Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
[naam 1],
[naam 2],
Procedure
Feiten
- [bankrekeningnummer 1], t.n.v. [naam 3];
- [bankrekeningnummer 2], t.n.v. [naam 2];
- [nummer], t.n.v. [naam 1] en [naam 2].
Rechtbank Rotterdam
Op 25 mei 2023 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak waarin klagers, [naam 1] en [naam 2], een beklag hebben ingediend op grond van artikel 552a van het Wetboek van Strafvordering (Sv) tegen het beslag dat is gelegd op hun goederen en bankrekeningen. Dit beslag is gelegd in het kader van een strafrechtelijk onderzoek naar heling en verduistering. De rechtbank heeft vastgesteld dat op 8 november 2022 beslag is gelegd op sieraden en bankrekeningen van de klagers, op basis van de artikelen 94 en 94a Sv. De klagers hebben verzocht om teruggave van de inbeslaggenomen goederen en opheffing van het conservatoir beslag, maar de rechtbank oordeelt dat het belang van de strafvordering zich verzet tegen opheffing van het beslag. De officier van justitie heeft ter zitting aangegeven dat de in beslag genomen goederen die op de beslaglijsten staan, aan de klagers zullen worden geretourneerd, maar verzet zich tegen opheffing van het beslag op de overige goederen. De rechtbank heeft geoordeeld dat er voldoende verdenking bestaat dat de klagers betrokken zijn bij misdrijven waarvoor een geldboete kan worden opgelegd, en dat het niet hoogst onwaarschijnlijk is dat de strafrechter later een verplichting tot betaling van een geldbedrag zal opleggen. De rechtbank heeft het beklag ongegrond verklaard, en de beslissing is openbaar uitgesproken.