Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1..Onderzoek op de terechtzitting
2..Tenlastelegging
3..Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1, 2, 3, 4, 5, 6, 7, 8, 9 (diefstal uit een woning in vereniging) en 10 (poging tot diefstal uit een woning in vereniging) ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 24 maanden, met aftrek van voorarrest.
4..Waardering van het bewijs
5..Strafbaarheid feiten
6..Strafbaarheid verdachte
7..Motivering straf
8..Vorderingen benadeelde partijen/schadevergoedingsmaatregelen
[slachtoffer01]een schadevergoeding betalen van € 6.000,- (bestaande uit € 5.000,- materiële schade en € 1.000,- immateriële schade), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 juni 2022 tot aan de dag van algehele voldoening en kosten als hieronder in de beslissing vermeld.
[slachtoffer02]een schadevergoeding betalen van
[slachtoffer07]een schadevergoeding betalen van
[slachtoffer08]een schadevergoeding betalen van
[slachtoffer09]een schadevergoeding betalen van
9..Toepasselijke wettelijke voorschriften
10..Bijlagen
11..Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 36 maanden;
[slachtoffer01], te betalen een bedrag van
€ 6.000,- (zegge: zesduizend euro),bestaande uit € 5.000,- aan materiële schade en € 1.000,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 6 juni 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [slachtoffer01] te betalen
€ 6.000,-(hoofdsom), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 6 juni 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 6.000,- niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
65 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
[slachtoffer02], te betalen een bedrag van
€ 1.000,- (zegge: duizend euro),bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 21 maart 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [slachtoffer02] te betalen
€ 1.000,-(hoofdsom), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 21 maart 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 1.000,- niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
20 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
[slachtoffer07], te betalen een bedrag van
€ 950,- (zegge: negenhonderd en vijftig euro),bestaande uit materiële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 5 april 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [slachtoffer07] te betalen
€ 950,-(hoofdsom), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 5 april 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 950,- niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
19 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
[slachtoffer08], te betalen een bedrag van
€ 3.231,- (zegge: drieduizend tweehonderdeenendertig euro), bestaande uit € 2.731,- aan materiële schade en € 500,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 12 april 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [slachtoffer08] te betalen
€ 3.231,-(hoofdsom), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 12 april 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 3.231,- niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
42 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;
[slachtoffer09], te betalen een bedrag van
€ 2.060,- (zegge: tweeduizend zestig euro),bestaande uit € 1.060,- aan materiële schade en € 1.000,- aan immateriële schade, te vermeerderen met de wettelijke rente hierover vanaf 22 april 2022 tot aan de dag der algehele voldoening;
de maatregel tot schadevergoedingop, inhoudende de verplichting aan de staat ten behoeve van [slachtoffer09] te betalen
€ 2.060,-(hoofdsom), vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 22 april 2022 tot aan de dag van de algehele voldoening; bepaalt dat indien volledig verhaal van de hoofdsom van € 2.060,- niet mogelijk blijkt,
gijzelingkan worden toegepast voor de duur van
30 dagen; de toepassing van de gijzeling heft de betalingsverplichting niet op;