2.13.Exsa heeft een verzoek tot het houden van een voorlopig getuigenverhoor ingediend bij de rechtbank, welk verzoek is toegewezen. Op 9 november 2020 heeft de rechtbank drie personen gehoord, te weten [naam gedaagde 2], [naam 1] en [naam 2]. Zij hebben, onder meer, het volgende verklaard:
[naam gedaagde 2]:
“[naam bedrijf 2] is sinds enkele jaren leverancier van EXSA. Ik ben betrokken geweest bij de verkopen van [naam bedrijf 2]. [naam bedrijf 2] is een gerenommeerd bedrijf, zij staat goed bekend. [naam bedrijf 2] heeft normaal gesproken geen interesse in kleine bedrijven. Zij wil alleen grote volumes regelen. Naar mijn mening is EXSA eigenlijk te klein voor [naam bedrijf 2]. [naam 1] heeft in oktober 2018 een overeenkomst gesloten met [naam bedrijf 2] die zag op de levering van meloenen. Ik ben niet betrokken geweest bij de totstandkoming van die overeenkomst. Er zijn prijzen en voorwaarden afgesproken voor verschillende leveringen van meloenen. Het seizoen begint in februari/maart en loopt tot eind april. Begin januari 2019 ben ik namens EXSA naar Costa Rica gegaan om te praten over een vermindering van de volumes. [naam 1] dacht namelijk dat het moeilijk zou zijn om de afgesproken volumes te verkopen. [naam bedrijf 2] is hier niet mee akkoord gegaan. Zij wilde dat EXSA volledig zou afnemen. Ik had in Costa Rica contact met [naam 3]. Ik had geen contactpersoon in Nederland. Ik heb de stukken gelezen dat [naam 2] contactpersoon van [naam bedrijf 2] zou zijn, maar dat is naar mijn mening niet juist. [naam 2] was in het verleden wel klant van [naam bedrijf 2] toen hij voor [naam bedrijf 1] werkte, maar hij was geen vertegenwoordiger van [naam bedrijf 2]. Bij iedere zending wordt een kwaliteitsrapport opgesteld door een deskundige. Toen in februari/maart 2019 de eerste zending meloenen van [naam bedrijf 2] werd ontvangen, heeft EXSA geklaagd over de kwaliteit van die meloenen. Het is in de AGF-handel een gebruikelijke truc om dat toe doen, om zodoende een prijsreductie te krijgen. Ik weet niet hoeveel leveringen er hebben plaatsgevonden van [naam bedrijf 2]. Ik weet wél dat EXSA ten aanzien van het overgrote gedeelte van die leveringen heeft geklaagd. [naam bedrijf 2] was al op
haar hoede door mijn gesprek begin 2019 waarin gevraagd is om een vermindering van de volumes. Toen de eerste klacht van EXSA binnenkwam, heeft [naam bedrijf 2] direct een contra-expert ingeschakeld. Aan de hand van de contra-expertise stelde [naam bedrijf 2] zich op het standpunt dat de meloenen wel deugdelijk waren. Ik was namens EXSA betrokken bij de klachten, ik rapporteerde aan Costa Rica. Zoals ik al heb verklaard, ben ik in mei 2019 vertrokken bij EXSA. In oktober kreeg ik een telefoontje van [naam 1]. Hij vertelde mij dat de discussie met [naam bedrijf 2] nog steeds liep. Hij zei dat hij die discussie probeerde te schikken en dat er op dat moment nog een verschil bestond van € 10.000,--. Hij vroeg mij om een positieve verklaring af te leggen voor EXSA voor het geval [naam bedrijf 2] mij zou benaderen. Ik heb [naam 1] gezegd dat ik geen valse verklaring zou afleggen en ik heb hem toegezegd dat ik eerst contact met hem op zou nemen indien [naam bedrijf 2] mij zou benaderen. [naam bedrijf 2] heeft geen contact met mij opgenomen. Ik heb zelf ook geen contact met hen
opgenomen. Begin 2020 belde [naam 2] mij en hij nodigde mij uit om bij hem een kop koffie te drinken. Hij had toen net zijn eerste order limoenen bij mijn bedrijf geplaatst. Omdat het om een eerste order ging en omdat ik [naam 2] kende van [naam bedrijf 1], ben ik bij hem langsgegaan. Het bedrijf van [naam 2] heet [naam bedrijf 3]. Wij hebben koffie gedronken bij hem op kantoor. Dit was op 11 maart 2020. Wij hebben gesproken over de tijd van [naam bedrijf 1], onze eigen ondernemingen en de AGF-handel in het algemeen. Ik weet niet of [naam 2] hier zelf over begonnen is, maar wij hebben ook even gesproken over het meloenenseizoen van 2019. Ik heb beaamd dat dit een slecht seizoen was. Met een slecht seizoen wordt bedoeld dat er sprake was van een slechte markt voor meloenen onder andere qua prijsvorming. Ik heb ook beaamd dat het typisch iets voor [naam 1] was om onder zijn verplichtingen uit te komen middels een kwaliteitsdiscussie. Overigens staat [naam 1] hier niet alleen in; dit is gebruikelijk in de handel. Ik heb niets gezegd over de kwaliteit van de meloenen die [naam bedrijf 2] aan EXSA had geleverd. U houdt mij de verklaring van [naam 2] voor. Het klopt niet dat ik dit tegen [naam 2] heb gezegd. Ik heb, zoals ik zojuist al heb verklaard, alleen over algemeenheden gesproken. Ik heb ook geen cijfers of aantallen kenbaar gemaakt. Ik heb zelf niets met de meloenenhandel te maken en doe geen zaken met [naam bedrijf 2] of EXSA. Tijdens het gesprek met [naam 2] ging ik ervan uit dat er al een schikking was getroffen. Ik wilde niet betrokken raken bij de discussie tussen EXSA en [naam bedrijf 2]. Ik heb geen belang bij de uitkomst daarvan. Ik ben niet boos op [naam 1] of EXSA en heb geen reden om mij negatief uit te laten over EXSA. Ik ben mij van geen kwaad bewust.
Na het gesprek heeft [naam 2] geen bestellingen meer bij mij gedaan. Ik vermoed dat er een spel wordt gespeeld waarvan ik het slachtoffer moet worden.
Op de vragen van mr. Steenpoorte verklaar is als volgt. Toen ik bij [naam 2] op gesprek was, dacht ik dat er al een schikking was getroffen, omdat [naam 1] mij in oktober had gebeld en mij had verteld over een verschil van € 10.000,--. Vanwege de verstreken periode en dat genoemde verschil was ik in de veronderstelling dat er al een schikking bereikt was. Zoals ik al zei, heb ik geen belang bij de uitkomst van het geschil van EXSA. Tijdens het gesprek vroeg [naam 2] naar [naam 1] en gaf hij richting aan het gesprek. Ik heb niets over [naam 1] gezegd, ik heb alleen over algemeenheden gesproken. Toen [naam 2] mij vroeg naar [naam 1] heb ik mij juist op de vlakte gehouden. Ik heb geen bedrijfsgeheimen prijsgegeven. [naam 2] vroeg verder niet iets specifieks. Ik kan mij niet herinneren of de naam [naam bedrijf 2] is gevallen. Ik was vóór de onderhavige procedure niet bekend met de omvang van de schadeclaim van [naam bedrijf 2]. Ik was er niet van op de hoogte tijdens het gesprek met [naam 2] dat het dossier over het geschil al onder de advocaten was. Ik heb geen aanleiding gezien om na het gesprek met [naam 2] contact op te nemen met [naam 1] omdat ik niet actief ben in de meloenenhandel en geen belang heb bij de uitkomst van het geschil en omdat ik alleen over algemeenheden had gesproken. Ik heb niet over ins en outs gesproken. Ik was mij van geen kwaad bewust.
Op de vragen van mr. De Neef verklaar ik als volgt. [naam 2] doet geen zaken met [naam bedrijf 2]. Hij deed dit dus ook niet ten tijde van ons gesprek. Toen ik in mei 2019 vertrok bij EXSA heb ik alle spullen, documenten en gegevens met betrekking tot EXSA ingeleverd. Ik kan niets zeggen over details zoals aantallen, prijzen of voorwaarden, omdat ik alles dus afgegeven heb bij EXSA en dit niet meer weet.”
[naam 2]:
“Ik ken de eigenaar van [naam bedrijf 2], [naam 3], heel goed. [naam 3] heeft mij verteld dat er een conflict was ontstaan met EXSA. [naam 3] vertelde mij dat EXSA het afgesproken programma meloenen niet wilde afnemen. Dit zag volgens mij op het seizoen 2019. Het seizoen loopt ongeveer van februari tot eind april. Aan het eind van die periode heb ik [naam 3] gesproken over het conflict. Het ging in de kern om geld. [naam bedrijf 2] wilde een bedrag van EXSA ontvangen vanwege het niet afnemen van het programma. EXSA wilde wel iets bieden maar vond het bedrag te hoog. [naam 3] vertelde mij ook dat het conflict zag op kwaliteitsproblemen maar de grootste reden was het niet afnemen van het programma. Ik heb in die periode geen contact gehad met [naam 1] of [naam gedaagde 2]. Toen het conflict in een impasse was geraakt, heeft [naam 3] mij gevraagd om contact op te nemen met [naam 1]. Dit zal ergens in april/mei/juni 2020 geweest zijn. [naam 3] heeft mij niet gevraagd contact op te nemen met [naam gedaagde 2]. [naam gedaagde 2] speelde geen enkele rol. Ik heb contact opgenomen met [naam 1]. Ik vond het jammer dat er een conflict was ontstaan en wilde wel mediator zijn. Zoals ik al zei, is mij niet gevraagd contact met [naam gedaagde 2] op te nemen. Hij is bij mij op bezoek geweest nadat hij bij EXSA is weggegaan. Dat bezoek was op 11 maart 2020. Het is nooit mijn bedoeling geweest om met
hem over EXSA of eén specifiek ander onderwerp te praten. Tijdens ons gesprek kwam het conflict tussen EXSA en [naam bedrijf 2] en de kwaliteit van meloenen ter sprake. [naam gedaagde 2] vertelde over de situatie van EXSA en zei dat de kwaliteit van de meloenen van [naam bedrijf 2] geen issue was maar dat het om de slechte marktsituatie ging. Hij vertelde dat de situatie met betrekking tot de meloenen heel moeilijk was geweest en dat EXSA mede daardoor een slecht jaar had gehad. [naam gedaagde 2] vertelde mij ook dat hij niet achter het programma stond. Hij heeft niet gezegd waarom dat zo was. Ik heb [naam gedaagde 2] tijdens ons gesprek niet ondervraagd. U houdt mij voor dat [naam gedaagde 2] zojuist als getuige heeft verklaard dat hij niet specifiek met mij heeft gesproken over het conflict tussen EXSA en [naam bedrijf 2] en dat hij heeft verklaard alleen over algemeenheden te hebben gesproken. Ik zeg u dat ik de waarheid verklaar onder
ede. Het is nooit mijn bedoeling geweest om [naam gedaagde 2] te benadelen. De heb vandaag gemerkt dat hij boos op mij is en dat vind ik jammer. Na het gesprek met [naam gedaagde 2] had ik contact met [naam 3] over het conflict. Ik vertelde [naam 3] toen over mijn gesprek met [naam gedaagde 2]. [naam 3] vroeg mij om een verklaring af te leggen over de inhoud van dat gesprek. Dat stelde mij voor een moreel conflict. Ik vond het moeilijk om daarin een keuze te maken maar heb uiteindelijk de gevraagde verklaring gegeven omdat deze erg belangrijk was voor [naam 3]. Mijn bedrijf heeft in het verleden zaken gedaan met de onderneming van [naam gedaagde 2]. Dit is via een van mijn commerciële medewerkers gelopen. Voor zover ik weet, hebben wij zelf geen orders bij [naam gedaagde 2] geplaatst. [naam gedaagde 2] vroeg aan ons of wij hem wilden helpen met het verkopen van limoenen uit Brazilië. Dit zijn, denk ik, twee of drie partijen limoenen
geweest. De verkoop van limoenen was moeilijk en daarom hebben wij daarna niets meer voor [naam gedaagde 2] kunnen doen.
Op de vragen van mr. Steenpoorte verklaar ik als volgt. Ik durf niet te zeggen wie de discussie tussen EXSA en [naam bedrijf 2] ter sprake bracht. Ons gesprek was algemeen en ging over van alles en nog wat. Zodoende kwam het moeilijke seizoen van 2019 ter sprake. Ik durf niet te zeggen wie daarover begon. Het zou kunnen dat ik heb gezegd “je weet van de situatie tussen EXSA en [naam bedrijf 2]?”, maar dit weet ik niet zeker. U houdt mij voor dat [naam gedaagde 2] zou hebben verklaard dat ik in het bijzonder geïnteresseerd was in het conflict, dat is niet waar. Ik wist dat [naam gedaagde 2] bij EXSA had gewerkt. Ik vond het een moeilijk onderwerp om over te praten omdat ik wist dat het gevoelig lag. [naam 3] is een goede vriend van mij. Na [naam bedrijf 1] hebben wij geen zaken meer met elkaar gedaan. Toen ik [naam 3] sprak over het conflict, zei ik tegen hem “ik weet niet of het belangrijk is maar ik heb gesproken met
[naam gedaagde 2]”. Ik vertelde [naam 3] dat [naam gedaagde 2] een ex-werknemer van EXSA was en dat hij tegen mij had gezegd dat EXSA een moeilijk jaar had gehad en dat dit mede was veroorzaakt door de situatie met de meloenen. Ik heb ook gezegd dat [naam gedaagde 2] mij had verteld dat hij niet achter het programma stond en dat hij zei dat er werd gezegd dat de kwaliteit een issue zou zijn, maar dat dit niet waar was en dat het in werkelijkheid om het programma ging. Ik besefte op dat moment niet dat dit zo’n grote rol zou gaan spelen. Twee dagen na mijn gesprek met [naam 3] vroeg hij mij of ik bereid was een verklaring af te leggen. Ik wist dat [naam gedaagde 2] dit niet leuk zou vinden en stond daarom voor een moreel dilemma. Ik blijf bij de schriftelijke verklaring zoals ik die heb gegeven (prod. 5). Daar is niets van verzonnen, U
houdt mij voor dat [naam gedaagde 2] zojuist heeft verklaard dat er ten nadele van hem een spel wordt gespeeld. Alstublieft, dat is onzin. Ik vind het jammer dat hij dit gezegd heeft. Ik waardeer en respecteer [naam gedaagde 2] net zoals ik [naam 1] waardeer. U vraagt mij of [naam gedaagde 2] nog andere dingen over het conflict heeft gezegd zoals over de claim of correspondentie. Dat is niet het geval. Mijn bedrijf doet geen zaken met EXSA. Ik herinner mij dat [naam gedaagde 2] iets heeft gezegd over de totstandkoming van de deal met betrekking tot het programma tussen EXSA en [naam bedrijf 2]. Ik kan mij de details niet herinneren. [naam gedaagde 2] heeft in grote lijnen gesproken over zijn uittreding als aandeelhouder van EXSA. Hij heeft geen bedragen genoemd. Ik vermoed dat ik fungeerde als uitlaatklep voor [naam gedaagde 2] en dat hij mij hierover heeft verteld omdat hij niet blij was over de manier waarop hij afscheid had genomen van EXSA. [naam gedaagde 2] had liever op een andere manier afscheid genomen. [naam gedaagde 2] is niet naar mij toegekomen om specifiek over EXSA te praten. Het was een informeel gesprek en van het een kwam het ander.
In reactie op de vragen van mr. De Neef verklaar ik als volgt. Zoals ik zojuist heb verklaard, vertelde [naam 3] mij in april 2019 over een conflict dat hij onder andere met EXSA had. [naam 3] vertelde mij dat het programma niet door EXSA werd afgenomen omdat er volgens haar kwaliteitsproblemen zouden zijn. Volgens [naam 3] was de kwaliteit in orde en hij zei dat het werkelijke probleem de markt zou zijn. Ik ben geen vertegenwoordiger van [naam bedrijf 2].”
[naam 1]:
“In 2018 is een contract met [naam bedrijf 2] gesloten. Dit was de eerste keer dat wij zaken deden met [naam bedrijf 2]. [naam gedaagde 2] was feitelijk niet betrokken bij het maken van deze deal. Wél is het zo dat alle details naar hem zijn toegestuurd omdat hij operationeel verantwoordelijk was voor de meloenen. [naam gedaagde 2] is in januari 2019 namens EXSA naar Costa Rica gegaan. De reden hiervoor was tweeledig. EXSA heeft daar eigen teelt en het was de bedoeling dat [naam gedaagde 2] daar onze productievelden zou bezoeken. Daarnaast zou hij productievelden van derden zoals [naam bedrijf 2] bezoeken. Het klopt dat [naam gedaagde 2] [naam bedrijf 2] heeft gevraagd om het volume te verminderen. EXSA had een intentieverklaring afgegeven voor het afnemen van een bepaald volume. Aanpassing was mogelijk geweest gelet op de korte productietermijn van zestig dagen. [naam bedrijf 2] wilde daar niet aan, zij hield EXSA aan het volume dat was vermeld in de intentieverklaring. Het seizoen 2019 was lastig voor meloenen. Het was moeilijk om de meloenen af te zetten. Wij hadden afzeggingen van onze klanten gekregen. Die afzeggingen hadden primair met de slechte kwaliteit te maken en wellicht ook met het moeilijke seizoen (de afzet). Zoals gebruikelijk heeft een onafhankelijk kwaliteitsbureau de meloenen geïnspecteerd. De meloenen van [naam bedrijf 2] scoorden onvoldoende. [naam gedaagde 2] was betrokken bij de
kwaliteitsclaims en heeft alles doorgestuurd naar [naam bedrijf 2]. [naam bedrijf 2] heeft een contraexpertise
laten verrichten waarvan wij de uitslag niet hebben ontvangen, zover ik weet. Er ontstond een dispuut. EXSA claimde 170.000 dollar in verband met de slechte kwaliteit. Er is geprobeerd om dit dispuut te schikken, maar er bleef een verschil van 10.000 euro of dollar bestaan. Achteraf was het beter geweest om een schikking te treffen. Er was sprake van haantjesgedrag, we kwamen er niet uit. [naam bedrijf 2] heeft erkend dat er sprake was van slechte kwaliteit. Out of the blue claimden zij via haar advocaat een bedrag van ruim 900.000 dollar in verband niet-afgenomen meloenen. Er vonden opnieuw onderhandelingen plaats en [naam bedrijf 2] ging terug naar ruim 500.000 dollar. Ik had vertrouwen in de juridische positie van EXSA. In maart 2020 werd ik geconfronteerd met een verklaring van [naam 2]. De advocaat van [naam bedrijf 2] stuurde die vetklaring op. [naam 2] is mijn oud-werkgever. Ik zat vijfjaar in de directie van [naam bedrijf 1]. Ik dacht dat het beter was om een rechtszaak te voorkomen en heb [naam 2] gevraagd als mediator op te treden in het conflict. Toen ik de verklaring van [naam 2] ontving, waren de schikkingsonderhandelingen al in een impasse geraakt. Uiteindelijk is er geschikt op een bedrag van 220.000 dollar. Het programma van [naam bedrijf 2] is stilgezet vanwege de kwaliteitsproblemen en niet vanwege de slechte markt. Nadat ik de verklaring had ontvangen, heb ik contact gezocht met [naam gedaagde 2]. Ik heb hem gevraagd of het klopte dat hij [naam 2] had gesproken en wat hij dan zou hebben gezegd. [naam gedaagde 2] wilde daar niet op reageren. Hij heeft wel bevestigd dat een gesprek heeft plaatsgevonden. Daarna heeft mr. Steenpoorte contact opgenomen met [naam gedaagde 2]. Toen heeft [naam gedaagde 2] wederom bevestigd dat het gesprek had plaatsgevonden maar wilde hij niet zeggen wat hij had gezegd tegen [naam 2]. [naam gedaagde 2] heeft het geheimhoudingsbeding geschonden. Hij heeft iets gezegd tegen [naam 2] wat niet waar was en wat negatief voor EXSA was. Zonder de verklaring van [naam 2] had ik een rechtszaak wel aangedurfd, maar daarna niet meer. [naam gedaagde 2] had niet iets mogen zeggen over een lopende claim. [naam gedaagde 2] had moeten begrijpen dat die claim nog niet was opgelost toen hij [naam 2] sprak. Hij had dit moeten begrijpen omdat er al een conflict van 170.000 dollar bestond toen hij vertrok bij EXSA. Dat is een erg hoog bedrag. Zoiets is niet gebruikelijk voor ons bedrijf. Daarnaast had hij dit ook moeten begrijpen omdat ik hem in oktober 2019 heb gebeld en verteld dat er een verschil van 10.000 euro/dollar bestond en dat het niet was gelukt om daaruit te komen. Ik heb [naam gedaagde 2] gezegd dat er potentieel een rechtszaak zou ontstaan en dat het inmiddels om enorme bedragen ging. Ik denk dat ik de claim van [naam bedrijf 2] van ruim 900.000 dollar heb genoemd. Ik heb hem gewaarschuwd dat hij eventueel benaderd zou worden door de Nederlandse advocaat van [naam bedrijf 2]. Ik heb hem gevraagd in dat geval eerst contact met ons op te nemen. In december 2019 heeft een soortgelijk gesprek plaatsgevonden, want toen heb ik [naam gedaagde 2] nogmaals opgebeld.
Op de vragen van mr. Steenpoorte verklaar ik als volgt. U houdt mij voor dat [naam gedaagde 2] zojuist
heeft verklaard dat het typisch iets voor mij was om een kwaliteitsissue op te werpen om zo
onder mijn verplichtingen uit te komen. Het doet een beetje pijn om dat te horen. Vertrouwen is erg belangrijk voor mij. Ik heb [naam gedaagde 2] nooit gevraagd om een onjuiste verklaring af te leggen.
Op de vraag van mr. De Neef verklaar ik als volgt. De hoor u zeggen dat u mij net op de vraag welke geheime informatie nu precies is prijsgegeven geen antwoord heeft horen geven. Zoals ik zojuist ook al heb verklaard, heeft [naam gedaagde 2] tegen een derde gezegd dat EXSA het volume wilde verlagen vanwege de slechte marktsituatie terwijl dit niet het geval was. Die verlaging had namelijk te maken met kwaliteitsproblemen. De uitlatingen van [naam gedaagde 2] zijn nadelig geweest voor de juridische positie van EXSA en [naam gedaagde 2] had daar niet over mogen spreken.”