ECLI:NL:RBROT:2023:9702
Rechtbank Rotterdam
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek tot verlenging ondertoezichtstelling van minderjarigen
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam op 24 augustus 2023 uitspraak gedaan in een verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling van vier minderjarigen, ingediend door de gecertificeerde instelling Jeugdbescherming Rotterdam Rijnmond. De minderjarigen, geboren in 2007, 2009, 2016 en 2018, wonen bij hun moeder. De vader en moeder zijn gezamenlijk belast met het ouderlijk gezag. De kinderrechter heeft vastgesteld dat er zorgen zijn over de identiteitsontwikkeling van de kinderen, omdat er sinds december 2022 geen begeleide bezoeken met de vader hebben plaatsgevonden. De moeder heeft aangegeven dat zij de veiligheid van de kinderen vooropstelt en dat de vader een emotieregulatietherapie moet volgen voordat er begeleide bezoeken kunnen plaatsvinden. De vader is bereid om deze therapie te volgen, maar alleen als de bezoekmomenten zijn gestart.
De moeder heeft in haar verweerschrift aangegeven dat er geen sprake is van een ernstige ontwikkelingsbedreiging van de kinderen en dat zij nooit de omgang met de vader heeft willen tegenhouden. De kinderrechter heeft in zijn beoordeling geconcludeerd dat onvoldoende is aangetoond dat er een ernstige ontwikkelingsbedreiging is. De kinderen doen het goed bij de moeder en de kinderrechter is van mening dat een verlenging van de ondertoezichtstelling geen oplossing zal bieden, gezien de eerdere pogingen die tevergeefs zijn gebleken. De kinderrechter heeft het verzoek tot verlenging van de ondertoezichtstelling dan ook afgewezen, maar hoopt dat in de toekomst contact tussen de kinderen en de vader mogelijk zal zijn, mits de vader ook zijn verantwoordelijkheid neemt.
De beslissing is mondeling gegeven en in het openbaar uitgesproken, met de mogelijkheid voor hoger beroep binnen drie maanden na de uitspraak.