In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 15 februari 2023 uitspraak gedaan over de verlenging van de ondertoezichtstelling van een minderjarige, hierna te noemen [naam kind]. De ondertoezichtstelling was eerder verlengd tot 23 februari 2023 en de gecertificeerde instelling Leger des Heils Jeugdbescherming en Jeugdreclassering (GI) heeft verzocht om deze verlenging met een jaar. De moeder van [naam kind] is bijgestaan door haar advocaat, mr. N. Schiettekatte, en heeft verweer gevoerd tegen het verzoek van de GI. De moeder heeft aangegeven dat zij de afgelopen periode hard heeft gewerkt aan haar ontwikkeling en openstaat voor begeleide omgang tussen [naam kind] en de vader, ondanks de spanningen tussen hen. De kinderrechter heeft de zaak met gesloten deuren behandeld en heeft de feiten en het procesverloop zorgvuldig overwogen. De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ontwikkeling van [naam kind] nog steeds ernstig bedreigd wordt door de persoonlijke problematiek van de moeder en de verstoorde relatie met de vader. De moeder heeft positieve stappen gezet in haar hulpverlening, maar er zijn nog zorgen over haar weerbaarheid en de stabiliteit van de thuissituatie. De kinderrechter heeft besloten om de ondertoezichtstelling van [naam kind] te verlengen voor de duur van twaalf maanden, tot 23 februari 2024, en heeft benadrukt dat de GI ondersteuning biedt aan de moeder in plaats van haar te straffen. De beschikking is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid tot hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.