3.1.De vrouw vordert om bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
de man, indien hij niet uiterlijk 1 mei 2023 de vrouw uit de hoofdelijke aansprakelijkheid ten aanzien van de hypothecaire geldlening heeft ontslagen / doen ontslaan en zijn medewerking aan de levering van het aandeel van de vrouw in de woning aan hem heeft verleend, te veroordelen om binnen één week na betekening van dit vonnis (betekening na 1 mei 2023), tot medewerking aan de verkoop en levering van de woning;
de man te bevelen zijn medewerking te verlenen aan het geven van de opdracht tot verkoop aan een door de vrouw te kiezen makelaar en zich te houden aan alle adviezen van de betreffende makelaar met betrekking tot de verkoop van de woning, onder andere inhoudende bezichtigingen en het verrichten van klein onderhoud aan de woning en de tuin;
de vrouw te machtigen om bij gebreke van de vereiste medewerking van de man op grond van artikel 3:299 lid 1 BW mede namens de man een makelaar opdracht tot verkoop te geven, bezichtigingen toe te laten en op kosten van de man klein onderhoud aan de woning en de tuin te verrichten;
te bepalen dat, indien de man de in 1. bedoelde medewerking niet verleent, dit vonnis zo nodig in de plaats treedt van de noodzakelijke wilsverklaring, medewerking bij verkoop en levering van de woning/of handtekening van de man in de verkoopovereenkomst en in de notariële akte van levering van de woning aan een derde;
de man te veroordelen tot het betalen van de aan de verkoop van de woning verbonden kosten;
bij verkoop aan een derde de man te veroordelen de overbedelingsvergoeding aan de vrouw te voldoen zijnde de helft van de verkoopprijs minus de hypothecaire schuld, te verminderen met het bedrag van € 20.000,- dat de vrouw reeds heeft ontvangen, dan wel te bepalen dat aan de vrouw toekomt de helft van de verkoopprijs minus de hypothecaire schuld te verminderen met het bedrag van € 20.000,-/de helft van de netto opbrengst uit verkoop van de woning (verkoopsom minus hypotheekschuld), te verminderen met € 20.000,-;
de man te veroordelen om aan de vrouw te voldoen € 4.236,- ter zake de gemiste en nog te derven huurtoeslag over 2023, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf de dag van de dagvaarding tot de dag van algehele voldoening;
de man te veroordelen om aan de vrouw te voldoen € 353,- per maand dan wel het bedrag dat de vrouw ter zake van huurtoeslag misloopt, voor iedere maand vanaf 2024 dat de vrouw geen aanspraak kan maken op huurtoeslag;
bij afwijzing van 7. en 8.: de man te veroordelen om aan de vrouw te voldoen € 353,- per maand dan wel het bedrag dat de vrouw ter zake van huurtoeslag misloopt en zal mislopen, voor iedere maand dat de vrouw geen aanspraak kan maken op huurtoeslag, ingaande per 1 januari 2023, te vermeerderen met de wettelijke rente over dat bedrag vanaf de dag van dagvaarding tot de dag van algehele voldoening;
de man te veroordelen in de proceskosten;
althans een zodanige voorziening te treffen als de Voorzieningenrechter in goede justitie al vermenen te behoren.