Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1..De procedure
- het tussenvonnis van 18 maart 2022 en de daarin genoemde stukken;
- de akte van 17 mei 2022 van Innova.
- de email van 9 juni 2022 van [gedaagde] .
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 15 juli 2022 uitspraak gedaan in een geschil tussen Innova Energie B.V. en een consument, aangeduid als [gedaagde]. De procedure betreft een geschil over de informatieverplichtingen die Innova had ten opzichte van de consument bij het aangaan van een overeenkomst. De kantonrechter heeft vastgesteld dat Innova niet heeft voldaan aan verschillende essentiële informatieverplichtingen zoals opgenomen in artikel 6:230m lid 1 BW. Dit betreft onder andere het niet verstrekken van voldoende contactgegevens, onduidelijkheid over de wijze van betaling, en het ontbreken van informatie over de duur van de overeenkomst en de opzegtermijn. Door deze schendingen heeft de kantonrechter geoordeeld dat de betalingsverplichting van de consument met 50% moet worden verminderd.
De kantonrechter heeft verder vastgesteld dat Innova haar eis heeft verminderd en enkel aanspraak maakt op de hoofdsom van € 888,33, dagvaardingskosten en griffierecht. Na het in rekening brengen van de reeds door de consument gedane betalingen, resteert er een hoofdsom van € 788,33, waarover de kantonrechter een verdere vermindering van 50% heeft toegepast, resulterend in een te betalen bedrag van € 394,17. De wettelijke rente over dit bedrag wordt toegewezen vanaf de dag van dagvaarding tot de dag van volledige betaling. Daarnaast is [gedaagde] veroordeeld in de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 228,15. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.