In deze zaak heeft Zilveren Kruis Zorgverzekeringen N.V. (hierna: Zilveren Kruis) een vordering ingesteld tegen [gedaagde] wegens het niet tijdig betalen van de verzekeringspremie voor de maand december 2021. De gedaagde heeft de premie van € 122,03 niet voldaan, ondanks een aanmaning van Zilveren Kruis. De vordering omvat een totaalbedrag van € 171,29, bestaande uit de hoofdsom, rente en buitengerechtelijke kosten. De gedaagde heeft de vordering erkend en aangegeven dat er een betalingsregeling is getroffen.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat er geen geschil bestaat over de betalingsachterstand van de gedaagde. De vordering tot betaling van de hoofdsom van € 122,03 is toegewezen, evenals de buitengerechtelijke incassokosten en rente, omdat aan de voorwaarden voor vergoeding is voldaan. De proceskosten zijn vastgesteld op € 294,74, die de gedaagde ook moet betalen. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat Zilveren Kruis het vonnis kan uitvoeren voordat het onherroepelijk is.
De beslissing van de kantonrechter is als volgt: de gedaagde wordt veroordeeld tot betaling van € 171,29 aan Zilveren Kruis, inclusief wettelijke rente vanaf 13 april 2022, en moet de proceskosten van € 294,74 vergoeden. Dit vonnis is uitgesproken door mr. M.C. van der Kolk op 10 juni 2022.