ECLI:NL:RBROT:2024:479

Rechtbank Rotterdam

Datum uitspraak
16 januari 2024
Publicatiedatum
26 januari 2024
Zaaknummer
10828713 VV EXPL 23-606
Instantie
Rechtbank Rotterdam
Type
Uitspraak
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot ontruiming in kort geding wegens verblijf zonder recht of titel

In deze zaak heeft de Rechtbank Rotterdam op 16 januari 2024 een verstekvonnis uitgesproken in een kort geding tussen Vivada Properties 1 B.V. als eiseres en gedaagden die niet zijn verschenen. De eiseres, vertegenwoordigd door mr. E. Doornbos, vorderde ontruiming van een pand waar gedaagden zonder recht of titel verbleven. De rechtbank oordeelde dat er voldoende spoed aanwezig was om de eis in kort geding toe te wijzen, aangezien de eiseres als eigenaresse van het pand bevoegd was haar eigendom terug te eisen. De rechtbank stelde vast dat het verblijf van gedaagden in het pand onrechtmatig was en dat de ontruiming moest worden toegewezen.

Daarnaast heeft de rechtbank bepaald dat het vonnis ook ten uitvoer kan worden gelegd tegen derden die zich ten tijde van de tenuitvoerlegging in het pand bevinden. De proceskosten zijn vastgesteld op € 918,14, die door gedaagden moeten worden betaald. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, wat betekent dat de ontruiming onmiddellijk kan plaatsvinden, ongeacht eventuele hoger beroep procedures. De beslissing van de rechtbank is een bevestiging van de rechten van de eigenaar in situaties waarin onrechtmatig gebruik van eigendom plaatsvindt.

Uitspraak

RECHTBANK ROTTERDAM

locatie Rotterdam
zaaknummer: 10828713 VV EXPL 23-606
datum uitspraak: 16 januari 2024 (bij vervroeging)
Vonnis in kort geding van de kantonrechter
in de zaak van
Vivada Properties 1 B.V.,
vestigingsplaats: Amsterdam,
eiseres,
gemachtigde: mr. E. Doornbos,
tegen
[gedaagde01],
woonplaats: [woonplaats01] ,
gedaagden,
die niet zijn verschenen.
De partijen worden hierna ‘Eiseres’ en ‘Gedaagden’ genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het dossier bestaat uit de volgende processtukken:
  • de dagvaarding van 14 december 2023, met producties;
  • de mail van 5 januari 2024, met bijlagen.
1.2.
Op 9 januari 2024 is de zaak tijdens een zitting met [naam01] namens Eiseres en mr. E. Doornbos besproken. Gedaagden zijn niet verschenen. Tegen hen is verstek verleend.

2.De beoordeling

2.1.
Een eis in kort geding kan worden toegewezen als de eisende partij hierbij zoveel spoed heeft dat die de uitkomst van een gewone procedure niet hoeft af te wachten (artikel 254 lid 1 Rv). Uit de stellingen van Eiseres volgt dat deze spoed aanwezig is. De eis wordt toegewezen omdat deze niet onrechtmatig of ongegrond is (artikel 139 Rv).
Ontruiming
2.2.
Het is voldoende aannemelijk dat in een bodemprocedure de gevorderde ontruiming zal worden toegewezen. Op grond van artikel 5:2 BW is Eiseres als eigenaresse van het pand bevoegd haar eigendom terug te eisen van een ieder die de zaak zonder recht of titel onder zich houdt. Het staat vast dat Gedaagden zonder recht of titel in het pand verblijven. Daarmee is het verblijf van Gedaagden in het pand onrechtmatig jegens Eiseres. De gevorderde ontruiming van het pand wordt daarom toegewezen.
Tenuitvoerlegging ten opzichte van derden
2.3.
Eiseres heeft voorts verzocht te bepalen dat het vonnis ook ten uitvoer kan worden gelegd tegen een ieder die zich ten tijde van de tenuitvoerlegging in het pand bevindt of daar binnentreedt (artikel 557a lid 3 Rv). De bepaling is bedoeld voor de situatie dat op het moment van tenuitvoerlegging van een ontruimingsvonnis ook andere personen, dan tegen wie de ontruiming is uitgesproken, aanwezig zouden kunnen zijn. Dat daarvan sprake kan zijn, is aannemelijk omdat het pand in het verleden ook door anderen is gekraakt. Deze vordering zal daarom worden toegewezen, met de hierna te melden tijdsbepaling.
Proceskosten
2.4.
Eiseres krijgt gelijk. Gedaagden moeten daarom de proceskosten betalen (artikel 237 Rv). De kantonrechter stelt deze kosten aan de kant van Eiseres tot vandaag vast op € 129,14 aan dagvaardingskosten, € 128,- aan griffierecht, € 529,- aan salaris voor de gemachtigde en € 132,- aan nakosten. Dit is totaal € 918,14. Hier kan nog een bedrag bijkomen als de uitspraak wordt betekend.
Uitvoerbaarheid bij voorraad
2.5.
Dit vonnis wordt uitvoerbaar bij voorraad verklaard (artikel 233 Rv).

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
veroordeelt Gedaagden om binnen drie dagen na betekening van dit vonnis het pand aan [adres01] te [plaats01] te ontruimen met alle daarin aanwezige personen en zaken, tenzij deze zaken van Eiseres zijn en de sleutels af te geven aan Eiseres;
3.2.
bepaalt dat dit vonnis tot 16 juli 2024, dan wel tot een half jaar na de dag dat dit vonnis bekrachtigd wordt, ten uitvoer kan worden gelegd tegen een ieder die zich ten tijde van de tenuitvoerlegging daar bevindt of daar binnentreedt en telkens wanneer dat zich voordoet;
3.3.
veroordeelt Gedaagden in de proceskosten, die aan de kant van Eiseres tot vandaag worden vastgesteld op € 918,14;
3.4.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
3.5.
wijst al het andere af.
Dit vonnis is gewezen door mr. F. Aukema-Hartog en in het openbaar uitgesproken.
754