Bohr.
De partijen worden hierna ‘ [eiser] ’ en ‘ [gedaagde] ’ genoemd.

1..De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 16 december 2021, met producties;
  • de conclusie van antwoord, met producties;
  • het vonnis van 7 februari 2022 waarin een mondelinge behandeling is bepaald.
1.2.
Op 14 april 2022 is de zaak tijdens een mondelinge behandeling met partijen en de gemachtigden besproken.

2..De feiten

2.1.
[gedaagde] heeft in september 2021 zijn Volvo XC70 met het kenteken [kentekennummer] (hierna: de auto) te koop aangeboden op Marktplaats voor een bedrag van € 19.950,00. In de advertentie was onder meer opgenomen dat de auto beschikt over AWD (All Wheel Drive). [gedaagde] heeft ook de volgende opmerking geplaatst in de advertentie:
“Hij heeft net een nieuwe apk en recent onderhoud gehad, instappen en rijden dus!”
2.2.
Op 13 september 2021 heeft [eiser] een proefrit gemaakt in de auto. Op dezelfde dag is tussen partijen een koopovereenkomst tot stand gekomen op grond waarvan [gedaagde] tegen betaling van € 17.500,00 door [eiser] de auto heeft geleverd aan [eiser] (hierna: de koopovereenkomst).
2.3.
[eiser] heeft de auto op 18 september 2021 laten nakijken door Autoservice EMR. De bevindingen van Autoservice EMR naar aanleiding van de inspectie van de auto luiden als volgt:
“Toen de auto op de brug stond zag ik dat de cardanas en achterste aandrijfassen gedemonteerd waren, waardoor de AWD niet meer functioneert. Verder stonk de auto wat en was er een slang van de carterventilatie gescheurd. Met een proefrit werd de airco niet heel koud.”
2.4.
[eiser] heeft op 18 september 2021, voor zover van belang, het volgende Whatsappbericht gestuurd aan [gedaagde] :
“Vandaag ben ik met de auto bij de garage geweest, om de auto na te laten kijken. Je noemt in de advertentie dat de auto all wheel drive heeft, maar vandaag concludeerden we bij de garage dat (nagenoeg?) alle onderdelen die horen bij dit type aandrijving, ontbreken aan de auto die je mij hebt verkocht. Daarover heb je niets gezegd in de mailwisseling die wij eerder hadden en ook in het kleine uur dat wij samen waren en het hadden over de auto in het bijzijn van een getuige, heb je dit niet genoemd. Verder lijkt er een probleem te zijn met de airconditioning en is er een probleem met de carterventilatie. De auto voldoet overduidelijk niet aan wat jij in de advertentie hebt aangeboden en ik voel mij, op zijn zachtst gezegd, misleid. Voordat ik allerlei dingen in gang zet en mogelijk onnodig ga juridiseren, bied ik je graag de mogelijkheid het probleem op te lossen. Wat mij betreft heb je de keuze uit 2 mogelijkheden: of je koopt de auto terug en betaalt mij direct mijn 17.500 Euro per bank terug, of je zorgt dat de auto bij de officiële Volvo-dealer in Hilversum op jouw kosten weer volledig wordt teruggebracht naar een technisch onberispelijke staat,
waarin bovendien de vierwielaandrijving probleemloos en naar behoren functioneert. Ik hoor graag per omgaande naar welke optie jouw voorkeur uitgaat, ga er vooralsnog van uit dat we dit in der minne kunnen schikken en dat aangifte bij de politie en een gang naar de rechter niet nodig zullen blijken.”
2.5.
Per brief van 1 oktober 2021 heeft de gemachtigde van [eiser] , voor zover van belang, het volgende geschreven aan [gedaagde] :
“De koopovereenkomst is tot stand gekomen onder invloed van dwaling en zou bij een juiste voorstelling van zaken niet zijn gesloten. Daarom is deze vernietigbaar. Ook kan de overeenkomst worden ontbonden, aangezien u tekort bent geschoten in de nakoming van de verbintenis.
De koopovereenkomst wordt hierbij vernietigd dan wel ontbonden.”
2.6.
Per brief van 18 oktober 2021 heeft de gemachtigde van [eiser] , voor zover van belang, [gedaagde] gesommeerd om hem te bevestigen dat de koop wordt teruggedraaid met ongedaanmaking van de reeds door partijen ontvangen prestaties en binnen veertien dagen na ontvangst van deze brief € 17.500,-- te voldoen, bij gebreke waarvan [gedaagde] € 950,- aan incassokosten verschuldigd zal worden.

3..Het geschil

3.1.
De eis van [eiser] luidt (samengevat weergegeven) dat bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
primair voor recht wordt verklaard dat de koopovereenkomst op 1 oktober 2021 rechtsgeldig is vernietigd dan wel ontbonden;
subsidiair de koopovereenkomst wordt vernietigd op grond van bedrog dan wel dwaling;
meer subsidiair de koopovereenkomst wordt ontbonden wegens een toerekenbare tekortkoming;
zowel primair, subsidiair als meer subsidiair:
[gedaagde] wordt veroordeeld om het aankoopbedrag van € 17.500,00 met wettelijke rente terug te betalen, onder gelijktijdige afgifte van de auto door [eiser] aan [gedaagde] ;
[gedaagde] wordt veroordeeld om aan [eiser] te betalen € 950,00 aan buitengerechtelijke kosten, € 95,00 met betrekking tot de aankoopinspectie, € 40,00 aan verzekering per maand en € 84,00 aan motorrijtuigenbelasting per maand, deze bedragen te vermeerderen met de wettelijke rente;
met veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten.
3.2.
[eiser] baseert, voor zover nu van belang, zijn eis op het volgende.
3.2.1.
De auto is verkocht als een auto met AWD, terwijl de auto ten tijde van de verkoop niet beschikte over AWD. Er is voldaan aan de vereisten van artikel 6:228 BW, zodat [eiser] de koopovereenkomst rechtsgeldig buitengerechtelijk heeft vernietigd. Daarnaast beantwoordt de auto door het ontbreken van AWD niet aan de koopovereenkomst (artikel 7:17 BW), zodat [eiser] eveneens de bevoegdheid had om de koopovereenkomst te ontbinden. De vernietiging dan wel ontbinding heeft tot gevolg dat [gedaagde] aan [eiser] de aankoopprijs moet terugbetalen en [eiser] de auto aan [gedaagde] moet teruggeven. Subsidiair is de koopovereenkomst vernietigbaar op grond van bedrog, omdat [eiser] feiten heeft verzwegen die hij verplicht was om mede te delen. Dat het gaat om opzet, blijkt uit de vervalsing van het onderhoudsboekje.
3.2.2.
[eiser] vordert buitengerechtelijke kosten, omdat werkzaamheden zijn verricht om voldoening buiten rechte te verkrijgen. Daarnaast vordert [eiser] de door hem geleden schade vanaf 13 september 2021, bestaande uit € 95,00 met betrekking tot een aankoopinspectie, € 40,00 aan verzekering per maand en € 84,00 aan motorrijtuigenbelasting per maand.
3.3.
[gedaagde] is het niet eens met de eis en voert het volgende aan.
3.3.1.
Indien de auto niet beschikte over AWD ten tijde van de verkoop, dan was [gedaagde] daarvan niet op de hoogte. Een eventuele wederzijdse dwaling komt voor rekening van [eiser] , omdat hij tekort is geschoten in zijn onderzoeksplicht. Het ontbreken van AWD rechtvaardigt vanwege haar geringe betekenis ook niet de ontbinding van de koopovereenkomst. De koopovereenkomst is aldus niet rechtsgeldig buitengerechtelijk vernietigd dan wel ontbonden. [gedaagde] betwist ook dat hij feiten heeft verzwegen die hij verplicht was om mede te delen, zodat de koopovereenkomst niet vernietigd kan worden op grond van bedrog.
3.3.2.
[gedaagde] betwist voorts de verschuldigdheid van de gevorderde buitengerechtelijke kosten en schade.
3.4.
Op de overige stellingen van partijen wordt, voor zover van belang voor de uitkomst van de zaak, hierna bij de beoordeling nader ingegaan.

4..De beoordeling

4.1.
De kantonrechter ziet aanleiding om allereerst te beoordelen of [eiser] de koopovereenkomst rechtsgeldig buitengerechtelijk heeft ontbonden per brief van 1 oktober 2021.
non-conformiteit
4.2.
Artikel 7:17 lid 1 BW bepaalt dat de afgeleverde zaak (de auto) aan de overeenkomst moet beantwoorden. De auto beantwoordt ingevolge artikel 7:17 lid 2 BW niet aan de overeenkomst indien deze, mede gelet op de aard van de zaak en de mededelingen die de verkoper ( [gedaagde] ) over de auto heeft gedaan, niet de eigenschappen bezit die de koper ( [eiser] ) op grond van de overeenkomst mocht verwachten. Daarbij geldt dat de koper in ieder geval mag verwachten dat de zaak de eigenschappen bezit die voor een normaal gebruik daarvan nodig zijn en waarvan hij de afwezigheid niet behoefde te betwijfelen.
4.3.
Vooropgesteld wordt dat [gedaagde] weliswaar in algemene bewoordingen zijn twijfel heeft geuit over de vraag of de auto ten tijde van de verkoop niet beschikte over AWD, maar dat acht de kantonrechter een onvoldoende betwisting van de met de verklaring van Autoservice EMR onderbouwde stelling van [eiser] . In rechte staat daarmee als onvoldoende gemotiveerd betwist vast dat de auto op 13 september 2021 niet over AWD beschikte. De auto is aldus verkocht zonder AWD, terwijl uit de inhoud van de advertentie (zie onder 2.1) volgt dat de auto is aangeboden met AWD. Weliswaar heeft [gedaagde] gesteld dat de gegevens in de advertentie automatisch door marktplaats zijn ingevuld, maar dat laat onverlet dat [gedaagde] als verkoper verantwoordelijk is voor de juistheid van de advertentie. De kantonrechter is daarom van oordeel dat de auto niet de eigenschap (AWD) bezit die [eiser] op grond van de overeenkomst, waarvan de inhoud mede wordt bepaald door de advertentie, wel mocht verwachten.
4.4.
Aan een beoordeling van de overige gestelde gebreken aan de auto (waaronder problemen met de airconditioning en carterventilatie) komt de kantonrechter niet toe, omdat het ontbreken van AWD reeds leidt tot de vaststelling dat de auto niet aan de overeenkomst beantwoordt.
onderzoeksplicht
4.5.
[gedaagde] heeft aangevoerd dat [eiser] is tekortgeschoten in zijn onderzoeksplicht, omdat hij geen gebruik heeft gemaakt van de mogelijkheid om een aankoopkeuring uit te laten voeren voorafgaand aan het sluiten van de koopovereenkomst. Naar het oordeel van de kantonrechter slaagt dit verweer van [gedaagde] niet. Volgens artikel 7:17 lid 5 BW kan de koper zich er niet op beroepen dat de zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt wanneer hem dit ten tijde van het sluiten van de overeenkomst bekend was of redelijkerwijs bekend kon zijn. Op grond van de mededelingen die [gedaagde] voorafgaand aan de verkoop heeft gedaan, bestond er voor [eiser] echter geen aanleiding om te twijfelen of de auto, zoals opgenomen in de advertentie, daadwerkelijk beschikte over AWD. Te meer nu ter zitting is gebleken dat de auto zelf is voorzien van de aanduiding “AWD”. Dat de auto mogelijk onder de marktwaarde is verkocht, maakt ook niet dat [eiser] erop bedacht moest zijn dat de auto niet beschikte over AWD.
conclusie ten aanzien van de ontbinding van de koopovereenkomst
4.6.
Het voorgaande betekent dat [gedaagde] is tekortgeschoten in zijn verplichting een auto te leveren die aan de overeenkomst beantwoordde. [gedaagde] heeft aangevoerd dat het ontbreken van AWD vanwege haar geringe betekenis de ontbinding van de overeenkomst niet rechtvaardigt. [eiser] heeft daartegenover echter toegelicht dat het verschil tussen een auto mét en een auto zonder AWD op het gebied van veiligheid wezenlijk is en hij bewust naar een auto met AWD heeft gezocht, omdat hij vaak met een aanhangwagen door heuvelachtig gebied in Frankrijk rijdt. Naar het oordeel van de kantonrechter is om die reden geen sprake van een tekortkoming van geringe betekenis die de ontbinding van de koopovereenkomst niet rechtvaardigt. Ook aan de overige vereisten van artikel 6:265 BW is voldaan, zodat [eiser] de koopovereenkomst mocht ontbinden. Dit heeft hij dan ook rechtsgeldig bij brief van 1 oktober 2021 gedaan.
4.7.
Nu vaststaat dat [eiser] de koopovereenkomst rechtsgeldig heeft ontbonden, geldt dat partijen op grond van artikel 6:271 BW bevrijd zijn van de getroffen verbintenissen op grond van de koopovereenkomst. Voor zover deze reeds zijn nagekomen, ontstaat voor partijen een verbintenis tot ongedaanmaking van de reeds door hen ontvangen prestaties. Met andere woorden, [gedaagde] dient de koopprijs van € 17.500,00 aan [eiser] terug te betalen en [eiser] dient de auto terug te geven aan [gedaagde] . De kantonrechter zal de gevorderde hoofdsom ad € 17.500,00 dan ook toewijzen. De gevorderde wettelijke rente is als onweersproken en op de wet gegrond toewijsbaar vanaf 1 oktober 2021.
4.8.
De door [eiser] gevorderde verklaring voor recht zal worden afgewezen, omdat de verklaring voor recht onlosmakelijk is verbonden met zijn vordering tot terugbetaling van de koopsom. [eiser] heeft daarom geen zelfstandig belang bij de gevorderde verklaring voor recht.
4.9.
Omdat het beroep van [eiser] op ontbinding slaagt, komt de kantonrechter ook niet toe aan een beoordeling van hetgeen partijen hebben aangevoerd over dwaling en bedrog.
schadevergoeding
4.10.
De kantonrechter begrijpt uit de stellingen van [eiser] dat hij naast ontbinding van de koopovereenkomst aanspraak maakt op een schadevergoeding. Op grond van artikel 6:277 BW is schadevergoeding naast ontbinding mogelijk en komt de schade die [eiser] heeft geleden doordat geen wederzijdse nakoming heeft plaatsgevonden voor vergoeding door [gedaagde] in aanmerking. De gevorderde maandelijkse kosten aan verzekering en motorrijtuigenbelasting zullen echter worden afgewezen, omdat [eiser] ter zitting heeft verklaard dat hij gebruik heeft gemaakt van de auto. Deze kosten kunnen naar het oordeel van de kantonrechter dan ook niet als schade worden aangemerkt. [gedaagde] heeft geen afzonderlijk gemotiveerd verweer gevoerd tegen de verschuldigdheid van de € 95,00 aan kosten voor de aankoopinspectie, zodat de kantonrechter dat bedrag wel zal toewijzen. De wettelijke rente over dit bedrag zal, zoals gevorderd door [eiser] , worden toegewezen vanaf veertien dagen na de datum van dit vonnis.
buitengerechtelijke kosten
4.11.
[eiser] vordert een bedrag van € 950,00 aan buitengerechtelijke incassokosten. [eiser] heeft voldoende gesteld en onderbouwd dat buitengerechtelijke werkzaamheden zijn verricht. De door hem gemaakte redelijke kosten om zijn vordering voldaan te krijgen komen dan ook voor rekening van [gedaagde] . Het gevorderde bedrag is in overeenstemming met het in het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten bepaalde tarief dat redelijk wordt geacht en is derhalve toewijsbaar. De gevorderde rente over de buitengerechtelijke kosten is niet toewijsbaar, nu niet is gesteld dat de buitengerechtelijke kosten voor dagvaarding reeds door [eiser] zijn betaald aan zijn gemachtigde.
proceskosten
4.12.
[gedaagde] krijgt voor het grootste deel ongelijk en moet daarom de proceskosten betalen. De kantonrechter stelt deze kosten aan de kant van [eiser] tot vandaag vast op € 123,60 aan dagvaardingskosten, € 507,00 aan griffierecht en € 746,00 aan salaris voor de gemachtigde (2 punten x € 373,00 tarief). Dit is totaal € 1.376,60.
uitvoerbaarheid bij voorraad
4.13.
Dit vonnis wordt, zoals gevorderd, uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

5..De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
wijst de gevorderde verklaring voor recht af;
5.2.
veroordeelt [gedaagde] om binnen veertien dagen na de datum van dit vonnis aan [eiser] te betalen € 17.500,00 vermeerderd met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW over dit bedrag vanaf 1 oktober 2021 tot de dag van volledige betaling, onder gelijktijdige afgifte van de auto door [eiser] aan [gedaagde] ;
5.3.
veroordeelt [gedaagde] om binnen veertien dagen na datum van dit vonnis aan [eiser] te betalen € 1.045,00 vermeerderd met de wettelijke rente zoals bedoeld in artikel 6:119 BW over € 95,00 vanaf 27 mei 2022 tot de dag van volledige betaling;
5.4.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, aan de kant van [eiser] tot vandaag vastgesteld op € 1.376,60;
5.5.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.6.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. F. Aukema-Hartog en in het openbaar uitgesproken.
49039