In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam op 22 juni 2023 een beschikking gegeven in een civiele procedure tussen verzoeker, [verzoeker01], en verweerster, KPN B.V. De procedure betreft een verzoek van [verzoeker01] om uitstel voor het uitbrengen van een dagvaarding tegen KPN. Bij eerdere beschikking van 20 april 2023 was de procedure voortgezet volgens de regels van de dagvaardingsprocedure, waarbij [verzoeker01] de gelegenheid kreeg om zijn stellingen aan te passen en KPN op te roepen voor de zitting op 21 juni 2023. Echter, [verzoeker01] heeft op 13 juni 2023 verzocht om zes à acht weken uitstel vanwege onvoorziene omstandigheden, waardoor hij niet in staat was om de dagvaarding tijdig uit te brengen.
De kantonrechter heeft in zijn beoordeling benadrukt dat het de verantwoordelijkheid van [verzoeker01] is om KPN tijdig bij exploot op te roepen. Gezien het verzoek om uitstel, heeft de kantonrechter besloten de zaak aan te houden tot de rolzitting op 16 augustus 2023, zodat [verzoeker01] de gelegenheid heeft om KPN op te roepen. De kantonrechter heeft tevens bepaald dat verder uitstel niet mogelijk is en dat [verzoeker01] er rekening mee moet houden dat hij niet-ontvankelijk kan worden verklaard als hij KPN niet tijdig oproept.
In de beslissing heeft de kantonrechter onder andere bevolen dat de procedure wordt voortgezet volgens de regels van de dagvaardingsprocedure, dat [verzoeker01] zijn stellingen kan aanpassen, en dat hij KPN uiterlijk op de rolzitting van 16 augustus 2023 moet oproepen. De beschikking is openbaar uitgesproken door de rechters W.J.J. Wetzels en M.C. van der Kolk.