Uitspraak
RECHTBANK ROTTERDAM
1.De procedure
- de dagvaarding van 6 september 2023, met bijlagen;
- het antwoord met eis in reconventie (tegeneis), met bijlagen;
- de brief van 4 december 2023, waarin een mondelinge behandeling is bepaald;
- het antwoord in reconventie, met bijlagen.
2.De beoordeling
kunnen’), kan niet geconcludeerd worden dat een harde datum is afgesproken waarop de werkzaamheden afgerond moesten zijn. Bovendien blijkt uit de e-mails van [eiser] aan [gedaagde] van 18 december 2020 en 26 januari 2021 dat [eiser] zijn offerte door omstandigheden in december 2020 heeft aangepast en daarbij heeft medegedeeld dat de werkzaamheden één tot twee weken zullen bedragen. [gedaagde] is daarmee akkoord gegaan. Ook ten aanzien van de aangepaste offerte is echter niet gebleken dat er door partijen expliciet een harde datum is afgesproken, waarop het werk klaar moest zijn. Dit volgt ook niet uit de door [gedaagde] overgelegde WhatsApp-berichten in de periode van augustus 2020 tot en met september 2021.