Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..Het verloop van de procedure
2..De vaststaande feiten
op eigen terrein zijn bewoners en bedrijven zelf verantwoordelijk om het grondwaterprobleem op te lossen en te voorkomen, voor zover deze problemen niet aantoonbaar worden veroorzaakt door onrechtmatig handelen of nalaten van een ander, particulier of overheid”. Verder staat in het e-mailbericht:
Daarenboven verwijst u naar het Gemeentelijk Rioleringsplan Zwijndrecht 2018-2022. Dit rioleringsplan dateert van 12 september 2017. Ten tijde van de rioleringswerkzaamheden in de Lievershil in 2013 was dit rioleringsplan derhalve niet van toepassing. Destijds was het Gemeentelijke Rioleringsplan Planperiode 2009-2013 toepasbaar. Nogmaals, uit dit Rioleringsplan blijkt het volgende:
[…] Op pagina 38 (onder punt 5.5.1) is vermeld dat In Zwijndrecht nauwelijks drainages aanwezig zijn. Op enkele plaatsen is de afgelopen jaren bij de uitvoering van rioleringswerkzaamheden drainage meegelegd; […]”
3..Het geschil
Als er al sprake is van structurele grondwateroverlast, dan geldt dat de gemeente slechts gehouden is maatregelen te treffen op openbaar terrein (artikel 3.6 Waterwet) en daar heeft de gemeente met het aanleggen van de drainage aan voldaan. De gemeente betwist dan ook haar zorgplicht te hebben geschonden.
De door [eiser] gestelde schade en wateroverlast wordt ook door de gemeente betwist. Voor zover er wel sprake is van schade, had [eiser] de eventuele schade in voldoende mate kunnen begroten. Een verwijzing naar de schadestaatprocedure is in strijd met de proceseconomie. Bovendien is [eiser] zelf verantwoordelijk om op zijn eigen perceel maatregelen te treffen als hij grondwaterproblemen ondervindt. Dit heeft hij nagelaten, zodat eventuele schade voor zijn eigen rekening komt. Tot slot betwist de gemeente de verschuldigdheid van de buitengerechtelijke kosten.
4..De beoordeling
5..De beslissing
: