Op 4 januari 2023 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak waarin verzoekster, een natuurlijke persoon, een verzoek heeft ingediend om T-Mobile the Netherlands B.V. te bevelen in te stemmen met een door haar aangeboden schuldregeling. Verzoekster had op 7 november 2022 een verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling ingediend, waarbij zij een regeling voorstelde aan haar schuldeisers, waaronder T-Mobile, die weigerde in te stemmen. Tijdens de zitting op 21 december 2022 was T-Mobile niet verschenen, ondanks een behoorlijke oproeping. Verzoekster had een schuld van € 53.658,85 en bood een regeling aan waarbij zij 1,95% aan de preferente en 0,97% aan de concurrente schuldeisers zou betalen. De rechtbank overwoog dat de vordering van T-Mobile slechts 9,5% van de totale schuldenlast vertegenwoordigde en dat zeven van de acht schuldeisers akkoord waren gegaan met de regeling. De rechtbank concludeerde dat het voorstel van verzoekster het maximaal haalbare was, gezien haar persoonlijke omstandigheden, waaronder medische en psychische klachten. De rechtbank oordeelde dat de belangen van verzoekster en de schuldeisers die instemden met de regeling zwaarder wogen dan die van T-Mobile. Daarom werd het verzoek om T-Mobile te bevelen in te stemmen met de schuldregeling toegewezen, en werd T-Mobile veroordeeld in de kosten van de procedure, die op nihil werden begroot. Het verzoek tot toepassing van de schuldsaneringsregeling werd afgewezen, en het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.