Uitspraak
Rechtbank Rotterdam
1.Onderzoek op de terechtzitting
2.Tenlastelegging
3.Eis officier van justitie
- bewezenverklaring van het onder 1 primair en onder 2 ten laste gelegde;
- veroordeling van de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 240 dagen met aftrek van voorarrest, waarvan 193 dagen voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaar, met reclasseringstoezicht en bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd in het reclasseringsrapport van 24 juni 2024, alsmede een taakstraf voor de duur van 200 uren, te vervangen door 100 dagen hechtenis;
- afwijzing van de vordering tot tenuitvoerlegging in de zaak met parketnummer 13/162116-23.
4.Bevoegdheid rechtbank
5.Waardering van het bewijs
inde bij die wet behorende lijst II
6.Strafbaarheid feiten
1.primair
overtreding van een voorschrift gesteld bij artikel 38, eerste lid, van de Geneesmiddelenwet, opzettelijk begaan;
7.Strafbaarheid verdachte
8.Motivering straf
9.Vordering tenuitvoerlegging
10.Toepasselijke wettelijke voorschriften
11.Bijlagen
12.Beslissing
gevangenisstraf voor de duur van 240 (tweehonderdveertig) dagen;
193 (honderddrieënnegentig) dagenniet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten;
taakstraf voor de duur van 200 (honderd) uren, waarbij Reclassering Nederland dient te bepalen uit welke werkzaamheden de taakstraf dient te bestaan;
100 dagen;