In deze beschikking van de kinderrechter van de Rechtbank Rotterdam, gedateerd 20 september 2024, wordt de verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van een minderjarige besproken. De zaak betreft de minderjarige, geboren in 2020, die momenteel verblijft bij haar oom en tante. De kinderrechter heeft de ouders, die belast zijn met het ouderlijk gezag, als belanghebbenden aangemerkt. De gecertificeerde instelling Leger des Heils Jeugdbescherming en Reclassering heeft het verzoek ingediend om de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing te verlengen voor een periode van een jaar. Tijdens de mondelinge behandeling op 20 september 2024 waren de ouders en de oma van de minderjarige aanwezig, terwijl de oom en tante niet verschenen, ondanks dat zij correct waren opgeroepen.
De kinderrechter heeft vastgesteld dat de ouders positieve ontwikkelingen hebben doorgemaakt, waaronder therapie en het verkrijgen van werk. De moeder woont zelfstandig en de vader is al geruime tijd clean. De kinderrechter heeft de wettelijke criteria voor verlenging van de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing als voldaan beschouwd. De kinderrechter heeft besloten om de ondertoezichtstelling en de machtiging tot uithuisplaatsing van de minderjarige te verlengen tot 26 september 2025, met de nadruk op het belang van de ontwikkeling van de minderjarige en de noodzaak van jeugdbescherming. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en hoger beroep kan worden ingesteld binnen drie maanden na de uitspraak.