ECLI:NL:RBROT:2022:7393

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
15 april 2022
Publicatiedatum
2 september 2022
Zaaknummer
C/10/636605 / KG RK 22-403
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van conservatoir bewijsbeslag met voorwaarden en beperkingen

In deze beschikking van de voorzieningenrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 15 april 2022, is een verzoek tot het leggen van conservatoir bewijsbeslag en gerechtelijke bewaring behandeld. Verzoekster, Home Depot U.S.A. Inc., heeft een verzoek ingediend voor het leggen van bewijsbeslag op basis van artikel 843a Rv, waarbij zij stelt dat er een rechtmatig belang is om bewijs te verzamelen in een rechtszaak die door Hudson tegen haar is aangespannen. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat aan de eisen van artikel 843a Rv is voldaan, en dat het bewijsbeslag ook mogelijk is bij een derde die over relevante informatie beschikt.

De voorzieningenrechter heeft het verzoek tot bewijsbeslag toegewezen, maar met enkele voorwaarden en beperkingen. Zo is het verlof beperkt tot specifieke locaties en gegevensdragers, en zijn er voorwaarden gesteld aan de zekerheidstelling voor eventuele schade die door het beslag kan ontstaan. De deurwaarder is opgedragen om een geheimhoudingsverklaring te laten ondertekenen door betrokken deskundigen en moet ervoor zorgen dat gerekestreerden de mogelijkheid hebben om een advocaat of vertrouwenspersoon bij de beslaglegging aanwezig te laten zijn.

De voorzieningenrechter heeft ook bepaald dat de termijn voor het instellen van de hoofdzaak vier weken na de afronding van het beslag bedraagt. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en verzoeken die verder gaan dan wat is toegewezen, zijn afgewezen.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK ROTTERDAM

Team handel en haven
zaaknummer / rekestnummer: C/10/636605 / KG RK 22-403
Beschikking van de voorzieningenrechter van 15 april 2022
in de zaak van
de rechtspersoon naar buitenlands recht
HOME DEPOT U.S.A. INC.,
gevestigd te Atlanta, Georgia,
verzoekster,
advocaten mrs. N.W. Mulder, E. Kenninck en W.M. Rensen te Amsterdam
en

1..de vennootschap onder firma LFF/TVO ROTTERDAM,

gevestigd te Rotterdam,
2.
[gerekestreerde01],
wonende te [woonplaats01] ,
3.
[gerekestreerde02],
wonende te [woonplaats02] ,
gerekestreerden.

1..De procedure

1.1.
De voorzieningenrechter heeft op 13 april 2022 een verzoek voor het leggen van conservatoir bewijsbeslag en gerechtelijke bewaring met de aanstelling van een gerechtelijk bewaarder, met producties doorgenummerd tot en met 7b, ontvangen.
1.2.
Naar aanleiding van het verzoek heeft de voorzieningenrechter op 13 april 2022 vragen gesteld. Op 15 april 2022 is een op 14 april 2022 gedateerde brief met antwoorden op die vragen ontvangen. Daarbij was een aangepast verzoek gevoegd.
1.3.
De inhoud van de hiervoor genoemde stukken wordt als hier herhaald en ingelast beschouwd.

2..De beoordeling

2.1.
Bij de beoordeling van het bewijsbeslagverzoek wordt het in eerste instantie beoordeeld of wordt voldaan aan de eisen van artikel 843a Rv: de rechtsbetrekking, het rechtmatig belang en bepaalde bescheiden. De voorzieningenrechter is van oordeel dat in dit geval aan deze eisen wordt voldaan.
2.2.
De rechtsbetrekking die hier aan de orde is, betreft die tussen Home Depot en Hudson. Daarbij is Home Depot partij en dat is voldoende. Volledigheidshalve wordt daar aan toegevoegd dat, zoals in dit geval, bewijsbeslag bij een derde die over relevante informatie beschikt volgens vaste rechtspraak mogelijk is. Daarnaast is (bewijs)beslaglegging mogelijk wanneer de daarop volgende hoofdprocedure niet in Nederland maar in het buitenland loopt (of gaat lopen).
2.3.
Het rechtmatig belang is gelegen in de beschreven noodzaak tot verweer in de door Hudson tegen Home Depot aanhangig gemaakte rechtszaak en de gronden van de vorderingen van Hudson. Home Depot heeft in dat kader bovendien zowel in het verzoek als in haar antwoorden op de gestelde vragen in voldoende mate toegelicht waarom zij voor bepaalde informatie terug moet naar de bron, om het zo maar uit te drukken.
2.4.
Over het vereiste van bepaalde bescheiden wordt het volgende overwogen. Home Depot benoemt in randnummer 5.19. van haar verzoek verschillende (soorten) bescheiden die in 7 categorieën (a toten met g) nader worden gespecificeerd. De voorzieningenrechter is van oordeel dat in de gegeven situatie, ook in het licht van de relevante rechtspraak, een nauwkeuriger omschrijving niet van haar verlangd kan worden. In die opsomming wordt bovendien in voldoende mate rekening gehouden met de belangen van Hudson, en overigens ook met die van gerekestreerden, nu steeds wordt aangegeven dat daarvan (van het verzoek) uitgezonderd wordt vertrouwelijke communicatie tussen advocaten.
2.5.
Voor wat betreft de uitvoering van het bewijsbeslag heeft de voorzieningenrechter verzocht om een nadere toelichting op de verzochte bewijsbeslaglegging in het woonhuis van gerekestreerden 2 en 3. Het in randnummer 6 van de brief van 14 april 2022 gegeven antwoord op die vraag is zoverre afdoende dat de voorzieningenrechter het voornemen als verplichting oplegt. De beslag leggende deurwaarder
moetzich in eerste instantie begeven naar het kantooradres van gerekestreerde sub 1. Pas als daartoe aanleiding bestaat, welke aanleiding in het proces-verbaal moet worden gerelateerd, kan de deurwaarder zich begeven naar het woonadres van gerekestreerden sub 2 en 3.
Voor beslaglegging op en het betreden van nadere, niet nader aangeduide, beslaglocaties wordt geen verlof verleend. In zoverre is het verzoek te onbepaalbaar. Dat betekent dat het verlof beperkt is tot de twee onder A (pagina 28 van het verzoek) genoemde locaties en werkt door in het verlof naar aanleiding van het verzoek onder 4 (pagina 29 van het verzoek).
Voor wat betreft het verzoek onder 5 wordt het verlof beperkt tot de daar genoemde gegevensdragers. Voor alles wat daar niet genoemd is, en waarop blijkens het gebruik van de woorden “doch niet limitatief”, het verlof ook zou moeten zien, wordt geen verlof verleend omdat het verzoek in zoverre te onbepaalbaar is. In het verlengde daarvan strekt ook het onder 6 verzochte verlof (pagina 28 van het verzoek) niet verder dan tot wat daar expliciet staat uitgeschreven.
2.6.
De verzochte dwangsommen, voor het geval een of meer van gerekestreerden geen medewerking verleent/verlenen aan de beslaglegging, worden beperkt tot € 25.000,00 ineens en € 1.000,00 voor ieder uur, zulks per gerekestreerde die weigert, nadat de deurwaarder heeft verzocht om medewerking als bedoeld in randnummer 6 op pagina 29 van het verzoek, medewerking te verlenen aan het bewijsbeslag en de inbewaringgeving van de beslagen bescheiden aan de aan te wijzen gerechtelijk bewaarder, een en ander tot een maximum van € 100.000,00 per gerekestreerde.
2.6.
Het verlof mag slechts worden gebruikt indien verzoekster en/of vertegenwoordigers van verzoekster, waaronder ook haar advocaten, niet bij de beslaglegging aanwezig zijn.
2.7.
De deurwaarder wordt bevolen DigiJuris en alle andere door hem in te schakelen onafhankelijk deskundigen, een geheimhoudingsverklaring te laten ondertekenen.
2.8.
Gerekestreerden mogen een advocaat of andere vertrouwenspersoon inschakelen die bij het leggen van het bewijsbeslag aanwezig mag zijn. De deurwaarder hoeft daar niet op te wachten. Als een (of meer)gerekestreerde(n) in het eerste uur na aanvang van het beslag la(a)t(en) weten dat een advocaat of andere vertrouwenspersoon is gevraagd aanwezig te zijn, mag de beslaglegging niet worden voltooid, en dus het beslagen bewijsmateriaal niet worden meegenomen, voordat de advocaat of andere vertrouwenspersoon aanwezig is en zijn mening heeft kunnen geven. Als de deurwaarder gereed is, hoeft hij alleen te wachten op de komst van een advocaat of andere vertrouwenspersoon als deze op dat moment onderweg is.
2.9.
Het verlof wordt verleend onder de voorwaarde dat Home Depot voor eventueel door het beslag veroorzaakte schade voor een of meer van gerekestreerden voor een bedrag van € 25.000,00 zekerheid stelt. Die zekerheid moet uiterlijk bij betekening van het beslag aan gerekestreerden worden aangeboden. De omstandigheden van het geval, waaronder in het bijzonder dat hier sprake is van een derde en de keuze voor een bewijsbeslag voorafgaand aan een artikel 843a Rv vordering in plaats van een directe actie op grond van dat artikel, vormen de grond voor het stellen van die voorwaarde.
2.10.
De termijn voor het instellen van de hoofdzaak wordt bepaald op 4 (vier) weken dagen na afronding van het gelegde beslag.

3..De beslissing

De voorzieningenrechter
3.1.
wijst het verzochte bewijsbeslag toe, met inachtneming van het hiervoor in 2.5. tot en met 2.10. bepaalde, meer specifiek de daar geformuleerde voorwaarden en beperkingen,
3.2.
stelt DigiJuris, gevestigd te Amersfoort, aan als gerechtelijk bewaarder,
3.3.
verklaart deze beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
3.4.
wijst af wat meer of anders is verzocht.
Deze beschikking is gegeven door mr. P. de Bruin en in het openbaar uitgesproken op 15 april 2022.2009