In deze uitspraak van de Rechtbank Rotterdam op 7 oktober 2022, wordt het beroep van eiser tegen het besluit van de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (verweerder) behandeld. Eiser, die als pijpfitter werkzaam was, had zich op 11 juni 2018 ziek gemeld na een bedrijfsongeval en verzocht om een WIA-uitkering. Verweerder weigerde deze uitkering met het argument dat eiser minder dan 35% arbeidsongeschikt was. De rechtbank beoordeelt of deze beslissing terecht was. Eiser had psychische klachten en fysieke beperkingen, maar de rechtbank concludeert dat de verzekeringsarts en arbeidsdeskundige de belastbaarheid van eiser correct hebben vastgesteld. De rechtbank oordeelt dat de door verweerder vastgestelde mate van arbeidsongeschiktheid van minder dan 35% juist is en dat eiser geen recht heeft op de gevraagde WIA-uitkering. Het beroep van eiser wordt ongegrond verklaard, wat betekent dat hij geen gelijk krijgt en geen vergoeding van proceskosten ontvangt.