Op 3 januari 2023 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam een beschikking gegeven in de zaak van de minderjarige [voornaam minderjarige01]. De kinderrechter heeft de ondertoezichtstelling van [voornaam minderjarige01] verlengd tot 15 januari 2024 en de machtiging tot uithuisplaatsing bij de grootmoeder moederszijde eveneens verlengd tot dezelfde datum. De zaak is behandeld met gesloten deuren, waarbij de kinderrechter bijzondere toegang verleende aan enkele belanghebbenden, waaronder de tante en een begeleider van de moeder. De moeder en de grootmoeder moederszijde hebben hun standpunten toegelicht, waarbij de moeder verweer heeft gevoerd tegen de verlenging van de ondertoezichtstelling en de uithuisplaatsing. De gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond heeft verzocht om de verlenging, stellende dat [voornaam minderjarige01] een veilige en stabiele opvoedomgeving nodig heeft, wat momenteel niet door de moeder kan worden geboden. De kinderrechter heeft vastgesteld dat [voornaam minderjarige01] nog steeds ernstig in zijn ontwikkeling wordt bedreigd en dat de grootmoeder een goede omgeving biedt. De kinderrechter heeft benadrukt dat het van belang is dat de moeder zich aan veiligheidsafspraken houdt en dat er onderzoek gedaan moet worden naar het perspectief van [voornaam minderjarige01]. De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid tot hoger beroep binnen drie maanden.