Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.Het verloop van de procedure
- het verzoekschrift met bijlagen, binnengekomen bij de rechtbank op 5 september 2023;
- het evaluatieverslag van OASE, binnengekomen bij de rechtbank op 27 oktober 2023.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft de kinderrechter op 30 oktober 2023 uitspraak gedaan over de verlenging van de ondertoezichtstelling van twee minderjarigen, [voornaam minderjarige01] en [voornaam minderjarige02]. De ouders, [moeder01] en [vader01], hebben een verstoorde relatie en zijn niet in staat om gezamenlijke afspraken te maken over de verzorging en opvoeding van hun kinderen. Dit heeft geleid tot een loyaliteitsconflict bij de kinderen, wat een ernstige bedreiging vormt voor hun ontwikkeling. De gecertificeerde instelling Jeugdbescherming West heeft verzocht om de ondertoezichtstelling te verlengen voor de duur van negen maanden, omdat de situatie nog niet verbeterd is en er zorgen zijn over de omgang tussen de ouders en de impact daarvan op de kinderen.
Tijdens de mondelinge behandeling hebben beide ouders hun standpunten toegelicht. De moeder heeft aangegeven geen vertrouwen meer te hebben in het Centrum voor Gezinsbehandeling, terwijl de vader verweer heeft gevoerd tegen de verlenging van de ondertoezichtstelling. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ouders elkaar verwijten maken en dat er sprake is van wantrouwen, wat de situatie voor de kinderen bemoeilijkt. De kinderrechter heeft geconcludeerd dat de ondertoezichtstelling noodzakelijk is om de ouders te begeleiden in het maken van afspraken en om de ontwikkeling van de kinderen te waarborgen.
De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling verlengd tot 10 augustus 2024, met de hoop dat de ouders in deze periode stappen kunnen zetten richting verbetering van hun relatie en de situatie van de kinderen. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en er is een mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.