ECLI:NL:RBROT:2024:12783
Rechtbank Rotterdam
- Mondelinge uitspraak
- Rechtspraak.nl
Beslissing over premiekorting in collectieve zorgverzekering voor bijstandsontvanger
Op 29 november 2024 heeft de Rechtbank Rotterdam een mondelinge uitspraak gedaan in de zaak tussen een eiser, die sinds 26 juli 2005 een bijstandsuitkering ontvangt, en het college van burgemeester en wethouders van Rotterdam. De eiser is sinds december 2016 verzekerd via het VGZ Rotterdampakket, een collectieve zorgverzekering die in samenwerking met zorgverzekeraar VGZ is samengesteld. Eiser ontvangt sinds 2019 een premiekorting en heeft in 2024 een korting van € 11,- ontvangen op zijn premie. Het college heeft dit besluit op 12 juli 2024 gehandhaafd.
De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard. In de motivering werd gesteld dat de premiebijdrage volgens de Beleidsregels Premiebijdrage VGZ Rotterdampakket 2021 € 11,- per deelnemer per maand bedraagt. Eiser had geen grondslag voor zijn stelling dat hij recht had op een hogere korting. De rechtbank vond de argumenten van eiser, waaronder de claim dat hij eigenaar van de schatkist is, niet overtuigend en concludeerde dat het besluit van het college juist was.
De uitspraak werd gedaan in het openbaar en partijen zijn gewezen op de mogelijkheid om in hoger beroep te gaan. Eiser krijgt geen griffierecht terug, aangezien zijn beroep ongegrond is verklaard. De uitspraak is verzonden aan de betrokken partijen, en er zijn instructies gegeven voor het indienen van een hoger beroep bij de Centrale Raad van Beroep.