4.4.Bewezenverklaring
In bijlage II heeft de rechtbank een opgave gedaan van wettige bewijsmiddelen, houdende voor de bewezenverklaring redengevende feiten en omstandigheden. Met deze opgave wordt volstaan, nu de verdachte de feitelijke toedracht heeft bekend. Op grond daarvan is wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder feit 1 subsidiair ten laste gelegde en het onder feit 3 ten laste gelegde heeft begaan op die wijze dat:
feit 1
subsidiair
hij, op 13 juni 2023 te Rotterdam, als verkeersdeelnemer, namelijk als
bestuurder van een motorrijtuig , zich zodanig heeft gedragen dat
een aan zijn schuld te wijten verkeersongeval heeft plaatsgevonden door met dat
motorrijtuig zeer onvoorzichtig en
onoplettend te rijden op de voor het openbaar verkeer openstaande wegen, de
Schiedamseweg en het Marconiplein en de Mathenesserweg,
welk genoemd rijgedrag hierin heeft bestaan dat hij, verdachte, toen, daar, terwijl
zijn, verdachtes, rijbewijs sinds 29 juli 2021 was verlopen, en terwijl het donker
was,
- met een snelheid die dusdanig hoog was dat hij, verdachte, niet in staat was zijn voertuig tot stilstand te brengen binnen de afstand waarover hij de weg kon overzien en
waarover deze vrij was, heeft gereden over de Schiedamseweg en het
Marconiplein en de Mathenesserweg en- daarbij niet is gestopt voor een in zijn, verdachtes, richting gekeerd en voor het verkeer in zijn, verdachtes, rijrichting geldend rood licht uitstralend verkeerslicht en
- vervolgens met onverminderde snelheid de kruising van de
Schiedamseweg/Mathenesserweg met het Marconiplein is opgereden en
daaraan voorafgaand wederom niet is gestopt voor een in zijn, verdachtes, richting
gekeerd en voor het verkeer in zijn, verdachtes, rijrichting geldend rood licht
uitstralend verkeerslicht en
- daarbij zijn aandacht niet voortdurend op de weg vóór zich heeft gehouden
en/of
- vervolgens aan een fietser, genaamd [slachtoffer01] , rijdende over de
Schiedamseweg (komende uit de richting van de Lage Erfbrug), gaande richting het
Marconiplein en doende dat kruisingsvlak van de Schiedamseweg/Mathenesserweg
met het Marconiplein over te steken, geen voorrang heeft verleend en
- vervolgens in botsing of aanrijding is gekomen met die fietser, waardoor die
fietser is overleden;
feit 3
hij, als degene door wiens gedraging een verkeersongeval was veroorzaakt, welke
gedraging hij al dan niet als bestuurder van een motorrijtuig had verricht en welk
verkeersongeval had plaatsgevonden in Rotterdam op/aan de Schiedamseweg en
het Marconiplein en de Mathenesserweg op 13 juni 2023, de
voornoemde plaats van vorenbedoeld ongeval heeft verlaten, terwijl daardoor,
naar hij redelijkerwijs moest vermoeden aan een ander (te weten [slachtoffer01]
), aan wie bij dat ongeval letsel was toegebracht, in hulpeloze toestand
werd achtergelaten.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen. De verdachte moet (ook) daarvan worden vrijgesproken.