Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 11 januari 2023, met bijlagen;
- het antwoord;
- de repliek;
- de dupliek.
Rechtbank Rotterdam
In deze zaak heeft CE Medical Factoring B.V. (hierna: CEMF) een vordering ingesteld tegen [gedaagde01] voor de betaling van een eigen bijdrage van € 15,04 voor de reparatie van een kunstgebit, uitgevoerd door Mondzorg Erasmus op 4 juni 2021. De vordering is ingesteld nadat de zorgverlener de vordering op [gedaagde01] had overgedragen aan CEMF. [gedaagde01] erkent de schuld, maar betwist de bijkomende kosten en de rente, omdat hij stelt dat hij nooit eerder brieven over de eigen bijdrage heeft ontvangen. De kantonrechter heeft geoordeeld dat [gedaagde01] de eigen bijdrage met rente moet betalen, maar de bijkomende kosten zijn afgewezen.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat CEMF op 17 augustus 2021 een nota naar het bij de zorgverlener bekende adres van [gedaagde01] heeft gestuurd. [gedaagde01] heeft niet betwist dat de nota op dat adres is bezorgd, maar stelt dat hij op dat moment op Curaçao was en dat zijn post door zijn begeleider werd doorgestuurd. De rechter oordeelt dat het de verantwoordelijkheid van [gedaagde01] is om ervoor te zorgen dat zijn post wordt bekeken of doorgestuurd, en dat hij daarom de eigen bijdrage moet betalen. De wettelijke rente over het bedrag van € 15,04 is vastgesteld op € 0,42 tot 3 januari 2023.
Wat betreft de buitengerechtelijke incassokosten heeft de kantonrechter geoordeeld dat CEMF geen recht heeft op deze kosten, omdat niet is aangetoond dat [gedaagde01] een aanmaning heeft ontvangen die aan de wettelijke eisen voldoet. De proceskosten zijn gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten betaalt. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat inhoudt dat [gedaagde01] direct moet betalen, ook al kan hij in hoger beroep gaan.