ECLI:NL:RBROT:2022:6462

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
22 juli 2022
Publicatiedatum
3 augustus 2022
Zaaknummer
C/10/641822 / FA RK 22-5084
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voortzetting van crisismaatregel in verband met roken en geestelijke gezondheidszorg

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 22 juli 2022 een beschikking gegeven over de voortzetting van een crisismaatregel op verzoek van de officier van justitie. De zaak betreft een betrokkene die lijdt aan terminale COPD en die ondanks zijn slechte gezondheid blijft roken. De rechtbank heeft vastgesteld dat het roken van sigaretten een ernstig nadeel vormt in de zin van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (Wvggz). De rechtbank oordeelt dat de fysieke toestand van de betrokkene, die recentelijk twee keer op de IC is opgenomen, en de risico's van het roken, een voortzetting van de crisismaatregel rechtvaardigen. De rechtbank verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel, waarbij de nadruk ligt op het beperken van het aantal sigaretten dat de betrokkene rookt. De rechtbank heeft ook bepaald dat de verplichte zorg beperkt moet blijven tot het roken, en andere door de officier verzochte maatregelen zijn niet noodzakelijk geacht. De machtiging is geldig tot en met 12 augustus 2022.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

Team familie
Zaak-/rekestnummer: C/10/641822 / FA RK 22-5084
Referentienummer: [nummer]
Schriftelijke uitwerking van de mondelinge beslissing van 22 juli 2022 betreffende een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel als bedoeld in artikel 7:7 van de Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg (hierna: Wvggz)
op verzoek van:
de officier van justitie in het arrondissement Rotterdam,hierna: de officier,
met betrekking tot:
[naam betrokkene],
geboren op [geboortedatum betrokkene] te [geboorteplaats betrokkene],
hierna: betrokkene,
wonende te [woonplaats betrokkene],
momenteel verblijvende in GGZ Delfland, locatie IJsselstraat te Berkel en Rodenrijs,
advocaat mr. M.C. Bekkering te Rotterdam.

1..Procesverloop

1.1.
Bij verzoekschrift, ingekomen op de griffie op 21 juli 2022, heeft de officier verzocht om voortzetting van de op 20 juli 2022 opgelegde crisismaatregel.
Bij het verzoekschrift zijn de volgende bijlagen gevoegd:
  • een afschrift van de beslissing tot het nemen van de crisismaatregel van 20 juli 2022;
  • de medische verklaring opgesteld door [naam 1], psychiater, van 20 juli 2022;
  • de gegevens over eerder afgegeven machtigingen op grond van de Wet Bopz en de Wvggz;
  • het bericht dat er geen relevante politie-, strafvorderlijke - en justitiële gegevens van betrokkene zijn;
  • een uittreksel uit het curateleregister.
1.2.
De mondelinge behandeling van het verzoek heeft plaatsgevonden op 22 juli 2022.
Bij die gelegenheid zijn verschenen:
  • betrokkene met zijn hiervoor genoemde advocaat;
  • [naam 2], psychiater, en [naam 3], verpleegkundige, beiden verbonden aan GGZ Delfland.
De curator is, hoewel daartoe behoorlijk opgeroepen, niet op de mondelinge behandeling verschenen.
1.3.
Ook de officier is niet tijdens de mondelinge behandeling verschenen, omdat hij een nadere toelichting op of motivering van het verzoek niet nodig achtte.

2..Beoordeling

2.1.
Uit de overgelegde stukken en de mondelinge behandeling is gebleken dat er ten aanzien van betrokkene sprake is van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel, gelegen in het bestaan van of het aanzienlijk risico op levensgevaar en ernstig lichamelijk letsel. Betrokkene is gediagnosticeerd met terminale COPD. Dit weerhoudt hem er niet van om te roken. Als gevolg hiervan is betrokkene de afgelopen maand tweemaal opgenomen geweest op de IC-afdeling van het ziekenhuis vanwege zogeheten exacerbaties (longaanvallen). De lichamelijke toestand van betrokkene is hierdoor snel verslechterd. Het ziekenhuis heeft aangegeven dat zij bij een volgende exacerbatie niets meer kunnen doen en dat de kans op overlijden groot is. Betrokkene kan de ernst van de situatie als gevolg van zijn stoornis niet goed inschatten. Hij denkt niet dood te gaan aan roken en wil daarom blijven roken. Tijdens de mondelinge behandeling verklaart de behandelaar dat ten tijde van de opname betrokkene een slechte gezondheid had. Hij kon nauwelijks naar de overkant van de straat lopen. De behandelaar verklaart dat de gezondheid van betrokkene al is opgeknapt door het teruggaan van 27 naar 20 sigaretten per dag. Omdat 20 sigaretten per dag nog steeds te veel is, is een voortzetting van de crisismaatregel noodzakelijk om dit aantal nog verder terug te dringen. Gezien de fysieke toestand van betrokkene en de enorme invloed die roken hierop heeft beschouwt de rechtbank het roken als ernstig nadeel in de zin van de wet. Daarbij speelt mee dat als betrokkene, anders dan bij gezondere mensen, blijft roken dit nieuwe exacerbaties tot gevolg heeft waardoor hij een grote kans heeft te overlijden. De rechtbank gaat daarom voorbij aan de wens van betrokkene om zelf te beslissen of hij wil roken of niet. De voortzetting van de crisismaatregel zal gebruikt worden ervoor te zorgen dat de gewoonte van betrokkene om te roken doorbroken wordt.
2.2.
Vermoed wordt dat dit nadeel wordt veroorzaakt door gedrag dat voortvloeit uit een psychische stoornis, in de vorm van schizofrenie van het paranoïde type, met een chronisch beloop en met name negatieve symptomen.
2.3.
De crisissituatie is zo ernstig dat de procedure voor een zorgmachtiging niet kan worden afgewacht.
2.4.
Met de advocaat is de rechtbank van oordeel dat de vormen van verplichte zorg beperkt moeten worden tot het verder beperken van het roken van sigaretten. Op basis van de medische verklaring en de mondelinge behandeling, acht de rechtbank de volgende vormen van verplichte zorg noodzakelijk om het ernstig nadeel af te wenden:
  • het onderzoek aan kleding of lichaam op de aanwezigheid van sigaretten;
  • het onderzoek van de woon- of verblijfsruimte op gedragsbeïnvloedende middelen en gevaarlijke voorwerpen, te weten sigaretten;
  • het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen. Deze vorm van verplichte zorg ziet op de mogelijkheid om sigaretten van betrokkene in te nemen, zodat voorkomen wordt dat betrokkene weer gaat roken.
2.5.
De overige door de officier verzochte vormen van verplichte zorg, te weten het uitoefenen van toezicht op betrokkene en het controleren op de aanwezigheid van gedragsbeïnvloedende middelen, worden door de rechtbank niet noodzakelijk geacht, omdat de noodzakelijkheid daarvan niet (afdoende) is gemotiveerd en de behandelaar tijdens de zitting gemotiveerd heeft verklaard dat deze niet nodig zijn om het ernstig nadeel af te wenden.
2.6.
Betrokkene wil niet stoppen met roken en ziet de ernst van de gevolgen niet in. Betrokkene verzet zich tegen deze zorg. Er zijn geen minder bezwarende alternatieven die hetzelfde beoogde effect hebben.
2.7.
De voorgestelde verplichte zorg is evenredig en naar verwachting effectief. Uit de stukken blijkt dat rekening is gehouden met de voorwaarden die noodzakelijk zijn om deelname van betrokkene aan het maatschappelijk leven te bevorderen, alsmede met de veiligheid van betrokkene.
2.8.
Gelet op het voorgaande zal een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel worden verleend, welke machtiging een geldigheidsduur heeft van drie weken na vandaag.

3..Beslissing

De rechtbank:
3.1.
verleent een machtiging tot voortzetting van de crisismaatregel ten aanzien van [naam betrokkene] voornoemd;
3.2.
bepaalt dat bij wijze van verplichte zorg de maatregelen zoals opgenomen in rechtsoverweging 2.4. kunnen worden getroffen;
3.3.
bepaalt dat deze machtiging geldt tot en met 12 augustus 2022;
3.4.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is op 22 juli 2022 mondeling gegeven door mr. E.M. Moerman, rechter, in tegenwoordigheid van L.M. van Egmond, griffier, en op 29 juli 2022 schriftelijk uitgewerkt en getekend.
Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.