Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 15 december 2021 (met 22 producties);
- de conclusie van antwoord (met 1 productie);
- de oproep van de rechtbank van 19 april 2022 om ter zitting te verschijnen;
- de brief van de advocaat van [gedaagde01] van 6 juli 2022, waarbij productie 23 is overgelegd;
- de brief van de advocaat van [gedaagde01] van 18 augustus 2022, waarbij productie 24 is overgelegd;
- de mondelinge behandeling van 6 september 2022 die wegens ziekte van gedaagde en zijn advocate geen doorgang heeft gevonden;
- de mondelinge behandeling van 8 november 2022 en de door de griffier gemaakte zittingsaantekeningen.
2.De feiten
3.Waar gaat de zaak over?
4.Wat vindt de rechter?
bewoonbaarzouden zijn. Dat blijkt ook uit het door [gedaagde01] in de woning voor de onderaannemers opgehangen briefje, waarop stond
: “Ik moet 18 oktober begane grond en eerste verdieping opleveren; in verband verhuizing woonbaar maken…”.Uit het tweede gedeelte van deze zin leidt de rechter af dat [gedaagde01] met
opleverenbedoelde: dat hij de begane grond en eerste verdieping bewoonbaar moest maken. Als hij met
opleverenbedoelde dat alles af zou zijn, dan valt dat immers niet te rijmen met het tweede gedeelte van de zin. Ook staat vast dat [eiseres01] op 13 september 2021 per WhatsApp aan [gedaagde01] vroeg of het dan wel ging lukken de 22e, waarop [gedaagde01] antwoordde:
“Ja zeker”. Op 17 september 2021 antwoordde [gedaagde01] :
“Ik zorg ervoor dat jij 22ste ruimte hebt”.
“Doe maar even niets totdat je van mijn advocaat hebt gehoord”.Vanaf dat moment kon [gedaagde01] de woning dus niet meer in. Hierdoor was hij niet in staat om zijn toezegging om de woning vóór de 22e bewoonbaar te maken na te komen. Juridisch betekent dit dat [eiseres01] zich schuldig heeft gemaakt aan schuldeisersverzuim (artikel 6:58 van het Burgerlijk Wetboek). Dat het [gedaagde01] in die week toch niet was gelukt om
allewerkzaamheden op de begane grond en eerste verdieping af te maken is niet van belang. De gemaakte afspraak was om het huis
bewoonbaarte maken, zodat [eiseres01] alvast in haar nieuwe woning kon gaan wonen. Dat het niet zou lukken om het huis in die week bewoonbaar te maken is niet door [eiseres01] aangevoerd. Ook de rechter heeft geen aanwijzing dat dat [gedaagde01] niet gelukt was.