In deze zaak heeft de kantonrechter te Dordrecht op 2 maart 2022 uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst tussen [verzoeker] en [verweerder]. [Verzoeker], een vennootschap die zich bezighoudt met de agentuur en commissiehandel in oliën, had verzocht om ontbinding van de arbeidsovereenkomst met [verweerder], die sinds 3 februari 2020 in dienst was als broker liquid oils. [Verzoeker] stelde dat er sprake was van disfunctioneren van [verweerder] en een verstoorde arbeidsverhouding. De kantonrechter oordeelde dat er geen voldoende onderbouwing was voor het disfunctioneren, maar dat er wel sprake was van een duurzaam verstoorde arbeidsverhouding. Dit werd onderbouwd door de spanningen binnen het team en het feit dat [verweerder] en zijn collega's niet meer met elkaar konden samenwerken.
De kantonrechter heeft geoordeeld dat [verzoeker] tekort is geschoten in haar rol als werkgever, wat heeft geleid tot de verstoorde verhouding. Daarom werd aan [verweerder] een billijke vergoeding van € 75.000,- toegekend, naast een transitievergoeding van € 8.002,08. De arbeidsovereenkomst werd ontbonden per 1 mei 2022. De proceskosten werden gecompenseerd, waarbij iedere partij de eigen kosten draagt. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en [verweerder] heeft recht op zijn salaris van € 11.575,- bruto per maand, met terugwerkende kracht vanaf 1 november 2021.