1.9.Eiseres heeft bij e-mail van 3 mei 2022 gebruik gemaakt van die gelegenheid en zich op het standpunt gesteld dat - samengevat - Lapsang Souchong een theespecialiteit is die in kleine hoeveelheden als aftreksel geconsumeerd wordt en antrachinon slecht oplosbaar is in water en nauwelijks overgaat op het aftreksel, waardoor het gehalte in het aftreksel dus gering is. De thee vormt daarom volgens eiseres geen bedreiging voor de gezondheid en kan als veilig worden beoordeeld.
2. In het bestreden besluit heeft verweerder zich – samengevat weergegeven – op het standpunt gesteld dat eiseres met het analyserapport van 8 december 2021 aannemelijk heeft gemaakt dat de aangetroffen bifenyl als gevolg van het roken in de thee terecht is gekomen en dat de ongerookte thee voldoet aan Verordening (EG) 396/2005. Het bezwaar is in zoverre gegrond. Verweerder heeft echter aanleiding gezien om de inbewaringneming in stand te laten. Daaraan heeft verweerder ten grondslag gelegd dat bewerkingshandelingen zoals roken geen onveilig levensmiddel mogen opleveren. Uit de door eiseres overgelegde contra-expertise van 25 maart 2022 volgt dat er in het deelmonster 0,56 mg/kg antrachinon is aangetroffen, terwijl uit de in bezwaar aangeleverde analyses blijkt dat deze stof voorafgaand aan het roken aanwezig was in de hoeveelheid van 0,007 mg/kg (waarmee werd voldaan aan de MRL van 0,02 mg/kg). De hoeveelheid antrachinon is dan ook door het rookproces toegenomen. Antrachinon is volgens verweerder een stof waarvan in Europa bekend is dat zij kankerverwekkend is. Iedere hoeveelheid van de stof kan kanker veroorzaken bij mensen. Daarom is er geen veilige acceptabele dagelijkse inname voor antrachinon vastgesteld. Bovendien staat antrachinon op de lijst van Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS) van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Iedere inname, hoe klein ook, levert een risico op. Dit maakt dat de in bewaring genomen thee niet gezien kan worden als een veilig voedingsmiddel. Verweerder is dan ook van mening dat de thee op grond van artikel 14 van Verordening (EG) 178/2002 niet in de handel kan worden gebracht. De thee voldeed daarmee bij binnenkomst in de EU niet aan artikel 1, tweede lid, van Verordening (EG) 2017/625. Gelet daarop bestaat er volgens verweerder op grond van artikel 66 van Verordening (EG) 2017/625 voldoende grond om de officiële inbewaringneming van de partij thee, die gebaseerd was op de aanwezigheid van een te hoog gehalte bifenyl, in stand te laten.
Het standpunt van eiseres
3. Eiseres voert aan dat verweerder de inbewaringneming van de Lapsang Souchong thee ten onrechte heeft gehandhaafd omdat geen sprake is van een onveilig levensmiddel. Daartoe betoogt zij dat de thee voldoet aan alle specifieke communautaire regels en daardoor geacht wordt veilig te zijn. Verordening (EG) 396/2005 is slechts van toepassing op de droge thee voorafgaand aan het rookproces. Antrachinon is een stof die door het rookproces van de thee ontstaat. In Verordening (EG) 1881/2006 zijn maximumgehalten (Maximum Levels, hierna: ML’s) vastgelegd die zien op bepaalde verontreinigingen in levensmiddelen, zoals in gerookte producten. Gerookte thee is hierin niet opgenomen. De Europese wetgever heeft de hoeveelheid antrachinon in gerookte thee dus niet gereguleerd, terwijl – zoals ook wordt toegelicht in de Codex Alimentarius – bekend is dat bij het roken van levensmiddelen altijd een bepaalde hoeveelheid antrachinon vrijkomt en antrachinon dus een typische substantie in gerookte levensmiddelen is. Als de aanwezigheid van antrachinon in gerookte thee onveilig zou zijn, zou hiervoor wel een ML zijn opgenomen. In de nieuwe Verordening (EG) 1881/2006 zijn wel ML’s voor gerookte thee opgenomen, maar die zien niet op antrachinon. Antrachinon in gerookte thee is dus toegestaan.
Voorts stelt eiseres zich op het standpunt dat het door verweerder uitgevoerde onderzoek ondeugdelijk is. Er moet rekening mee worden gehouden dat de Lapsang Souchong thee als zodanig (de droge thee) niet wordt geconsumeerd in de zin van opgegeten. Enkel het aftreksel van de thee wordt geconsumeerd. Alle pijlen van verweerder zijn gericht op de aanwezigheid van antrachinon in de gerookte, droge thee, maar niet op de aanwezigheid van antrachinon in het aftreksel. Het is van belang om te bepalen of de stoffen die in het gedroogde product voorkomen, daadwerkelijk overgaan in het aftreksel onder normale omstandigheden van het gebruik van de gerookte thee door de consument. Uit de in beroep overgelegde analyse van GBA van 14 december 2022 blijkt dat dit niet het geval is, aangezien in de gezette thee bij gebruik onder normale omstandigheden geen antrachinon is aangetroffen. Zelfs uit de overgelegde analyse van GBA van 22 december 2022 waarbij een aftreksel aan de hand van extreem gebruik is bemonsterd, blijkt dat er geen sporen van antrachinon konden worden waargenomen. Ook uit het Compendium of Guidelines for Tea blijkt dat antrachinon slechts in zeer geringe mate in het aftreksel overgaat.
Eiseres betoogt verder dat de stelling van verweerder onjuist is dat iedere inname van antrachinon voorkomen moet worden, omdat antrachinon – vanwege zijn carcinogeniteit – per definitie een risico oplevert voor de volksgezondheid. Voor bepaalde carcinogene stoffen in levensmiddelen zijn immers ML’s vastgesteld en verweerder heeft erkend dat voor antrachinon in ongerookte thee een MRL geldt van 0,02 mg/kg, waarmee vaststaat dat een bepaalde hoeveelheid antrachinon voor de Europese wetgever aanvaardbaar is.