ECLI:NL:RBROT:2022:950
Rechtbank Rotterdam
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beëindiging schuldsaneringsregeling in het kader van de kinderopvangtoeslagaffaire
Op 10 februari 2022 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de beëindiging van de schuldsaneringsregeling van een schuldenares die door de Belastingdienst is aangemerkt als gedupeerde van de kinderopvangtoeslagaffaire. De bewindvoerder, M. Klarenbeek, had op 17 december 2021 een verzoek ingediend op basis van artikel 350 lid 3 sub a van de Faillissementswet. Dit verzoek was onderbouwd met een goedgekeurde aanvraag tot compensatie van de Belastingdienst, evenals bevestigingen van kwijtschelding door publieke schuldeisers. De rechtbank heeft vastgesteld dat het boedelsaldo voldoende was om de vorderingen te voldoen, en de rechter-commissaris had toestemming verleend voor betaling van deze vorderingen. Op 24 januari 2022 heeft de bewindvoerder aangetoond dat alle vorderingen zijn voldaan, en zowel de bewindvoerder als de schuldenares hebben afgezien van het recht om te worden gehoord. De rechtbank heeft vervolgens de toepassing van de schuldsaneringsregeling beëindigd op grond van artikel 350, derde lid, onder a van de Faillissementswet. Tevens is het salaris van de bewindvoerder vastgesteld op € 3.383,50, met een extra vergoeding van € 657,03 conform het Besluit compensatie gedupeerden in schuldentraject. De uitspraak is gedaan door mr. W.J. Roos-van Toor en is openbaar uitgesproken.