Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.[persoon02] ,
[persoon03] ,
1.De procedure
- de dagvaarding van 17 augustus 2022, met bijlagen;
- het antwoord van 1 november 2022 met eis in reconventie, met bijlagen;
- het antwoord in reconventie, met bijlagen;
- de brief van [persoon02] c.s. van 12 januari 2023 met vermeerdering van eis en bijlagen;
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 23 januari 2023;
- het proces-verbaal van de door de kantonrechter op 2 maart 2023 gehouden gerechtelijke plaatsopneming en bezichtiging.
2.De feiten
3.Het geschil
- de huurovereenkomst te ontbinden en [persoon02] c.s. te veroordelen om het gehuurde te ontruimen;
- [persoon02] c.s. hoofdelijk te veroordelen aan hem te betalen € 8.388,59 met rente over € 7.378,40 en de lopende huur vanaf 1 september 2022;
- [persoon02] c.s. hoofdelijk te veroordelen in de proceskosten;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
- de huurprijs van de woning te verlagen tot € 500,- per maand met ingang van de ingangsdatum van de huurovereenkomst tot het moment waarop alle gebreken zijn verholpen;
- [persoon01] te veroordelen in de proceskosten;
- het vonnis uitvoerbaar bij voorraad te verklaren.
4.De beoordeling
op de 3e starten ze op no 48. (…) Dat wil zeggen dat ze op dinsdagmiddag bij jou kunnen beginnen.”CS Vochtwering heeft op de aangegeven datum geen werkzaamheden verricht. Volgens [persoon02] c.s. omdat CS Vochtwering geen opdracht van [persoon01] had gekregen. Volgens [persoon01] daarentegen omdat [persoon02] c.s. aan CS Vochtwering geen toegang tot de woning verschafte. Niet gesteld of gebleken is dat [persoon02] c.s. hier verder achteraan is gegaan of bij [persoon01] heeft gevraagd om CS Vochtwering (opnieuw) langs te sturen. [persoon02] c.s. heeft ook niet duidelijk gemaakt wanneer voor het eerst een melding is gedaan over het niet functioneren van de vloerverwarming.