In deze uitspraak van de Rechtbank Rotterdam op 7 oktober 2022, in de zaak tussen eiser en de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen, wordt het beroep van eiser tegen het besluit van verweerder behandeld. Eiser, die 78,82% arbeidsongeschikt is verklaard, had eerder een WGA-uitkering op basis van een arbeidsongeschiktheidspercentage van 61,35% ontvangen. De rechtbank beoordeelt of verweerder terecht de mate van arbeidsongeschiktheid heeft vastgesteld op 35-80% per 12 mei 2021. Eiser heeft een autismespectrum-stoornis en andere psychische klachten, en stelt dat de verzekeringsarts onvoldoende rekening heeft gehouden met zijn beperkingen. De rechtbank concludeert dat de verzekeringsarts zorgvuldig heeft gehandeld en dat de vastgestelde functionele mogelijkheden van eiser correct zijn. Het beroep van eiser wordt ongegrond verklaard, wat betekent dat hij geen gelijk krijgt en geen vergoeding van proceskosten ontvangt.