ECLI:NL:RBROT:2022:7731

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
14 september 2022
Publicatiedatum
15 september 2022
Zaaknummer
607992
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid aannemer en onderaannemer voor herstelwerkzaamheden aan dakbedekking

In deze zaak, die diende bij de Rechtbank Rotterdam, heeft eiseres [naam eiseres] een vordering ingesteld tegen gedaagde [naam gedaagde] en onderaannemer Heko Dakbedekkingsbedrijf B.V. naar aanleiding van terugkerende lekkages in het door [naam gedaagde] gebouwde bedrijfspand. De aannemingsovereenkomst dateert van 17 februari 2010 en het pand werd opgeleverd op 28 oktober 2010. Eiseres vordert herstel van het dak, dat volgens haar niet voldoet aan de eisen van goed en deugdelijk werk. Gedaagde en Heko hebben echter betwist aansprakelijk te zijn voor de lekkages, die volgens hen het gevolg zijn van een ongelukkige samenloop van omstandigheden en niet van een tekortkoming in de uitvoering van hun werkzaamheden.

De rechtbank heeft vastgesteld dat de lekkages zijn veroorzaakt door keuzes in gebruikte materialen en constructies, die niet door gedaagde of Heko zijn gemaakt, maar door de opsteller van het bestek. De deskundige heeft geconcludeerd dat Heko het daksysteem conform het bestek heeft uitgevoerd en dat er geen waarschuwingsplicht bestond. Eiseres heeft onvoldoende onderbouwd dat er op andere delen van het dak lekkages zijn die een andere oorzaak hebben dan die uit het deskundigenonderzoek blijken.

De rechtbank heeft de primaire en subsidiaire vordering van eiseres afgewezen en haar veroordeeld in de proceskosten aan de zijde van gedaagde en Heko, die beide zijn vastgesteld op € 2.345,-. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

team handel en haven
zaaknummer: 607992 / HA ZA 20-1098
datum uitspraak: 14 september 2022
Vonnis
in de zaak van
[naam eiseres],
vestigingsplaats: [vestigingsplaats eiseres],
eiseres,
advocaat: mr. P.J.B. van Deurzen,
tegen

1..[naam gedaagde],

vestigingsplaats: [vestigingsplaats gedaagde],
gedaagde,
advocaat: mr. M.R. Lim,
en

2..Heko Dakbedekkingsbedrijf B.V.,

vestigingsplaats: Hendrik-Ido-Ambacht,
gedaagde,
advocaat: mr. G.A.H. Wiekamp.
De partijen worden hierna ‘[naam eiseres]’, ‘[naam gedaagde]’ en ‘Heko’ genoemd.

1..De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaardingen van 28 (Heko) en 29 ([naam gedaagde]) oktober 2022, met bijlagen;
  • de incidentele conclusie van [naam gedaagde] tot oproeping in vrijwaring van Heko;
  • de conclusie van antwoord in het incident van [naam eiseres];
  • het vonnis in het incident van 14 april 2021;
  • het antwoord van [naam gedaagde];
  • het antwoord van Heko, met bijlagen;
  • de brief waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
  • de spreekaantekeningen van [naam eiseres];
  • de spreekaantekeningen van [naam gedaagde];
  • het deskundigenrapport van 17 december 2021;
  • de reactie van partijen op het deskundigenrapport;
  • de antwoordaktes van partijen.
1.2.
Op 29 november 2021 is de zaak tijdens een mondelinge behandeling door mr. R.J. van Boven met partijen en de advocaten besproken. Mr. Van Boven is niet meer werkzaam bij de rechtbank Rotterdam. Partijen hebben er geen bezwaar tegen dat dit vonnis wordt gewezen door een andere rechter.

2..De feiten

2.1.
[naam gedaagde] heeft het bedrijfspand van [naam eiseres] in [vestigingsplaats eiseres] gebouwd (aannemingsovereenkomst 17 februari 2010).
2.2.
Het bedrijfspand is ontworpen door Projectbureau Rijnland. Projectbureau Rijnland heeft het bestek geschreven. Rhynleve Vastgoed B.V. heeft de directievoering uitgevoerd in opdracht van [naam eiseres].
2.3.
[naam gedaagde] heeft Heko als onderaannemer ingeschakeld voor het dak.
2.4.
Het bedrijfspand/kantoorgebouw is op 28 oktober 2010 opgeleverd.
2.5.
Er is sprake van terugkerende lekkages en loslatende dakbedekking. Door Heko zijn er herstelwerkzaamheden verricht, maar het dak lekt nog steeds.
2.6.
In 2019 heeft Heko een deskundigenonderzoek naar de oorzaak van de lekkages laten verrichten door BTW/Bouwtechniek Ter Stege (hierna: Ter Stege). Ter Stege heeft een rapport opgemaakt (2 mei 2019). Partijen hebben op 13 december 2021 aanvullende vragen gesteld. Ter Stege heeft een nieuw rapport opgemaakt op 17 december 2021.

3..Het geschil

3.1.
[naam eiseres] eist primair, samengevat:
  • [naam gedaagde] te veroordelen tot herstel van het dak naar eisen van goed en deugdelijk werk;
  • [naam gedaagde] te veroordelen om binnen twee maanden na betekening van dit vonnis te starten met de herstelwerkzaamheden, op verbeurte van een dwangsom en met machtiging van [naam eiseres] om op kosten van [naam gedaagde] datgene te doen waartoe [naam gedaagde] is gehouden als [naam gedaagde] dat niet doet;
  • [naam gedaagde] te veroordelen in de proceskosten met rente en nakosten;
  • het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
Subsidiair stelt [naam eiseres] dezelfde vorderingen in tegen Heko.
3.2.
[naam eiseres] baseert de primaire eis op het volgende. [naam eiseres] vordert nakoming van de aannemingsovereenkomst. Dat betekent dat het dak lek- en tochtvrij en stormvast moet zijn en geen gebreken moet hebben. Heko heeft aan [naam gedaagde] een garantie van tien jaar gegeven op het dak. [naam gedaagde] is als aannemer ten opzichte van [naam eiseres] aansprakelijk voor deugdelijke nakoming. Daarom moet [naam gedaagde] het dak herstellen.
3.3.
[naam eiseres] baseert de subsidiaire eis op het volgende. Er is sprake van een toerekenbare tekortkoming van Heko in haar rechtsverhouding met [naam gedaagde]. [naam eiseres] wordt daardoor in haar belangen geschaad. De belangen van [naam eiseres] zijn zo nauw betrokken bij de overeenkomst tussen [naam gedaagde] en Heko dat [naam eiseres] Heko kan aanspreken om tot herstel over te gaan.
3.4.
[naam gedaagde] voert hiertegenover het volgende aan. Er is geen juridische grondslag voor de vordering tegen [naam gedaagde]. [naam gedaagde] heeft het bedrijfspand correct, compleet en zonder gebreken opgeleverd. [naam gedaagde] heeft dus ook gezorgd voor de juiste, volledige en tijdige uitvoering van het werk van Heko. Er is geen sprake van een verborgen gebrek. [naam gedaagde] heeft bovendien alle aanspraken op onderaannemers overgedragen aan [naam eiseres]. [naam gedaagde] kan Heko dus niet aanspreken. [naam eiseres] kan dat zelf wel.
3.5.
Heko voert het volgende aan. Het werk is volgens het bestek en de specificatie van [naam gedaagde] uitgevoerd. Heko heeft aan [naam eiseres] een garantiecertificaat verstrekt. Er is geen onderhoudscontract tot stand gekomen. Heko heeft wel bij een eerste lekkage onderzoek gedaan naar de oorzaak, maar tot april 2015 nooit herstelwerkzaamheden verricht. De lekkages zijn het gevolg van constructiefouten. Op 31 maart 2015 was er een storm die schade heeft veroorzaakt aan het dak. Heko heeft die schade uit coulance hersteld. Op 18 januari 2018 was er weer een storm en schade. Heko heeft de schade toen weer uit coulance hersteld.

4..De beoordeling

4.1.
Uit het rapport van Ter Stege blijkt dat er (aanzienlijke) herstelwerkzaamheden nodig zijn om het dak duurzaam waterdicht te maken. [naam gedaagde] en Heko zijn niet aansprakelijk voor het verrichten van dat herstel. Dit zal hierna worden toegelicht.
4.2.
De lekkages worden veroorzaakt door een ongelukkige samenloop van omstandigheden/oorzaken. Alle door de deskundige genoemde oorzaken vinden hun oorsprong in de keuze van gebruikte materialen en constructies. Die keuzes zijn niet gemaakt door [naam gedaagde] en Heko, maar door de opsteller van het bestek. De deskundige concludeert dat Heko het daksysteem heeft uitgevoerd conform het bestek. Desgevraagd heeft de deskundige op twee punten aangegeven dat Heko ‘verwijtbaar’ heeft gehandeld, maar dat is gelet op de overige inhoud van het rapport op te vatten in die zin dat het beter was geweest om het anders te doen. Het houdt gelet op alle omstandigheden niet in dat Heko een fout heeft gemaakt.
4.3.
[naam eiseres] stelt dat Heko had moeten waarschuwen dat het systeem waarvoor is gekozen niet geschikt was. Dat betwist Heko gemotiveerd. De deskundige onderschrijft dat verweer. De deskundige verklaart dat het bestek voldoet aan alle toepasselijke beoordelingsrichtlijnen, de Vakrichtlijn en de Prestatieverklaring. Daarom bestond er geen waarschuwingsplicht aan de kant van Heko. Dat Heko een andere aanpak misschien beter vond, maakt dat niet anders. Bovendien voert Heko aan dat zij onverplicht en ongevraagd een alternatieve aanpak als optie aan [naam eiseres] heeft voorgesteld. Dat is door [naam eiseres] onvoldoende gemotiveerd weersproken.
4.4.
Gelet op het voorgaande wordt ook geoordeeld dat [naam gedaagde] de aannemingsovereenkomst deugdelijk is nagekomen. Er is conform het bestek gewerkt en opgeleverd. Er bestond geen waarschuwingsplicht.
4.5.
Er bestaat geen aanleiding om onderzoek te doen naar andere delen van het dak, zoals door [naam eiseres] is voorgesteld. Heko en [naam gedaagde] betwisten dat er ook op andere delen van het dak lekkages zijn, althans die zijn hun niet bekend. Ook de deskundige heeft geen informatie over lekkages op andere plekken gekregen tijdens de bezichtiging van het dak. Er zijn ook in deze procedure geen concrete meldingen van dergelijke lekkages naar voren gebracht. Voor zover [naam eiseres] stelt dat er op andere delen van het dak lekkages zijn die een andere oorzaak hebben dan die uit het deskundigenonderzoek blijken, is die stelling onvoldoende onderbouwd.
proceskosten
4.6.
[naam eiseres] wordt in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten betalen. De kantonrechter stelt deze kosten aan de kant van [naam gedaagde] tot vandaag vast op € 656,- aan griffierecht en € 1.689,- aan salaris voor de advocaat (3 punten x € 563,-). Dat is totaal € 2.345,-. Aan de kant van Heko worden de kosten tot vandaag vastgesteld op € 656,- aan griffierecht en € 1.689,- aan salaris voor de advocaat. Dit is totaal ook € 2.345,-.
uitvoerbaarheid bij voorraad
4.7.
Dit vonnis wordt ten aanzien van de proceskostenveroordeling, zoals gevorderd, uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

5..De beslissing

De rechter:
5.1.
wijst de primaire en de subsidiaire vordering af;
5.2.
veroordeelt [naam eiseres] in de proceskosten, aan de kant van [naam gedaagde] tot vandaag vastgesteld op € 2.345,- en aan de kant van Heko tot vandaag vastgesteld op € 2.345,-;
5.3.
verklaart dit vonnis ten aanzien van de proceskostenveroordelingen uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. P. Joele en in het openbaar uitgesproken.
2209