ECLI:NL:RBROT:2023:1797

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
28 februari 2023
Publicatiedatum
2 maart 2023
Zaaknummer
10228833 VZ VERZ 22-14507
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontslag op staande voet van een teamleider in een supermarkt wegens het meenemen van onbetaalde producten

In deze zaak gaat het om het ontslag op staande voet van [verzoeker01], een teamleider bij Detailconsult, die op 6 oktober 2022 is ontslagen omdat hij onbetaalde producten uit de supermarkt had meegenomen naar de personeelskantine. Het ontslag werd gegeven op basis van het bedrijfsreglement van Detailconsult, waarin staat dat het meenemen van onbetaalde producten als diefstal wordt aangemerkt. [verzoeker01] heeft in zijn verweer aangevoerd dat hij niet op de hoogte was van deze regels en dat hij de producten later wilde betalen. De kantonrechter heeft geoordeeld dat het ontslag rechtsgeldig is, omdat [verzoeker01] als teamleider op de hoogte had moeten zijn van de geldende regels en dat zijn handelen in strijd was met het bedrijfsreglement. De kantonrechter heeft de verzoeken van [verzoeker01] om het ontslag te vernietigen en om hem weer aan het werk te laten gaan afgewezen. Tevens is [verzoeker01] veroordeeld in de proceskosten van de procedure.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 10228833 VZ VERZ 22-14507
datum uitspraak: 28 februari 2023
Beschikking van de kantonrechter
in de zaak van
[verzoeker01],
woonplaats: [woonplaats01] ,
verzoeker,
verweerder in het (voorwaardelijk) zelfstandig tegenverzoek,
gemachtigde: mr. S. Pershad,
tegen
DETAILCONSULT PERSONEEL BV,
vestigingsplaats: Velsen-Noord,
verweerster,
verzoekster in het (voorwaardelijk) zelfstandig tegenverzoek,
gemachtigde: mr. R.J. Stoop.
De partijen worden hierna ‘ [verzoeker01] ’ en ‘Detailconsult’ genoemd.

1..De procedure

Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • het verzoekschrift met bijlagen 1 tot en met 5, binnengekomen op 7 december 2022;
  • het verweerschrift met bijlagen 1 tot en met 23 en een usb-stick;
  • de e-mail van 3 februari 2023 van mr. Pershad met bijlage 6;
  • de spreekaantekeningen van mr. Stoop.
Op 7 februari 2023 is de zaak tijdens een mondelinge behandeling besproken. Daarbij waren aanwezig [verzoeker01] met mr. Pershad en namens Detailconsult mevrouw [naam01] (HR Adviseur) met mr. Stoop.

2..Waar gaat de zaak over?

2.1.
In de kern gaat deze zaak over de vraag of [verzoeker01] (de werknemer) wel of niet rechtsgeldig op staande voet is ontslagen door Detailconsult (de werkgever).
Wat is er gebeurd?
2.2.
[verzoeker01] is sinds 30 september 2018 werkzaam bij Detailconsult. Hij is begonnen als vulploegmedewerker en doorgegroeid tot teamleider. Vanaf medio augustus 2022 werkt hij in die functie 28 uur per week in één van de supermarktfilialen in Rotterdam. Hij is 19 jaar.
2.3.
Detailconsult heeft [verzoeker01] op 6 oktober 2022 op staande voet ontslagen. In de ontslagbrief van 7 oktober 2022 wordt als reden vermeld dat [verzoeker01] in de ochtend van 25 september 2022 en op 6 oktober 2022 producten uit de supermarkt heeft gepakt, die hij niet conform de geldende procedure eerst heeft betaald bij de kassa, maar wel heeft meegenomen naar de personeelskantine.
2.4.
Detailconsult heeft het handelen van [verzoeker01] in de ochtend van 25 september 2022 pas op een later moment geconstateerd op basis van camerabeelden en is daarover met hem in gesprek gegaan op 6 oktober 2022. In dat gesprek heeft [verzoeker01] gezegd dat hij ook op die dag (6 oktober) producten uit de supermarkt heeft gepakt, die producten niet eerst heeft betaald maar wel heeft meegenomen naar de personeelskantine tijdens zijn pauze. [verzoeker01] heeft in het gesprek toegelicht dat hij die producten in zijn volgende pauze wilde betalen.
2.5.
In de arbeidsovereenkomst van [verzoeker01] is het bedrijfsreglement van Detailconsult van toepassing verklaard. In het bedrijfsreglement is het volgende opgenomen:
“(…)
3.14
Privé-aankopen in de winkel door onze eigen medewerkers kunnen op aanwijzing van de leidinggevende worden gedaan. Betaal de boodschappen, en laat de bijbehorende kassabon altijd door je leidinggevende tekenen. (…)
3.15 (…)
Het is nimmer toegestaan (onbetaald) producten, ook afgeschreven producten of kantoormaterialen/verpakkingen, te nuttigen dan wel mee naar huis te nemen. Dit zal worden aangemerkt als diefstal.
(…)
3.20 (…)
Hoewel we er vanuit gaan dat onze medewerkers eerlijk zijn, leert de praktijk dat ons vertrouwen wel eens wordt beschaamd. Bij diefstal door medewerkers wordt altijd en
zonder aanzien des persoons de politie ingeschakeld en volgt ontslag op staande voet.
Daarbij wordt op de eindafrekening een schadevergoeding in mindering gebracht. Elke vorm van diefstal, ook van producten die weinig of geen waarde hebben, bedorven zijn of zullen worden weggegooid als ook van producten zoals klantenpremiums, (personeels)cheques etc. en/of het gelegenheid bieden van diefstal is voor ons reden voor ontslag op staande voet. Alleen door een consequent beleid op dit gebied kunnen de Business Units hun, maar ook jouw eigendommen beschermen.
(…)”
Wat vindt [verzoeker01] ?
2.6.
[verzoeker01] wil dat het ontslag op staande voet wordt vernietigd, omdat het volgens hem niet rechtsgeldig is. Hij stelt dat zijn handelen niet is aan te merken als een dringende reden die het ontslag rechtvaardigt. Hij heeft op 25 september 2022 een ontbijt georganiseerd voor het team. Tijdens de voorbereidingen daarvan werd hij afgeleid door een sollicitant in de supermarkt en is hij vervolgens vergeten om de producten die hij voor het ontbijt uit de supermarkt had gepakt bij de kassa af te rekenen of af te boeken. Bovendien is hem in 2019 aangeleerd dat hij kon onthouden welke producten hij uit de supermarkt haalde om te eten en te drinken tijdens zijn pauzes, of dat hij foto’s kon maken van de barcodes van die producten, en dat hij al die producten dan later op de dag kon betalen bij de kassa, bijvoorbeeld aan het einde van zijn werkdag, aldus [verzoeker01] . Dat is de reden dat hij de producten die hij had genuttigd tijdens zijn pauze op 6 oktober 2022 in een latere pauze wilde betalen. [verzoeker01] zegt dat hij niet bekend is met het bedrijfsreglement waarin de procedure voor het betalen en het in de personeelskantine nuttigen van producten uit de supermarkt is beschreven en dat hij ook niet wist dat zijn handelen zou kunnen leiden tot een ontslag op staande voet. Hij vindt dat ook een te zware maatregel. Volgens hem was een officiële waarschuwing passender geweest.
2.7.
[verzoeker01] verzoekt de kantonrechter om voor de duur van de procedure een voorlopige voorziening ex artikel 223 Rv te treffen en Detailconsult te veroordelen om hem binnen 48 uur toegang te verlenen tot zijn werkplek en zijn (achterstallige) loon te betalen.
2.8.
Ten aanzien van het ontslag op staande voet verzoekt [verzoeker01] de kantonrechter primair het gegeven ontslag te vernietigen en Detailconsult te veroordelen om hem weer aan het werk te laten gaan en om zijn (achterstallige) loon te betalen. [verzoeker01] verzoekt subsidiair aan hem een billijke vergoeding, de gefixeerde schadevergoeding ex artikel 7:672 lid 11 BW en de transitievergoeding toe te kennen. Zijn meer subsidiaire verzoek ziet alleen op het toekennen van de transitievergoeding.
Wat vindt Detailconsult?
2.9.
Detailconsult vindt dat het ontslag op staande voet rechtsgeldig is gegeven, omdat het handelen van [verzoeker01] in de ochtend van 25 september 2022 en op 6 oktober 2022 volgens haar een dringende reden oplevert, op basis waarvan zij hem met onmiddellijke ingang mag ontslaan. [verzoeker01] heeft gehandeld in strijd met het bedrijfsreglement door producten uit de supermarkt mee te nemen naar de personeelskantine zonder die (eerst) te betalen conform de geldende procedure. Volgens Detailconsult is of had [verzoeker01] in ieder geval op de hoogte moeten zijn van het bedrijfsreglement en de daarin beschreven procedure moeten volgen, zeker als teamleider die een voorbeeldfunctie heeft. Detailconsult wijst haar werknemers op meerdere manieren actief op het bedrijfsreglement en op de strikte naleving daarvan, onder andere in de digitale omgeving voor werknemers en via appberichten. Daarin is ook opgenomen dat het nuttigen van onbetaalde producten leidt tot een ontslag op staande voet. [verzoeker01] wist dus of had moeten weten dat Detailconsult een zerotolerancebeleid voert. Een minder vergaande maatregel zoals een waarschuwing was dan ook niet passend geweest, te meer omdat [verzoeker01] als teamleider een voorbeeldfunctie heeft. Dat zou de strikte naleving van het beleidsreglement verzwakken. Verder zijn er geen persoonlijke omstandigheden aangevoerd die moeten leiden tot het oordeel dat het gegeven ontslag niet is gerechtvaardigd.
2.10.
Detailconsult vraagt de kantonrechter om de verzoeken van [verzoeker01] af te wijzen.
2.11.
Voor het geval het ontslag op staande voet wordt vernietigd, vraagt Detailconsult om ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Detailconsult vindt dat na de gebeurtenissen van haar niet kan worden gevergd dat zij de arbeidsovereenkomst met [verzoeker01] voortzet.

3..De beoordeling

Vernietiging van het ontslag op staande voet
3.1.
Het ontslag op staande voet wordt niet vernietigd, omdat het rechtsgeldig is gegeven. Tussen de partijen staat niet (meer) ter discussie dat het ontslag onverwijld is gegeven. De kantonrechter is van oordeel dat het handelen van [verzoeker01] in de ochtend van 25 september 2022 en op 6 oktober 2022 een dringende reden geeft aan Detailconsult om [verzoeker01] op staande voet te mogen ontslaan. Dat oordeel is gebaseerd op het volgende.
3.1.1.
[verzoeker01] heeft in de ochtend van 25 september 2022 producten uit de supermarkt meegenomen naar de personeelskantine en die niet betaald (of afgeboekt, voor zover dat had gemoeten). Op 6 oktober 2022 heeft hij wederom producten uit de supermarkt meegenomen naar de personeelskantine en genuttigd, maar die producten niet eerst afgerekend bij de kassa volgens de geldende procedure.
Dat [verzoeker01] de producten later alsnog wel heeft betaald, maakt zijn handelen niet minder in strijd met het bedrijfsreglement. Bovendien heeft hij de producten van 25 september 2022 pas afgerekend na het gesprek op 6 oktober 2022 waarin hij erop is gewezen dat hij de producten niet had betaald.
3.1.2.
Als werknemer, maar zeker als teamleider, had [verzoeker01] op de hoogte moeten zijn van de geldende regels en de strikte naleving hiervan door Detailconsult. Van hem mag worden verwacht dat hij zich zelf op de hoogte stelt van de geldende regels. Detailconsult heeft het bedrijfsreglement bovendien voldoende onder de aandacht van haar werknemers gebracht. Het is in te zien binnen de digitale omgeving voor alle werknemers, waarin ook de roosters, verlofoverzichten en loonstroken kunnen worden ingezien. Vanaf begin juni 2021 is er vier weken lang een pop-up verschenen bij het inloggen in de digitale omgeving, die wees op de vernieuwde versie van het bedrijfsreglement. Ook is op 8 december 2021 een appbericht gestuurd aan het team van het filiaal waarin [verzoeker01] op dat moment teamleider was. In dat appbericht wordt meegedeeld dat is geconstateerd dat werknemers producten hebben gestolen (
“denk aan drinken en sauzen voor tijdens de pauze”), dat dit leidt tot een ontslag op staande voet, dat er extra wordt gecontroleerd en dat werknemers hun bonnen goed moeten bewaren.
Detailconsult heeft een gerechtvaardigd belang bij een strikte naleving van de procedure zoals omschreven in het bedrijfsreglement, vanwege een verhoogde fraudegevoeligheid en een hoog diefstalrisico in de supermarktomgeving.
Volgens [verzoeker01] was hem in een ander filiaal in 2019, toen hij nog geen teamleider was, een andere werkwijze aangeleerd, namelijk dat hij producten voor tijdens de pauze later mocht afrekenen als hij maar onthield welke producten het waren en/of als hij een foto maakte van de barcodes van die producten. Volgens hem is de reden voor die werkwijze dat het soms druk is bij de kassa en dat de wachttijd dan afgaat van de toch al korte pauze en het bovendien handig is om maar één keer aan het einde van de werkdag af te rekenen. Detailconsult betwist dat die werkwijze in de praktijk bestond en werd toegestaan, onder verwijzing naar een aantal schriftelijke verklaringen van werknemers van het filiaal.
De kantonrechter acht het onaannemelijk dat de door [verzoeker01] beschreven werkwijze in de praktijk is goedgevonden, alleen al gelet op de mededelingen van Detailconsult over de strikte naleving van het bedrijfsreglement op dit punt. De door [verzoeker01] beschreven werkwijze werkt bovendien onduidelijke situaties in de hand voor zowel de werkgever als de werknemer, waarbij de werkgever genoodzaakt wordt om vraagtekens te zetten bij de integriteit van de werknemer. Bijvoorbeeld als wordt opgemerkt dat een werknemer een product (nog) niet heeft betaald. Het is niet vast te stellen of de werknemer oprecht is vergeten om dat te doen of dat hij dat nooit van plan is geweest. De supermarkt lijdt daar bovendien hoe dan ook schade door. De procedure uit het bedrijfsreglement beoogt dit soort ingewikkelde situaties juist te voorkomen.
3.1.3.
Een officiële waarschuwing in plaats van een ontslag op staande voet was niet op zijn plaats geweest. Detailconsult heeft in het bedrijfsreglement duidelijk aangezegd dat het wegnemen of nuttigen van onbetaalde producten uit de supermarkt leidt tot een ontslag op staande voet. Bovendien zou het geven van een waarschuwing de strikte naleving van het beleid afzwakken en het eenmalig (betrapt worden op het) nuttigen van onbetaalde producten vergoelijken.
3.1.4.
De persoonlijke omstandigheden van [verzoeker01] en de manier waarop hij tot nu als werknemer heeft gefunctioneerd maken niet dat het gegeven ontslag niet gerechtvaardigd is. Ook als veelbelovende jonge teamleider heeft hij zich te houden aan het bedrijfsreglement en is het hem niet toegestaan om producten uit de supermarkt te nuttigen en die niet te betalen. Verder blijkt nergens uit dat het ontslag zodanig ernstige gevolgen heeft voor [verzoeker01] , bijvoorbeeld dat hij in ernstige financiële problemen raakt, dat het ontslag niet gerechtvaardigd zou zijn. Bovendien is niet betwist dat er op de huidige arbeidsmarkt voldoende mogelijkheden zijn voor [verzoeker01] om een nieuwe baan te vinden, zeker gezien zijn jonge leeftijd.
3.2.
Kortom, het ontslag op staande voet houdt stand. Dit betekent dat de verzoeken (primair en (meer) subsidiair) van [verzoeker01] en de daarmee samenhangende nevenverzoeken worden afgewezen, omdat die verzoeken zijn gebaseerd op een ongeldig gegeven ontslag. Ditzelfde geldt voor de gevraagde voorlopige voorziening ex artikel 223 Rv.
3.3.
Omdat het gegeven ontslag op staande voet stand houdt, komt de kantonrechter niet toe aan het voorwaardelijk ingestelde tegenverzoek.
Proceskosten
3.4.
[verzoeker01] krijgt ongelijk en moet daarom de proceskosten betalen. De proceskosten worden aan de kant van Detailconsult tot vandaag vastgesteld op € 529,00 aan gemachtigdensalaris.
Uitvoerbaar bij voorraad
3.5.
De beschikking wordt voor wat betreft de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

4..De beslissing

De kantonrechter:
4.1.
wijst alle onderdelen van de verzoeken van [verzoeker01] af;
4.2.
veroordeelt [verzoeker01] in de proceskosten die aan de kant van Detailconsult tot vandaag worden vastgesteld op € 529,00;
4.3.
verklaart de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. E.I. Mentink en bij haar afwezigheid in het openbaar uitgesproken en ondertekend door mr. F. Aukema-Hartog.
34286