In deze zaak vorderde [persoon A], een zzp'er, betaling van € 988,- van S&A Vastgoed B.V. voor werkzaamheden die hij had verricht. S&A betwistte de vordering en stelde dat [persoon A] schade had veroorzaakt ter waarde van € 2.650,-, waarvoor zij ook een tegenvordering indiende. De kantonrechter oordeelde dat [persoon A] in principe recht had op de betaling van € 988,-, maar dat hij ook aansprakelijk was voor de schade die hij had veroorzaakt. De kantonrechter concludeerde dat S&A de vordering van [persoon A] mocht verrekenen met de schadevergoeding, waardoor de vordering van [persoon A] werd afgewezen. Uiteindelijk werd [persoon A] veroordeeld om € 1.662,- aan S&A te betalen, inclusief wettelijke rente vanaf 3 maart 2023. De proceskosten werden ook aan [persoon A] opgelegd, omdat hij grotendeels ongelijk kreeg. Dit vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.