ECLI:NL:RBROT:2023:10867

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
17 november 2023
Publicatiedatum
21 november 2023
Zaaknummer
71/241667-22
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling voor de invoer van meerdere partijen cocaïne

Op 17 november 2023 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die betrokken was bij de invoer van meerdere partijen cocaïne in Nederland. De verdachte, die niet ingeschreven was in de basisregistratie, werd beschuldigd van het opzettelijk binnenbrengen van cocaïne in de periode van 9 december 2019 tot en met 13 mei 2020. De officier van justitie, mr. C. Goedegebuure, eiste een gevangenisstraf van zes jaar. De rechtbank oordeelde dat de verdachte gebruik maakte van verschillende Sky-ID's en encrochat-accounts om informatie door te geven over de invoer van cocaïne. Er werden drie specifieke zaken besproken: de zaak Hondekooi, de zaak Keerkoppeling en de zaak Koeling, waarbij in totaal meer dan 400 kilogram cocaïne werd ingevoerd. De rechtbank concludeerde dat de verdachte een organiserende en investerende rol had in deze drugstransporten. De verdachte werd wettelijk en overtuigend schuldig bevonden aan het medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met de Opiumwet. De rechtbank legde een gevangenisstraf van zes jaar op, waarbij rekening werd gehouden met de ernst van de feiten en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte. De verdachte had geen eerdere veroordelingen voor soortgelijke feiten en de rechtbank vond geen aanleiding om een lagere straf op te leggen. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier, J.P. van der Wijden, en de oudste rechter was buiten staat om het vonnis mede te ondertekenen.

Uitspraak

Rechtbank Rotterdam

Team straf 2
Parketnummer: 71/241667-22
Datum uitspraak: 17 november 2023
Verstek
Verkort vonnis van de rechtbank Rotterdam, meervoudige kamer voor strafzaken, in de zaak tegen de verdachte:
[verdachte01] ,
geboren te [geboorteplaats01] op [geboortedatum01],
niet ingeschreven in de basisregistratie personen,
laatst opgegeven woon- of verblijfplaats:
[adres01] , [postcode01] [woonplaats01] .

1.Onderzoek op de terechtzitting

Gelet is op het onderzoek op de terechtzitting van 3 november 2023.

2.Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen is vermeld in de dagvaarding. De tekst van de tenlastelegging is als bijlage I aan dit vonnis gehecht.

3.Eis officier van justitie

De officier van justitie mr. C. Goedegebuure heeft gevorderd:
  • bewezenverklaring van het primair ten laste gelegde;
  • veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 6 jaren met aftrek van voorarrest.

4.Waardering van het bewijs

Met betrekking tot de vraag of de verdachte betrokkenheid heeft gehad bij de (aan hem verweten) invoer van drie partijen cocaïne in Nederland en, zo ja, wat daarbij zijn rol is geweest, overweegt de rechtbank het volgende.
De verdachte heeft gebruik gemaakt van meerdere Sky-ID’s en encrochat acounts. Verdachte is onder meer de gebruiker geweest van SKY ID [SKY-ID01] en encrochat account [account01] .
De zaak Hondekooi:
Op 9 december 2019 werd bij ECT Delta te Rotterdam een partij cocaïne van 36kg in beslag genomen. De container waarin de partij werd aangetroffen was afkomstig uit Peru. De verdachte heeft via voornoemde accounts telkens informatie aan anderen doorgegeven met betrekking tot de invoer van deze partij cocaïne. Op 14 december 2019 schrijft verdachte in een chatbericht: ‘willen ons geld niet verliezen'. Kennelijk heeft de verdachte geïnvesteerd in de ingevoerde partij. Op 10 december 2019 stuurt de verdachte een bericht aan anderen dat er een “plan B” is en dat er mensen beschikbaar zijn op het depot. De verdachte wordt ook op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen op het haventerrein en hij is degene die vragen van andere betrokkenen bij het transport beantwoordt.
De zaak Keerkoppeling:
Op 17 maart 2020 werd op het haventerrein Rotterdam World Gateway een partij cocaïne van bijna 30kg in beslag genomen. De container waarin de partij werd aangetroffen was afkomstig uit Peru. Met betrekking tot dit transport bevinden zich in het dossier alleen Sky-berichten van anderen, (ook) gericht aan verdachte. De verdachte is beheerder van de app-groep waarvan met betrekking tot dit drugstransport gebruik wordt gemaakt. De gebruikers van de Sky-ID’s [SKY-ID02] en [SKY-ID03] sturen de verdachte berichten, waarin zij hem voorzien van informatie over het haventerrein. De inhoud van de berichten en de wijze waarop tussen de verschillende Sky-gebruikers wordt gecommuniceerd is vrijwel identiek aan die in de beide andere aan de verdachte verweten transporten en dit drugstransport vindt ook plaats in dezelfde periode. Gelet hierop kan dit transport niet los worden gezien van de beide andere verweten transporten. De rechtbank is van oordeel dat de verdachte ook daarbij betrokken is geweest.
De zaak Koeling:
Op 13 mei 2020 werd op het haventerrein Hutchinson ECT Delta te Rotterdam een partij van 341kg cocaïne in beslag genomen. De container waarin de partij werd aangetroffen was afkomstig uit de Dominicaanse Republiek. Uit één van de gevoerde gesprekken kan worden opgemaakt dat verdachte van de totale aangetroffen partij een hoeveelheid van 25 kilo had aangekocht en dat de rest voor anderen was. Daaruit blijkt dat de verdachte ook in dit drugstransport een aandeel heeft gehad.
De rechtbank is op grond van het vorenstaande van oordeel dat de verdachte betrokkenheid heeft gehad bij de invoer van de drie verweten partijen cocaïne. De verdachte heeft daarin de rol van organisator en investeerder vervuld, hetgeen met name blijkt uit het feit dat de verdachte door anderen van de transporten en de omstandigheden waaronder die plaatsvonden op de hoogte werd gehouden. Uit de verschillende berichten blijkt ook dat de verdachte degene is die alle berichten monitort. De verdachte zette de lijnen uit, onderhield nauw contact met anderen en investeerde ook zelf in de partijen cocaïne.
4.1.
Bewezenverklaring
Wettig en overtuigend is bewezen dat de verdachte het primair ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
hij,
in de periode van 09 december 2019 tot en
met 13 mei 2020 te Rotterdam, althans (elders) in Nederland,
tezamen en in vereniging met anderen), althans alleen
opzettelijk binnen het grondgebied van Nederland heeft gebracht (daaronder mede
begrepen invoer als bedoeld in artikel 1 lid 4 van de Opiumwet), - een hoeveelheid van ongeveer 36,04 kilogram cocaïne, op 9 december
2019; (zaak Hondekooi)
- een hoeveelheid van 29,97 kilogram cocaïne, op 17 maart 2020; (Zaak
Keerkoppeling)
- een hoeveelheid van ongeveer 341,36 kilogram cocaïne, op 13 mei 2020; (zaak
Koeling)
van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde cocaïne
een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel
aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet,
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet daarvan worden vrijgesproken.
De overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan is gegrond op de redengevende inhoud van het voorgaande en op de inhoud van de wettige bewijsmiddelen, houdende tot bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Het vonnis zal in die gevallen waarin de wet dit vereist worden aangevuld met een later bij dit vonnis te voegen bijlage met daarin de inhoud dan wel de opgave van de bewijsmiddelen.

5.Strafbaarheid feit

Het bewezen feit levert op:
medeplegen van opzettelijk handelen in strijd met het in artikel 2 onder A van de Opiumwet gegeven verbod, meermalen gepleegd.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het feit uitsluiten.
Het feit is dus strafbaar.

6.Strafbaarheid verdachte

Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluit.
De verdachte is dus strafbaar.

7.Motivering straf

7.1.
Algemene overweging
De straf die aan de verdachte wordt opgelegd, is gegrond op de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het feit is begaan en de persoon en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, voor zover daarvan blijkt uit het dossier. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
7.2.
Feit waarop de straf is gebaseerd
Verdachte heeft samen met anderen meerdere (grote) partijen cocaïne vanuit Zuid-Amerika in Nederland ingevoerd. De handel in en het gebruik van cocaïne brengen, zo leert de ervaring, criminaliteit en overlast mee. Daarbij heeft verdachte uitsluitend gehandeld uit financieel gewin.
7.3.
Persoonlijke omstandigheden van de verdachte
7.3.1.
Strafblad
De rechtbank heeft acht geslagen op een uittreksel uit de justitiële documentatie van
9 oktober 2023, waaruit blijkt dat de verdachte niet eerder is veroordeeld voor soortgelijke strafbare feiten.
Gezien de ernst van het feit kan niet anders worden gereageerd dan met het opleggen van een gevangenisstraf. Bij de bepaling van de duur van de gevangenisstraf heeft de rechtbank acht geslagen op straffen die in soortgelijke zaken plegen te worden opgelegd en op de oriëntatiepunten van het Landelijk Overleg Vakinhoud Strafrecht (LOVS).
De rechtbank ziet geen aanleiding om een lagere straf op te leggen dan door de officier van justitie is gevorderd, temeer nu de rechtbank niet is gebleken van persoonlijke omstandigheden bij verdachte die zouden moeten leiden tot een andere of lagere straf. De verdachte heeft er (kennelijk) voor gekozen niet ter terechtzitting te verschijnen, dan wel zich te laten vertegenwoordigen door een advocaat.
Aan de verdachte zal een gevangenisstraf voor de duur van 6 jaren worden opgelegd.
Tenuitvoerlegging van de op te leggen gevangenisstraf zal plaatsvinden binnen de penitentiaire inrichting, tot het moment dat de veroordeelde in aanmerking komt voor deelname aan een penitentiair programma, als bedoeld in artikel 4 Penitentiaire beginselenwet, dan wel de regeling van voorwaardelijke invrijheidsstelling, als bedoeld in artikel 6:2:10 Wetboek van Strafvordering, aan de orde is.

8.Toepasselijke wettelijke voorschriften

Gelet is op de artikel 47 van het Wetboek van Strafrecht en op de artikelen
2 en 10 van de Opiumwet.

9.Bijlagen

De in dit vonnis genoemde bijlage maakt deel uit van dit vonnis.

10.Beslissing

De rechtbank:
verklaart bewezen, dat de verdachte het primair ten laste gelegde feit, zoals hiervoor omschreven, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hiervoor bewezen is verklaard en spreekt de verdachte daarvan vrij;
stelt vast dat het bewezen verklaarde oplevert het hiervoor vermelde strafbare feit;
verklaart de verdachte strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 6 (zes) jaren.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.A. Poppe-Gielesen, voorzitter,
en mrs. L.J.M. Janssen en D.G.J. Roset, rechters,
in tegenwoordigheid van J.P. van der Wijden, griffier,
en uitgesproken op 17 november 2023.
De oudste rechter is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
Bijlage I
Tekst tenlastelegging
Aan de verdachte wordt ten laste gelegd dat
hij,
op of omstreeks de volgende tijdstippen in de periode van 09 december 2019 tot en
met 13 mei 2020 te Rotterdam, althans (elders) in Nederland,
tezamen en in vereniging met (een) ander(en), althans alleen
opzettelijk binnen het grondgebied van Nederland heeft gebracht (daaronder mede
begrepen invoer als bedoeld in artikel 1 lid 4 van de Opiumwet), althans opzettelijk
heeft vervoerd, althans opzettelijk aanwezig heeft gehad,
- een hoeveelheid van (ongeveer) 36,04 kilogram cocaïne, op 09 december
2019; (zaak Hondekooi)
- een hoeveelheid van (ongeveer) 29,97 kilogram cocaïne, op 17 maart 2020; (Zaak
Keerkoppeling)
- een hoeveelheid van (ongeveer) 341,36 kilogram cocaïne, op 13 mei 2020; (zaak
Koeling)
in elk geval een hoeveelheid van een materiaal bevattende cocaïne, zijnde cocaïne
een middel als bedoeld in de bij de Opiumwet behorende lijst I, dan wel
aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel 3a van die wet;
subsidiair althans, indien het vorenstaande niet tot een veroordeling mocht of zou
kunnen leiden:
hij,
in of omstreeks de periode van 07 december 2019 tot en met 16 mei 2020 te
Rotterdam, althans in elk geval in Nederland,
(telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen,
meermalen, althans eenmaal,
(telkens) om een feit, bedoeld in het vierde of vijfde lid van artikel 10 van de
Opiumwet,
te weten het opzettelijk bereiden, bewerken, verwerken, afleveren, verstrekken,
vervoeren en/of vervaardigen van (een) hoeveelhe(i)d(en) cocaïne, , in elk geval van
een middel vermeld op lijst I, zijnde (telkens) een middel vermeld op de bij de
Opiumwet behorende lijst I, dan wel aangewezen krachtens het vijfde lid van artikel
3a van die wet,
voor te bereiden en/of te bevorderen:
- een of meer anderen heeft getracht te bewegen om dat/die feit(en) te plegen, te
doen plegen en/of mede te plegen en/of uit te lokken en/of om daarbij behulpzaam
te zijn en/of om daartoe gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen te
verschaffen, en/of
- zich en/of een ander of anderen gelegenheid en/of middelen en/of inlichtingen
tot het plegen van dat/die feit(en) heeft/hebben getracht te verschaffen en/of te
verschaffen
immers heeft/hebben hij en/of zijn mededader(s), tezamen en in vereniging met
elkaar, een of meerdere (encryptische) (chat-) gesprekken gevoerd waarin:
v.w.b. zaak Hondekooi
- wordt gesproken over ‘onze box’ die is geselecteerd voor controle;
- wordt gesproken over de ‘job’ bij de motor en dat dit moeilijk te vinden is;
- wordt gesproken over aankomsttijden van een schip;
- wordt gesproken over een ‘plan B’ en ‘het hebben van mensen in het depot’;
- wordt gesproken over ‘onze werkers’ die de ‘box niet willen doen’, omdat deze
‘heet’ is;
- wordt gesproken over een ‘kamikaze team’ dat kan worden ingezet voor 10.000
euro;
- wordt gesproken over het monitoren van de container;
v.w.b. zaak Keerkoppeling
- wordt gesproken over het reisschema van een schip dat ‘de bak’ zou vervoeren;
- wordt gesproken over ‘het pakken van de bak in depot’;
- wordt gesproken over ‘kantoor’ die informatie kan inzien over de ontvanger en de
status van de bak;
- wordt gesproken over het ‘aftippen’ van de bak;
- wordt gesproken over prijzen voor beoogde uithalers en dat deze kosten hoger zijn
voor ‘uithalers met strepen’;
- wordt gesproken over het maken van ‘admin in de Peru groep’ en het toevoegen
van ‘de jongen van de ogen uithaal’;
v.w.b. zaak Koeling
- wordt informatie uitgewisseld met ‘kantoor’ over object status informatie m.b.t.
ECT Rotterdam;
- wordt gesproken over een ‘streep’ die voor hen heeft gekeken;
- wordt gesproken over ‘bak’ die op geblokkeerd staat bij de Douane;
- wordt gesproken over een ‘rip off’;
- wordt gesproken over een ‘bak’ die ‘is gevallen’ met meerdere contacten door
verdachte;
- wordt gesproken over de wijze van opzetten/vervoeren/verplaatsen van
verdovende middelen;
- wordt gesproken over de hoeveelheid verdovende middelen;
- wordt gesproken over winst die ‘wordt gepakt’ op de handel in verdovende
middelen;
- wordt gesproken over het mogelijk opzetten van nieuwe handel/invoer van
verdovende middelen in de toekomst;