ECLI:NL:RBROT:2024:2171

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
19 januari 2024
Publicatiedatum
19 maart 2024
Zaaknummer
10577477 CV EXPL 23-18327
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vochtschade in woning en dekking onder woonverzekering

In deze zaak, behandeld door de kantonrechter van de Rechtbank Rotterdam, gaat het om een geschil tussen [eiser01] en Allianz Benelux N.V. over vochtschade in de woning van [eiser01]. De eiser heeft in september 2020 een woonverzekering afgesloten bij Allianz en heeft op 12 januari 2023 een schademelding gedaan vanwege vochtschade. Na inspecties door zowel de eiser als door Dekra, in opdracht van Allianz, werd vastgesteld dat de schade geleidelijk was ontstaan door een defecte aanvoerleiding. Allianz weigerde de schade te vergoeden, stellende dat er geen sprake was van een plotselinge gebeurtenis, zoals vereist in de polisvoorwaarden.

De kantonrechter heeft de vordering van [eiser01] afgewezen. De rechter oordeelde dat de schade niet gedekt was onder de verzekering, omdat de schade langzaam was ontstaan en niet het gevolg was van een plotselinge gebeurtenis. De rechter benadrukte dat de polisvoorwaarden duidelijk waren en dat de schade, zoals beschreven door de eiser, niet voldeed aan de vereisten voor dekking. De rechter concludeerde dat Allianz terecht had geweigerd om uit te keren en dat de vordering van [eiser01] niet kon worden toegewezen.

Daarnaast werd er een beslissing genomen over de proceskosten. Hoewel [eiser01] in het ongelijk werd gesteld, besloot de kantonrechter om de proceskosten te compenseren, zodat iedere partij de eigen kosten zou dragen. Dit vonnis werd uitgesproken op 19 januari 2024.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 10577477 CV EXPL 23-18327
datum uitspraak: 19 januari 2024
Vonnis van de kantonrechter
in de zaak van
[eiser01],
woonplaats: [woonplaats01] ,
eiser,
gemachtigde: mr. E.M. Horssius,
tegen
Allianz Benelux N.V.,
vestigingsplaats: Brussel (België),
gedaagde,
gemachtigde: mr. R.S. Ariëns.
De partijen worden hierna ‘ [eiser01] ’ en ‘Allianz’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 14 juni 2023, met bijlagen;
  • het antwoord, met bijlagen;
  • de spreekaantekeningen van de gemachtigde van [eiser01] .
1.2.
Op 15 november 2023 is de zaak tijdens een mondelinge behandeling besproken. Daarbij waren aanwezig [eiser01] met zijn echtgenoot en de gemachtigde. Namens Allianz was aanwezig [naam01] (schadebehandelaar bij Allianz) met de gemachtigde.

2.De beoordeling

2.1.
Deze zaak gaat over een woonverzekering die [eiser01] september 2020 bij Allianz heeft afgesloten voor zijn woning gelegen aan de [adres01] in Maurik. Op 12 januari 2023 heeft [eiser01] een schademelding bij Allianz gedaan over vochtschade in zijn woning.
2.2.
Per e-mail van 15 januari 2023 heeft [eiser01] aan Allianz een toelichting gegeven op de schade. Daarin staat voor zover van belang:
“(…)
Sinds september 2020 zijn wij woonachtig in ons huis aan de [adres01] te Maurik. Vanaf het begin ervaren wij een hoge vochtigheid op onze benedenverdieping. Na lang zoeken hebben wij besloten een lekdetectie te laten doen door een erkend bedrijf, de ACI uit Tiel. (…) Tijdens deze keuring is zijn er geen lekkages gevonden aan de installatie binnen onze woning, ook is de gevel van bovenaf ingespoten met een gele kleurstof om te controleren of deze binnen een korte periode naar binnen zou trekken. Dit was niet het geval. Wel heeft het uitvoerende bedrijf een verhoogde vochtigheid in de muren aangetroffen welke afkomstig is van de buitenmuur. De oorzaak hiervan werd niet gevonden. Enige tijd later, december 2022 bleek bij onze buren op nummer [nummer01] regelmatig water in de kelder te staan. Na inspectie van Waterleidingbedrijf Vitens hebben zij de aanvoerleiding vanaf de hoofdleiding naar de woning op nummer [nummer01] vervangen. Hiermee was hun probleem niet verholpen. Na een 2e inspectie bleek het om leidingwater te gaan afkomstig uit onze aanvoerleiding. Nadat een medewerker van Vitens bij ons is geweest heeft hij de aanvoerleiding vanaf de hoofdleiding naar onze watermeter vervangen. Tijdens het vervangen bleek dat onze aanvoerleiding (14 mm koper) over de gehele lengte was vergaan en waarschijnlijk al jaren aan het lekken was. Hiermee werd voor ons ook duidelijk waar ons vochtprobleem vandaan komt. Inmiddels is namelijk niet alleen de vochtigheid op de benedenverdieping hoog. Ook onze vloerbalken zijn op de kopse kanten verrot waardoor de vloer inzakt in de woonkamer, de tegels in de badkamer (op de benedenverdieping) grenzend aan de buitenmuur laten los en de muren zijn nauwelijks tot niet te verven vanwege de hoge vochtigheid.
(…)”
2.3.
Op 21 januari 2023 heeft Dekra in opdracht van Allianz een inspectie uitgevoerd in de woning van [eiser01] . In het rapport van Dekra van 27 maart 2023 staat onder meer:
“Door Vitens zijn beide waterleidingen opgegraven. De hoofdwaterleiding van nummer [nummer02] was gebroken. Hierdoor heeft het leidingwater voor een onbepaalde tijd de mogelijkheid gehad om uit te stromen. Als gevolg hiervan is het grondpakket rondom de huisnummers [nummer01] - [nummer02] compleet verzadigd (…)”
Vordering [eiser01]
2.4.
[eiser01] vordert van Allianz betaling van € 19.442,70 met rente en kosten. Hij doet een beroep op de toepasselijke
“Voorwaarden Woonverzekering 02 van Allianz”. Daarin staat in Deel A.1.3 voor zover van belang:
“(…) Voor welke gebeurtenissen ben je verzekerd
De gebeurtenis moet plotseling en onvoorzien zijn en van buitenaf komen.
(…)
Dit is verzekerd
Water of stoom die lekt uit de aan- of afvoerleidingen van waterleidingen, de apparaten
die altijd op de waterleiding zijn aangesloten of de centrale verwarming
We betalen als het lek komt:
(…)
- doordat de waterleiding, daarop aangesloten apparaten of de centrale verwarming op een
andere manier plotseling kapot gaan.
(…)”
2.5.
Allianz weigert om verschillende redenen uit te keren. Zij stelt dat het niet gaat om een plotselinge gebeurtenis. De schade is geleidelijk ontstaan. Zij doet onder meer een beroep op deel A.1.4 van de polisvoorwaarden:
“(…) Wanneer ben je nooit verzekerd
Langzame inwerking en dagelijks gebruik
• De schade is langzaam ontstaan of door geleidelijke inwerking.
(…)”
2.6.
Wat er wel en niet onder de dekking van een verzekering valt wordt bepaald door de polisvoorwaarden. In de polisvoorwaarden van Allianz staat dat er geen dekking bestaat indien de schade langzaam is ontstaan of door geleidelijke inwerking (Deel A.1.4), maar uitsluitend indien er sprake is van een plotselinge gebeurtenis (Deel A.1.3). Deze bepalingen zijn, zeker in samenhang gezien, duidelijk en op begrijpelijke wijze opgesteld.
2.7.
[eiser01] heeft in zijn mail van 15 januari 2023 vermeld dat de (vocht)schade onder de woning zich gedurende jaren (oftewel: geleidelijk) heeft opgebouwd. Deze conclusie wordt onderstreept in het rapport van Dekra:
Hierdoor heeft het leidingwater voor een onbepaalde tijd de mogelijkheid gehad om uit te stromen. Als gevolg hiervan is het grondpakket rondom de huisnummers [nummer01] - [nummer02] compleet verzadigd (…)”. Gelet op het voorgaande is er dus geen sprake van een plotselinge gebeurtenis zoals bedoeld in deel A.1.3, maar van het langzaam ontstaan van de schade zoals bedoeld in deel A.1.4. Zie in dit verband ook gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 3 april 2018 (ECLI:NL:GHARL:2018:3121).
Conclusie
2.8.
De conclusie is dat Allianz terecht stelt dat er geen sprake is van een gebeurtenis die gedekt is onder de verzekering. Dat [eiser01] geen weet had van het geleidelijk ontstaan van de (vocht)schade (en dat dit voor hem niet zichtbaar was) maakt dat niet anders. Ook is niet relevant dat het lekken van de leiding niet eerder door experts is opgemerkt. Dat betekent dat de vordering van [eiser01] wordt afgewezen.
2.9.
Mogelijk heeft [eiser01] wel een vordering op het Waterleidingbedrijf Vitens. Die vraag kan in deze procedure niet worden beantwoord, omdat Vitens geen partij is in deze procedure.
Proceskosten
2.10.
[eiser01] krijgt ongelijk en moet in beginsel de proceskosten betalen (artikel 237 Rv). De kantonrechter ziet - mede gelet op de verhouding tussen partijen (een grote verzekeraar tegenover een consument) aanleiding om de proceskosten in dit geval te compenseren. Dat betekent dat iedere partij de eigen kosten draagt.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
wijst de vordering af;
3.2.
compenseert de proceskosten tussen partijen, in die zin dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.H. Poiesz en in het openbaar uitgesproken.
47636