ECLI:NL:RBROT:2022:8192
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vonnis inzake huurachterstand en ontbinding huurovereenkomst
In deze zaak heeft Stichting Woonbron, eiseres, een vordering ingesteld tegen [gedaagde] wegens huurachterstand. De vordering betreft de ontbinding van de huurovereenkomst en de ontruiming van het gehuurde. De huurovereenkomst is aangegaan voor een woning in Rotterdam. Woonbron heeft bij exploot van dagvaarding op 21 maart 2022 de procedure gestart. De mondelinge behandeling vond plaats op 20 juli 2022, waarbij zowel Woonbron als [gedaagde] vertegenwoordigd waren. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de huurachterstand tot en met juli 2022 € 5.035,28 bedraagt, wat de ontbinding van de huurovereenkomst rechtvaardigt.
De kantonrechter heeft de vordering van Woonbron toegewezen. [gedaagde] heeft een betalingsregeling voorgesteld, die door Woonbron is aanvaard. De regeling houdt in dat [gedaagde] de huurachterstand in maandelijkse termijnen van € 200,00 zal afbetalen, te beginnen op 1 september 2022. Tevens is afgesproken dat er contact zal worden gezocht met [gedaagde] voor mogelijke hulp bij het organiseren van zijn financiën. De kantonrechter heeft [gedaagde] veroordeeld in de proceskosten en heeft de uitspraak uitvoerbaar bij voorraad verklaard.
De beslissing van de kantonrechter houdt in dat [gedaagde] de achterstallige huur en bijkomende kosten aan Woonbron moet betalen, en dat de huurovereenkomst zal worden ontbonden indien [gedaagde] zijn betalingsverplichtingen niet nakomt. Dit vonnis is gewezen door mr. M.C. van der Kolk en is uitgesproken ter openbare terechtzitting op 29 juli 2022.