Op 26 september 2024 heeft de Rechtbank Rotterdam uitspraak gedaan in een zaak betreffende de wettelijke schuldsaneringsregeling (WSNP) voor een verzoekster die zich in een problematische schuldensituatie bevindt. De verzoekster, samen met haar echtgenoot, heeft een verzoek ingediend om toegelaten te worden tot de WSNP. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzoekster voldoet aan de eisen voor toelating tot de WSNP, en heeft haar verzoek om toelating toegewezen. Dit houdt in dat de verzoekster onder toezicht komt te staan van een bewindvoerder en een rechter-commissaris, die verantwoordelijk zijn voor het toezicht op de naleving van de WSNP-verplichtingen.
Echter, de verzoekster heeft ook verzocht om de ingangsdatum van de WSNP zes maanden eerder te laten ingaan. Dit verzoek is afgewezen omdat de rechtbank heeft vastgesteld dat de verzoekster niet heeft voldaan aan de inspanningsverplichting die vereist is voor een eerdere ingangsdatum. De rechtbank heeft geconcludeerd dat de verzoekster niet fulltime heeft gewerkt en dat er geen bewijs is dat zij aan de sollicitatieverplichting heeft voldaan. Hierdoor is het verzoek om een eerdere ingangsdatum niet toegewezen.
De rechtbank heeft de ingangsdatum van de WSNP vastgesteld op 26 september 2024, met een einddatum op 26 maart 2026. De bewindvoerder is opgedragen om de post van de verzoekster gedurende de eerste dertien maanden van de regeling in te zien. De beslissing is openbaar uitgesproken en er is een mogelijkheid tot hoger beroep binnen acht dagen na de uitspraak.