ECLI:NL:RBROT:2024:1863
Rechtbank Rotterdam
- Vereenvoudigde behandeling
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet tijdig betalen griffierecht
In deze uitspraak van de Rechtbank Rotterdam op 13 maart 2024, wordt het beroep van eiseres, vertegenwoordigd door mr. N. Kose-Albayrak, behandeld. Eiseres heeft beroep ingesteld tegen het uitblijven van een besluit op haar bezwaar tegen een besluit van de Belastingdienst/Toeslagen van 25 oktober 2022. De rechtbank oordeelt dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, omdat het griffierecht niet is betaald. Volgens artikel 8:41 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) is het verplicht om griffierecht te betalen bij het instellen van beroep. In deze zaak bedraagt het griffierecht € 50,-. De griffier heeft eiseres per aangetekende brief op 29 april 2023 in de gelegenheid gesteld om het griffierecht binnen twee weken te betalen, maar eiseres heeft dit niet tijdig gedaan. De gemachtigde van eiseres heeft wel een betaling gedaan op 12 mei 2023, maar deze betaling was niet correct gelabeld, waardoor de rechtbank deze niet als geldig kon beschouwen. Eiseres heeft niet gereageerd op verzoeken om verduidelijking van de betaling. De rechtbank concludeert dat er geen verontschuldiging is voor het niet tijdig betalen van het griffierecht, en verklaart het beroep niet-ontvankelijk. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen.